In Galerie Helder in Den Haag is tot en met 22 juli een groepstentoonstelling te zien met veelal recent werk van vier kunstenaars: Andrés Gallego, Philippe van Gele, Sanne Terweij en Bas Wiegmink.
De werken van de Nederlandse kunstenaar Sanne Terweij bestaan uit reflecterende materialen waaronder koper, messing en aluminium, die ze op vakkundige wijze laat oxideren. Verweij: "Is het niet interessant dat dat waarvan we denken dat het de waarde van een materiaal vermindert, veroudering en oxidatie, ook iets mooiers en misschien zelfs waardevoller kan opleveren? Het laat me nadenken over ons perspectief op waarde.” Verweij werd opgeleid tot goudsmid en decoratieschilder en is geïnteresseerd in onderwerpen als transitie, kortstondigheid en de emotionele invloed die de natuur op je gemoed kan hebben. Haar praktijk leunt zwaar op het experiment, materiaalonderzoek en in het bijzonder patina/verouderingstechnieken. De kunstenaar is gefascineerd door kleur en textuur, maar ook de geschiedenis van pigmenten en alchemie. Daar komt overigens ook een zekere mate van toeval aan te pas.
De Belgische kunstenaar Philippe Van Gele werkt ook in de abstracte traditie en zijn werken vormen eveneens een experiment, op zoek naar de mogelijkheden van kleur en textuur. Maar de resulterende schilderijen ogen totaal anders, zijn werk gaat meer over energie en associaties en wordt getekend door fantasie en een lyrisch expressionisme. Zijn schilderijen stralen een bijna oncontroleerbare energie uit en vormen een expressie van zijn verlangen naar het onbekende. Hij wordt daarbij geïnspireerd door verre landschappen die een haast buitenaardse kwaliteit hebben, zoals Svalbard (Spitsbergen), een Noorse archipel aan de rand van de Noordpool, of Bromo, op Java. Hij hoopt daarbij dat kijkers hun eigen emoties en interpretaties projecten op zijn werk.
In het werk van Bas Wiegmink, een Nederlandse schilder, wordt de kijker meegenomen naar een wereld waarin de kracht van de natuur en de mensheid samenvloeien. Daarbij verweeft hij de natuur en abstracte vormen met elkaar. Elk schilderij vormt een symbiose van filmische taferelen en uitbundige flora. Zijn kleurenpalet, soms fluorescerend, blaast nieuw leven in deze wereld. Het verlaten stedelijke landschap en de bloeiende, overheersende natuur openbaren de dubbelzinnigheid van onze realiteit. Echter, in plaats van zwaarmoedigheid, viert Wiegmink de veerkracht van leven, geïnspireerd door zowel de menselijke ambitie als de onverstoorbare overlevingsdrang van de natuur.
Je kunt in de tentoonstelling ook werk bekijken van de Spaanse fotograaf Andrés Gallego, die op meer figuratieve wijze te werk gaat. Zijn 'Hopper Essence'-serie brengt ons dichter bij het werk van de Amerikaanse kunstenaar Edward Hopper, door zijn uitzichten en scènes vast te leggen in een mix van fotografie en acrylverf — waarbij de paradox van subjectieve interpretatie en objectieve indruk zichtbaar blijft. Hij maakt de scenografie hiervoor levensgroot na en voor de uitzichten uit het raam maakt hij nauwkeurige schilderijen in acryl op canvas. De hoofdpersoon is, net als in de werken van Hopper, de vrouw van de kunstenaar. Het is daarbij interessant om op te merken dat sommige werken van Hopper hun oorsprong vonden in foto’s die hij maakte — en nu op een andere manier opnieuw verworden tot foto’s. Hopper geloofde overigens dat foto’s een totaal andere werkelijkheid suggereren dan het menselijk oog. Gallego’s werk roept vragen op over de relatie tussen fotografie en schilderkunst, en over het samengaan van deze verschillende kunstvormen.