In de rubriek ‘De keuze van…’ laten we een keur aan kunstliefhebbers (van incidentele kopers tot kunstprofessionals) aan het woord over hun beleving van kunst, en vragen we naar hun voorkeuren: waar zien ze het liefste kunst? Waar kopen ze, en vooral: wie kopen ze? In dit deel Anna den Drijver (Fotograaf, 45 jaar)
Wat betekent kunst voor jou?
Kunst betekent voor mij het verbreden van je mijn blik. Kunst laat je op een andere manier naar de wereld kijken, stelt je in staat om even uit je eigen cocon te treden en geeft ruimte voor bezinning in een tijd waarin alles vluchtig lijkt. Kunst verbindt, en laat verbanden ontstaan op verschillende niveaus. Ik kan me eerlijk gezegd geen leven zonder kunst voorstellen.
Heb je kunst van huis uit meegekregen of heb je zelf je pad moeten vinden?
Kunst vormde een onderdeel van mijn opvoeding. Overal in huis lagen kunstboeken, die mijn ouders meenamen van tentoonstellingen en musea. In de weekenden bezochten we musea, steden en natuur. Op deze manier heb ik ‘kijken’ vanuit verschillende kanten meegekregen. Niet dat ik dat als kind altijd waardeerde, overigens.
De vakanties stonden altijd in het teken van cultuur, en zoveel mogelijk zien van de omgeving waar we op dat moment waren. Uiteindelijk was de deal om een ochtend naar het strand te gaan en in de middag iets cultureels te ondernemen. Naarmate ik ouder werd, ben ik mijn vrije tijd weer zoveel mogelijk gaan opvullen zoals in mijn jeugd, maar dan passend bij mijn eigen interesses. Door veel te zien, leer je je smaak verder te ontwikkelen en dit proces maakt het voor jezelf spannend en interessant.
Waar haal je je informatie over het wel en wee in de kunstwereld vandaan: krant, vakbladen, televisie, online?
Informatie over wat er in de kunstwereld speelt, haal ik overal en nergens vandaan. Net hoe het tot me komt. Via Instagram, nieuwsbrieven van musea en galeries, en online media als Hyperallergic, GalleryViewer en Artnews. Verder lees ik graag recensies van tentoonstellingen in kranten, maar het liefst bezoek ik ze om zelf mijn mening te vormen.
Via Jeannette ten Kate van Art Connector breng ik af en toe een studio bezoek. Zij geeft kunstenaars de mogelijkheid om over hun werk te vertellen en geeft geïnteresseerden de kans zich verder te verdiepen. Ik ben niet iemand die veel rust heeft om televisie te kijken, maar documentaires over kunstenaars kijk ik graag. Mooi vond ik de documentaire die Klaartje Quirijns maakte over fotograaf Anton Corbijn.
Ook ligt mijn interesse bij fotoboeken. Ik probeer te volgen wat de nieuw uitgekomen fotoboeken zijn. Edie Peters van PhotoQ Bookstore brengt dat bijvoorbeeld goed in kaart. Elk jaar bezoek ik naast verschillende kunstbeurzen zoals Art Basel en Art Rotterdam ook de New York Art Book Fair. Dat is een gespecialiseerde kunstboekenbeurs, waar je een grote verscheidenheid aan prachtige boeken treft die met heel veel liefde gemaakt zijn. Tegelijkertijd vind ik deze beurs een ‘mini samenleving’ met door de grote diversiteit aan bezoekers die op dat moment lijken te versmelten. Bijzonder en inspirerend. Hier krijg ik zoveel energie van!
Waar bekijk je het liefste kunst? In een galerie, museum, een beurs of online?
Ik heb niet echt een voorkeur, ik kan overal naar kunst kijken. Wel vind ik de manier waarop iets gepresenteerd wordt belangrijk. Ook het bekijken van kunst in de buitenlucht vind ik heel fijn. Of zomaar verrast worden door een prachtige sculptuur in een open ruimte. Openingen vind ik vaak te druk, waardoor ik niet de rust kan nemen voor het getoonde werk. Wel spreek je tijdens openingen vaak met mensen met dezelfde interesses, wat ook weer nieuwe inzichten kan opleveren. Dat valt voor mij ook onder de verbindende functie die kunst met zich mee brengt. Kunst is zoveel meer dan alleen de werken zelf.
Galeries bezoek ik vaak gericht. Als ik benieuwd ben naar een groepstentoonstelling rondom een bepaald thema, of als een kunstenaar nieuw werk presenteert. Ik woon in Amsterdam en daar bestaat de luxe van een groot aanbod. Zo bezoek ik geregeld het Rijksmuseum, Foam en Huis Marseille voor fotografie. In het Stedelijk kom ik zeker eens per maand. Meestal met een vriendin met wie ik veel tentoonstellingen en beurzen bezoek. In Den Haag kom ik graag in het Fotomuseum en pak dan vaak het Kunstmuseum dat ernaast ligt mee. Voorlinden in Wassenaar vind ik qua museum prachtig vanwege de lichte, ruime vertrekken en de manier waarop het museum een dialoog aangaat met het park waarin het gelegen is. Ook bezoek ik graag museum De Pont in Tilburg, vanwege de bijzondere collectie die zij gedurende hun bestaan hebben opgebouwd. Vooruitkijkend hoop ik meer tijd in te kunnen ruimen voor de wat kleinere musea zoals het Noord Brabants museum, museum Jan Cunen, Beelden aan Zee en het Textielmuseum, want ook zij verdienen aandacht.
