Er zijn exposities die je ogen openen, en dan zijn er die je huid, neus, adem en herinnering aanspreken. 'Materia Nova' bij TaLe Art Gallery (te zien vanaf 16 mei) behoort tot deze laatste categorie. Hier is het niet de kunstenaar die de materie bezielt, het is de materie die zich loszingt van haar gebruikelijke functie en zélf begint te spreken. Een tentoonstelling als een langzaam groeiende fluistering. Een uitnodiging tot aanraken, tot vertragen en zelfs tot stilstand te komen, tot vergeten wat je dacht te weten.
De titel 'Materia Nova' is geen vrijblijvend poëtisch motto. Het is een kompas, een richtinggevend gebaar. ‘Nieuwe materie’ verwijst hier niet naar technologische innovatie, maar naar een hernieuwd zintuiglijk bewustzijn. Een manier van kijken waarin materiaal geen neutrale drager meer is, maar een onderwerp, een actor, een levend archief. Wat volgt is een tocht langs vier artistieke werelden, elk even tastbaar als mysterieus.

Peggy Wauters, barokke broosheid en porseleinen provocatie
Peggy Wauters’ werk komt binnen als een paradox: fragiel en grotesk, teder en verontrustend. In haar porseleinen vogels, erotische slipjes aan kleerhangers en miniatuurwerelden onder stolpen zit een geladen stilte. Alsof elk object je toefluistert: “Kijk nog eens. Kijk anders.”
De porseleinen oppervlakken zijn koud, maar de symboliek is zinderend. Religieuze toespelingen, onderdrukte verlangens, en de menselijke kwetsbaarheid worden tot tastbare entiteiten. Materie is hier geen passief medium. Ze het ademt, verleidt, en ontwricht. Wauters schept een universum waarin het vertrouwde grotesk wordt, en het groteske onverwacht intiem.

Laura De Coninck, de geur van herinnering
Waar Wauters provoceert, verleidt Laura De Coninck met geur. Letterlijk. Haar sculpturen en schilderijen zijn doordrenkt met zorgvuldig gecomponeerde parfums: de geur van moedermelk, de echo van museumlucht, het verdriet van het gemis. Saudade.
Geur wordt hier beeld. Een borstsculptuur die naar moederschap ruikt, kleibloemen die het erfgoed van het KMSKA vasthouden in aroma, blauwe schilderijen die ademen. De Coninck transformeert een museumbezoek tot een herinneringsritueel. Wat je ziet, is slechts de helft van het verhaal. De andere helft vang je met je neus, en misschien ook met je hart.

Sylvie Martens: Schilderen met licht en adem
Bij Sylvie Martens is het canvas een ademend oppervlak. Geen objecten of portretten, maar fenomenen: wolken, schaduwen, lichtvlekken. Met trage lagen olieverf, op ongewone dragers als marmer, was en zeemleder, creëert ze een vorm van schilderkunst die zich lijkt te willen onttrekken aan de tijd.
Haar werk is een meditatie in verf. haar keuze voor kwetsbare materialen benadrukt de vergankelijkheid van alles wat leeft. Elk schilderij is een moment van overgave aan wat voorbijgaat. Ze dwingt je niet te kijken, maar nodigt je uit om stil te staan. Letterlijk, figuurlijk, existentieel.

Malvine Marichal: Borduren als verzet tegen snelheid
Terwijl de buitenwereld voorbijraast, borduurt Malvine Marichal. Zwart, wit, rood garen op oude stoffen, gerecycleerd papier, verweerde doosjes. Elk werk ademt tijd, zorg, en een zoektocht naar zin in het kleine. Haar objecten zijn intiem, soms nauwelijks groter dan een handpalm, maar dragen de zwaarte van herinnering en verstilling in zich.
Marichal werkt niet met bombast, maar met fluistering. Haar draad is een taal. Haar ritme is traag. De zichtbare steken zijn geen imperfecties, maar sporen van aanwezigheid. Alsof elk draadje een poging is om betekenis vast te houden of … niet kwijt te raken.
Een nieuw pact met de dingen
'Materia Nova' wil geen lofzang op het ambacht zijn, en ook geen nostalgisch verlangen naar een vervlogen verleden. Het is een herijking. Wat betekent materie in een wereld waarin het ongrijpbare — het digitale, het vluchtige — de overhand lijkt te krijgen? In deze expo is materie niet langer passief: ze eist aandacht, lichamelijkheid, vertraging.
Hier spreken materialen. Niet in woorden, maar in adem, geur, textuur, broosheid. De vier kunstenaars willen geen antwoorden bieden, maar vragen die aanvoelen als aanrakingen. Wat betekent het om te ruiken aan een herinnering? Om licht te schilderen als adem? Om draad te gebruiken als dagboek?
Aanraken wat je niet begrijpt
De ondertitel van de tentoonstelling is misschien wel de sleutel: aanraken wat je (niet) begrijpt. Het suggereert een vorm van vertrouwen. Je hoeft niet alles te snappen, om geraakt te worden. Je mag tasten in het duister, voelen zonder te verklaren. Dat is misschien wel de grootste kracht van deze expo: hij vraagt geen kennis, maar openheid.
'Materia Nova' is dan ook een uitnodiging. Geen luide proclamatie, maar een zacht gebaar. Een aanraking. Precies daar waar begrijpen ophoudt, begint de kunst. En wie zich durft overgeven aan de materie, zal merken: er valt nog zoveel te voelen, te ruiken, te leren.
