Mark your calendars: dit weekend vindt het Gallery Opening Weekend plaats van Amsterdam Art. Tussen vrijdag 12 en zondag 14 maart kun je je weer helemaal laten onderdompelen in de Amsterdamse kunstwereld. Dat zal dit jaar een iets meer geplande onderneming zijn: op de websites van de betreffende galeries dien je vooraf een timeslot te boeken van 20 minuten, zodat je de kunst op je gemak op je in kunt laten werken. Hieronder bieden we een overzicht van wat er komend weekend te zien is in de Nederlandse hoofdstad.
In Galerie Ron Mandos zijn op dit moment twee tentoonstellingen geprogrammeerd. Enerzijds de solotentoonstelling ‘I am here because you were there’ van de Britse kunstenaar Esiri Erheriene-Essi. Vorig jaar was haar werk nog te zien in het Stedelijk, in een tentoonstelling rondom de Prix de Rome prijs, waarvoor ze een nominatie ontving. Erheriene-Essi richt zich in haar werk op de verhalen die doorgaans níet verteld worden, de vaak alledaagse narratieven die samenhangen met de black experience binnen de Afrikaanse diaspora, maar ook alternatieve geschiedenissen. Daarnaast cureerde Azu Nwagbogu (directeur van de African Artists’ Foundation, een nonprofit uit Lagos in Nigeria) een tentoonstelling met figuratief werk van twee kunstenaars: WonderBuhle (Zuid-Afrika) en Eniwaye Oluwaseyi (Nigeria). Ook zij tonen alledaagse familiegeschiedenis waarin de zwarte indentiteit centraal staat, om juist de eeuwenlange onderdrukking en een diepgeworteld gebrek aan representatie aan de kaak de stellen.
Het werk van Jeroen Jongeleen, dat dit weekend te zien is in Upstream Gallery, zal waarschijnlijk een zekere herkenbaarheid oproepen. In een reeks performances op video zie je hoe de kunstenaar op zijn eigen manier om gaat met de lockdown, door zijn liefde voor hardlopen op een nieuwe manier vorm te geven. Maar hij zocht daarbij geen nieuwe gebieden op, maar rende juist eindeloos hetzelfde rondje, een symbool voor de eentonigheid die ons leven de afgelopen 12 maanden karakteriseert. Hij rende urenlang rondjes en stelde in deze performances zijn lichamelijke en mentale grenzen op de proef, terwijl een drone hem vastlegde.
De werken van de conceptuele kunstenaar Chaim van Luit zijn vaak geïnspireerd door de objecten die hij vindt tijdens zijn vele verkenningstochten: te voet en te fiets. Vanwege de voortdurende lockdown was Van Luit dit jaar minder fysiek op pad, maar had deze zoektocht een sterker mentaal component. In deze tentoonstelling zie je onder meer een werk met twee amfora-achtige vazen, die refereren aan het sociale contact waar we als maatschappij zo om verlegen zitten. Voor de vorm werd hij geïnspireerd door de knutselprojecten van zijn jonge dochter.
Ook Galerie Fons Welters installeerde een dubbele solotentoonstelling, met enerzijds het werk van Ryo Kinoshita en in de front space het werk van Matthew Monahan. De Japanse kunstenaar Ryo Kinoshita, die op dit moment woont en werkt in Düsseldorf, richt zich in zijn praktijk op de relatie tussen de schilder- en beeldhouwkunst. Hij maakt voor zijn schilderijen bijvoorbeeld gebruik van verschillende structuren, zoals papier, vilt, pvc en canvas, die in sommige gevallen ook deels doorboord worden door gaatjes. Dat materiaal is daarbij niet slechts een onderlaag, maar een wezenlijk onderdeel van het werk. De Amerikaanse kunstenaar Matthew Monahan maakte zich tijdens een reis door China verschillende technieken eigen: zowel de eeuwenoude technieken voor het bewerken van rijstpapier als aanzienlijk nieuwere technieken voor carbonpapier — dat in de praktijk vooral wordt toegepast door winkeliers en bureaucraten. Om die reden beschouwt hij deze materialen als bijzondere tegenpolen die allebei een andere tijd en traditie vertegenwoordigen.