Verder kom ik graag op de open dagen van de Rijksakademie. Bijzonder hoe dit instituut aan kunstenaars van over de hele wereld een plek biedt om zichzelf te ontwikkelen. De werkplaatsen waar de kunstenaars gebruik van kunnen maken worden geleid door professionals die mee denken in het maakproces van de kunstenaar. De omgeving van de Rijksakademie voelt als inspirerend op zich. Ook heb ik een speciale band met Foam. Wellicht vanwege hun kleinschaligheid en – daardoor – hun persoonlijke betrokkenheid. Ik vind het knap hoe zij telkens de balans weten te creëren tussen tentoonstellingen die het grotere publiek aantrekken en tegelijkertijd een kans bieden aan jong talent. Ook houd ik van de Bookshop van Foam, die zich qua collectie steeds vernieuwt.
Hoe vaak per jaar koop je kunst? Koop je werk in oplage of liefst uniek werk?
Hier heb ik geen vast ritme voor. Ik zie veel en merk dat ik kritischer word, waardoor ik het lastiger vind om iets te kopen. Het werk dat ik koop moet me in eerste instantie raken. Of mijn gevoel overeenkomt met de bedoeling van de kunstenaar is voor mij niet zozeer belangrijk. Wel ben ik geïnteresseerd in de intentie van de maker. Zo leer ik het werk van de kunstenaar nog beter begrijpen. In ons huis hangt veel fotografie. Daarom vind ik het fijn om als tegenhanger niet op zoek te gaan naar fotografie of ander werk in oplage. Soms komt er toch wel eens een werk in oplage op mijn pad, zoals de panda van Melanie Bonajo die ik samen kocht met een uitgave van O, Wonder! Magazine. Het interessante van deze tijd vind ik dat beelden online eindeloos gedeeld kunnen worden. Ik vraag me vaak af: wat is het wat een beeld uniek maakt? Dat maakt het bevragen van het medium fotografie interessant. Vanwege het digitale tijdperk waar we nu in leven zullen kunstenaars het thema van digitalisering verder uitdiepen en ook de mogelijkheid tot reproductie verder blijven onderzoeken.
En waar koop je dan: in de galerie, op een kunstbeurs, op een veiling of online?
Tijdens de lockdown kocht ik mijn eerste werk online. Het was een foto van Ed van der Elsken, bij Annet Gelink Gallery. Normaliter vind ik het fijn om fysiek in een galerie te zijn, met alle rust die er dan is voor een gesprek met de galeriehouder over het werk of de tentoonstelling. Het prettige van een beurs vind ik dat je een goed totaalbeeld hebt van al het getoonde werk. Art Rotterdam vind ik een beurs waar dit heel goed werkt. De oude Van Nelle fabriek vind ik prachtig. De sfeer is er heel toegankelijk. Het rondlopen vind ik inspirerend vanwege een mooie selectie van galeries uit Nederland en daarbuiten. Op Art Rotterdam kocht ik bijvoorbeeld werk van Tenki Hiramatsu bij Barbara Seiler galerie uit Zurich. Tenki Hiramatsu volg ik sindsdien via Instagram.
Is het belangrijk dat jij en je partner het altijd eens zijn over een aankoop? Hoe beslis je/jullie?
Over het algemeen ben ik degene die voorstelt iets te kopen, als ik toevallig ergens tegenaan ben gelopen. We gaan nooit bewust ergens naar op zoek. Als er iets is waar ik enthousiast over ben, gaan we samen nog een keer kijken. Pas als we beiden overtuigd zijn, gaan we daadwerkelijk tot aankoop over. Dit gebeurt bij ons dan vrij snel. Nog niet eerder hadden we spijt van een aankoop. Ik zou wel graag meer beeldhouwwerken in huis neerzetten. Helaas hebben we daarvoor weinig plaats. Ooit zou ik ergens in de buitenlucht een eigen selectie van beelden neerzetten, zomaar als een toevallige ontmoeting in de natuur.
Is er een galerie waar je een speciale band mee hebt?
