In Frank Taal Galerie is tot en met 20 december de tentoonstelling ‘OOK MOOI!’ van Daan den Houter te zien, een kunstenaar die zich niet tot één vorm laat beperken. Zijn conceptuele praktijk slingert van schilderij naar performance, van sculptuur en video naar kleine interventies. Hij kijkt daarbij naar de manieren waarop we waarde, kunst, geld en identiteit construeren. Humor, cynisme en een beetje frictie zijn voor hem geen bijzaak, maar materiaal: manieren om de kijker net genoeg uit balans te brengen om anders te kijken. In Rotterdam toont hij de nieuwste stap in zijn langlopende onderzoek naar wat een schilderij kan zijn, hoe een beeld ontstaat en welke rol toeval, herhaling en keuze daarin spelen.
Voordat Den Houter zich inschreef aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag studeerde hij twee jaar Kunstmatige Intelligentie. Vooral de achterliggende vragen van dat vakgebied zijn blijven hangen: hoe interpreteren we de wereld, welke aannames sluipen ongemerkt in onze waarneming en hoe kun je dat even ontregelen? Die filosofische nieuwsgierigheid vormt nog steeds de onderlaag van zijn praktijk.
In Galerie Frank Taal toont hij nu de nieuwste werken uit zijn ‘STRIPES’ serie, die hij in 2018 startte. De panelen ogen bijna alsof ze digitaal zijn getekend in het computerprogramma Paint: streepjes die lijken getrokken door een wankele cursor, vrolijke kronkellijnen die elkaar net mislopen, patronen die doen denken aan een interface uit de jaren negentig. Maar achter die lichte, speelse uitstraling gaat een langdurig en intens maakproces schuil dat voor de kijker onzichtbaar blijft. Voor elke kleur freest Den Houter een nieuwe groef in het hout, vult die met gepigmenteerde epoxyhars, laat het materiaal uitharden en schuurt het oppervlak weer volledig vlak en mat voordat hij opnieuw begint. Die handeling herhaalt hij vervolgens tientallen keren. Door dat arbeidsproces vrijwel volledig te verhullen krijgen de werken haast iets industrieels, terwijl ze volledig met de hand zijn opgebouwd. Het resultaat zijn composities die speels en strak ogen, maar waarin een bijna meditatieve arbeidsintensiteit besloten ligt. Dat betekent bovendien dat het beeld zich niet langer bovenop het oppervlak bevindt, maar erin. De energieke werken tonen geen penseelstreek, geen handschrift en geen hiërarchie. De gladde huid van epoxy maskeert de menselijke hand volledig. Begin en einde vallen samen en de tijd verdwijnt in het beeld. Daarmee ondergraven de werken precies datgene wat een traditioneel schilderij definieert, een bevroren gebaar, zonder het medium zelf los te laten.
Wat opvalt in deze nieuwste werken is dat het onderliggende mahoniehout, jarenlang een soort sparringpartner met een eigen wil, nu soms bijna volledig achter de epoxy is verdwenen. De houtnerf bepaalde eerder het ritme, de richting en de beperking, maar in deze reeks heeft Den Houter dat geleidelijk uitgefaseerd. Hij freest, vult, schuurt en polijst net zo lang tot het beeld nergens meer houvast biedt en alle ‘foutjes’ uit het oppervlak zijn verdwenen. Alsof hij het materiaal wilde overtuigen om eindelijk eens naar hem te luisteren. Het menselijk brein vult bovendien graag ontbrekende informatie in, op subjectieve wijze, en in deze nieuwe ‘STRIPES’ werken laat hij dat mechanisme volledig zijn werk doen.
Den Houter is iemand die in zijn praktijk graag speelt met situaties die op het eerste gezicht absurd lijken. Lang voordat een beruchte shreddende kunstenaar het nieuws haalde, bouwde Den Houter al een papierversnipperaar en moedigde hij kinderen aan om hun net gemaakte tekeningen erdoorheen te halen. Hij vervaardigde pruiken en snorren van zijn eigen haar, als een zelfportret dat letterlijk zijn DNA draagt. Ook de financiële logica van de kunstmarkt ontleedt hij graag. Voor een project metselde hij een biljet van duizend euro in de muur van Frank Taal Galerie: het geld is aanwezig maar onbereikbaar. Die spanning keerde terug in de reeks ‘Keep on Dreaming’ (2018), bestaande uit zeventien betonblokken waarvan er één tienduizend euro bevat. Maar het werk mag juridisch niet worden geopend. Je koopt dus niet het geld, maar de mogelijkheid ervan, gedeeld met zestien andere eigenaren, die elkaar financieel aansprakelijk kunnen stellen als één van hen het pact breekt. Conceptueel geladen en scherp.
Een andere opvallende reeks binnen zijn praktijk zijn zijn ijsschilderijen. Die maakt hij letterlijk in de vriezer: lagen water en pigment worden samengevoegd tot compacte blokken die pas gaan ‘werken’ wanneer ze de kou verlaten. Eenmaal opgehangen beginnen ze langzaam te druppen, te verkleuren en uiteindelijk te verdwijnen richting de vloer. Het werk verandert continu, tot er alleen nog een spoor op de muur en een plasje kleur overblijft. Als toeschouwer hoor je het proces ook, het zachte tikken en druppen, waardoor het bijna een performance wordt. Hoewel het smelten een autonoom proces lijkt, stuurt Den Houter het subtiel via verschillen in verfsoort, viscositeit, vorm en kleurvolgorde. De tijdelijke aard van het werk, en het feit dat het letterlijk oplost, schuurt met de logica van een kunstmarkt die juist vasthoudt aan duurzaamheid en bezit.
Wat al deze projecten met elkaar verbindt, is een nieuwsgierigheid naar wat kunst kan zijn wanneer je de regels een beetje optilt of omkeert. Den Houter verkent de grenzen van waarneming en overtuiging door situaties te creëren die de kijker uitnodigen om zelf te puzzelen. Zijn werken zijn helder en direct, maar nooit eenduidig. En precies dat maakt ze zo aanstekelijk.
Daan den Houter werd in 1977 geboren. Zijn werk was onder andere te zien in Museum Boijmans Van Beuningen, Kunsthal Rotterdam, GEM, Heden, TENT, De Nederlandse Bank, Torrence Art Museum en 18th Street Art Center in Los Angeles, kunstenfestival Watou, MAC Birmingham, Richmond Art Gallery in Canada, een groepstentoonstelling in La Storta (Venezia Contemporanea) tijdens de Biënnale van Venetië en op de Nederlandse ambassade in Berlijn. Zijn werk is opgenomen in de bedrijfscollectie van UMC Utrecht, de collectie van de Nederlandse ambassade in Berlijn, Museum Ferropolis en de MAL Collection. In 2012 werd hij genomineerd voor de Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst en in 2015 stond hij op de longlist voor de Prix de Rome. Daarnaast legde hij samen met Alex Jacobs de basis voor de Bcademie, een plek waar jonge kunstenaars leren manoeuvreren tussen academie en beroepspraktijk.