In AKINCI kun je de gecombineerde tentoonstelling: ‘At Night I See the Future’ bekijken, met werk van Edwin Zwakman, en ‘Floating Scenes’ met Ulf Puder. Hierin geven beide kunstenaars een perspectief op de toekomst, maar ze laten daarbij allebei een belangrijke factor weg: mensen. Het interessante aan utopieën en dystopieën is dat ze vaak meer zeggen over de tijd waarin ze gemaakt zijn dan over het toekomstbeeld dat ze schetsen, positief of negatief. Lees meer over deze tentoonstelling in het online GalleryViewer magazine.
Teun Hocks heeft een interessant werkproces, zijn beroemde en vaak tragikomische schilderijen bestaan uit beschilderde foto’s. Hocks begint met het maken van een tekening: het liefst een vervreemdende, grappige of interessante situatie met de kunstenaar als hoofdpersoon: een vrij alledaags ogende man. Hij ensceneert vervolgens een foto met rekwisieten en een decor en hij gebruikt daarna olieverf om de uitvergrote foto van kleur (en extra details) te voorzien. Hij gebruikt hiervoor geen kwast, maar wattenstaafjes (die hij zelf maakt) zodat hij de verf heel precies en transparant kan aanbrengen. Het resultaat is intrigerend: omdat het werk gebaseerd is op een foto lijkt het misschien een basis te hebben in de realiteit, maar Hocks wil je op het verkeerde been zetten met een beeld dat zowel absurd als alledaags is. Hij probeert de kijker daarbij zo min mogelijk te sturen — zijn vaak surrealistische werken zijn daarom zelden getiteld. In deze tentoonstelling zijn een aantal tekeningen van zijn hand te zien.
De Nederlandse kunstenaar Wolfgang Messing houdt zich in zijn meest recente solotentoonstelling in Stigter Van Doesberg bezig met concepten rondom (in)authenticiteit, refererend aan de beroemde Franse filosoof René Descartes. Bestaat er wel zoiets als de realiteit? Messing: "Hoe kun je zeker weten dat je niet wordt gemanipuleerd door een kwaadaardig genie, dat je gevoelens en percepties voor de gek houdt om zo ervaringen te creëren in de vorm van een wereld waarin niets echt is?”
In Bildhalle in Amsterdam is dit weekend de tentoonstelling THE EYE OF LOVE te zien van de 93-jarige Zwitserse fotograaf René Groebli, waarin je als kijker deelgenoot wordt van een ontroerend en intiem moment: zijn huwelijksreis. Groebli: “Ik probeerde de typische sfeer van Franse hotelkamers over te brengen. Er waren zoveel indrukken: de armoedige meubels in een goedkoop hotel, het woord 'Amors' dat geborduurd was op de gordijnen. En ik was verliefd op het meisje, het meisje dat mijn vrouw was. Ik vind dat een serie foto's vergeleken moet worden met een roman of zelfs een gedicht in plaats van een schilderij: laten ons iets vertellen!” Lees hier meer over deze tentoonstelling.
In andriesse eyck galerie zie je dit weekend een reeks werken van Emmeline de Mooij: matrassen die als traditionele kunstwerken aan de muur bevestigd zijn. Door gebruik te maken van een patchwork techniek stelt ze enerzijds vragen over de kunstvorm die, mede vanwege het feit dat het historisch gezien veelal door vrouwen is toegepast, een ietwat denigrerend ‘hobby’ etiket opgeplakt heeft gekregen. Anderzijds is ze bezig met thema’s als gastvrijheid, eenzaamheid en lichamelijk herstel.
In Albada Jelgersma Gallery is tot en met 27 maart een solotentoonstelling te zien met werk van de Rotterdamse fotograaf Rens Horn. Horn maakt bijzondere reizen: zo reed hij op zijn Harley Davidson van Rotterdam naar het meest noordelijke stukje van Noorwegen en reisde hij via de Trans Siberische spoorlijn naar de hoofdstad van Mongolië — en smokkelde hij onderweg Oeral-motoronderdelen per trein. Hij bezocht het meest zuidelijke stukje van het Zuid-Amerikaanse continent en beklom de 800 meter hoge granieten muur van het Tsaranoro-massief in Madagaskar. Hij verkende de Amazonerivier van de monding (zeezijde) naar de bron en hoedde zelfs een tijdje schapen in het Andesgebergte. Centraal in zijn reizen staat ‘The Book of Disquiet’ van Fernando Pessoa. Horn neemt het boek altijd mee op zijn reizen en het werk drukt dan ook een belangrijke stempel op zijn fotografie. Lees meer over zijn werk in het online GalleryViewer magazine.