Galerie Gerhard Hofland vind ik een galerie met fijne sfeer. Deze galerie laat een interessante groep kunstenaars zien, en er zijn geregeld activiteiten rondom openingen. Ook vind ik het erg goed dat er binnen deze galerie ruimte is voor beginnende kunstenaars. We kochten bijvoorbeeld een werk schilderij van Janine van Oene. Een werk met herkenning van een bepaalde huiselijkheid, prettig kleurgebruik en prachtige penseelstreken. De eerste aankoop bij Gerhard Hofland was een beeld van Johan Tahon. Op Art Rotterdam had ik eerder al werk van hem gezien, wat ik maar niet kon loslaten. Toen Tahon een expositie bij Gerhard Hofland had ben ik gaan kijken en was meteen verliefd op een beeld dat er stond. De ambachtelijkheid, het rauwe, maar aan de andere kant ook het ontroerende van de bijna kinderlijke gezichten in het werk. We zijn nog iedere dag zo blij met het beeld.
Ook bij Grimm Gallery kom ik graag, zowel in Nederland als in New York. Zij verrassen telkens qua expositie, geven kunstenaars aan het begin van hun loopbaan de mogelijkheid tot exposeren. Wat ik gedurfd vond, was dat ze het in tijden van recessie aandurfden om een galerie in New York te openen. Ook vind ik de boeken die ze uitbrengen van de kunstenaars erg goed. Ik zou vaker naar Annet Gelink Gallery willen, omdat de kunstenaars die zij vertegenwoordigt mij erg aanspreken. Met name Rezi van Lankveld en David Claerbout.
Als je onbeperkt budget had, van wie zou je dan een werk aankopen?
Bij een onbeperkt budget zou ik graag een werk van Jenny Saville willen hebben. Het figuratieve en de abstractie van het menselijk lichaam, gecombineerd met het vleselijke – het letterlijke, het gruwelijke – vind ik heel spannend. Ze confronteert je met de lelijke kant van het menselijk bestaan, in prachtig kleurgebruik. Heel knap. Dit werk zou ik dan ophangen naast een werk van Marlene Dumas. Graag ook een naakt. Of wellicht naast een foto van Nan Goldin. Zij komt als fotograaf zo dicht bij het mens-zijn. Totaal anders dan Saville, maar zeker met een behoorlijk randje. Alice Neel is een van mijn meest geliefde portretschilders. Hoe zij met ogenschijnlijk simpele penseelstreken zulke intense portretten kon maken vind ik indrukwekkend. Haar portretten zijn voor mij gelinkt aan de foto’s van Diane Arbus, die eveneens mensen uit subculturen vastlegt en daarbij hun identiteit als het ware blootlegt.
Tot slot zou ik ook graag een werk van Louise Bourgeois willen bezitten. Ik vind het intrigerend hoe zij emoties uit haar leven verwerkte in haar werk in een tijd waarin niet of nauwelijks over gevoelens gesproken werd, en ook de rol van de vrouw heel anders was. Het is heel persoonlijk werk, maar raakt universele thema’s zoals angst, verlies en verlangen.
Wie zijn je favoriete kunstenaars (op GalleryViewer), en waarom?
Arturo Kameya onderzoekt de Peruaanse identiteit en verbindt dit met politieke, geschiedkundige en maatschappelijke elementen uit de Peruaanse samenleving. Zijn kleurgebruik doet denken aan materie die door de zon is verbleekt, en geeft een vergankelijk gevoel.
In het werk van Janine van Oene voel je mens en natuur samen. Herkenbaarheid van het dagelijkse, maar nooit te expliciet. Vloeiende penseelstreken met brede kwast waar je naar kan blijven kijken. Ik hoop nog heel veel van haar te mogen zien.
Johan Tahon maakt mystieke en ambachtelijke beelden die een bepaalde vergankelijkheid in zich dragen, en schuren en ontroeren tegelijkertijd. In zijn beelden voel je een zoektocht zonder te weten waarnaar precies gezocht wordt.
De analoge manier van werken van Daniëlle van Ark spreekt me aan, omdat zij het medium fotografie oprekt. Ze laat zich in haar werk niet meevoeren met de snelheid van het digitale tijdperk. Dat voel je als kijker, vind ik. Daarbij bevraagt ze de ongrijpbaarheid van de kunstwereld, wat je ook weer aan het denken zet.
In de schilderijen van Rezi van Lankveld lijken de kleuren gecontroleerd in elkaar over te vloeien en worden contouren nat op nat aangebracht. Ik zag dit nog niet eerder op deze manier. Ik houd met name van haar meer abstracte werk, waarbij je naar een bepaalde herkenbaarheid blijft zoeken.
William Monk's landschappen zijn qua kleurgebruik niet realistisch, waardoor je lang bij het werk stil blijft staan. Ik vind zijn werken spiritueel aanvoelen. Het geeft een diepere laag die je blijft bevragen. Ik zie uit naar zijn expositie ‘Mount Atom’, die vrijdag 2 oktober opent bij Grimm Gallery.
Marjolijn de Wit onderzoekt onder andere de relatie tussen mens en natuur, met hierin verwijzingen naar historische elementen. Haar werken zijn vaak gelaagd opgebouwd, waarin de spanning niet alleen zit in wat ze wel en niet laat zien, maar ook in de vraag hoe onze geschiedenis in een latere tijd zal worden geïnterpreteerd.