16 oktober t/m 13 november 2022
Botanica poetica
curator Cees de Boer
opening zondag 16 oktober
van 15 uur tot 17.30 uur
16 uur korte inleiding door
curator Cees de Boer
De werken in deze tentoonstelling balanceren op de grens van taal en natuur, van leesbaar en visueel kunstwerk. Soms speelt het boek of de boekvorm een rol, soms geven de vormen die planten ons voor ogen toveren de doorslag.
herman de vries (1931) geldt inmiddels als de onbetwiste voorloper van de actuele tendenzen in de kunst die zich op ecologie oriënteren, die in materiële zin met natuur werken, of die parallel aan de vormenrijkdom van de natuur kunstwerken creëren. In het oeuvre van de vries dringen de begrippen natuur en kunst elkaar voortdurend van hun plek en veranderen elkaar. de vries presenteert natuur als kunst. Dit betekent dat een bundeltje stro in zijn kunstenaarsboek on language (1972) terecht kan komen, dat een aangevreten boomblad de typografie van het toeval presenteert en dat een straatgrasje (Poa annua) in zijn vijf manifesten over taal - en een gedicht (1975) het gedicht is dat in de titel van deze kunstenaarspublicatie wordt genoemd.
Warffemius creëert in zijn schilderijen en tekeningen een plantaardige wereld die weinig te maken heeft met de natuur zoals wij die kennen. Planten, schimmels, bloemknoppen, vruchten en in hun verlengde groei en metamorfose worden niet uitgebeeld maar worden zichtbaar en evolueren door de handelingen van het schilderen. Het is een mogelijke natuur-in-wording, of misschien een voorfase van de natuur zoals wij die kennen. Warffemius’ werk is abstract en zintuiglijk tegelijkertijd, het twijfelt tussen de microscoop en de sterrekijker en het creëert tussen deze twee waarnemingen een dialoog omtrent de nooit ophoudende metamorfose van de natuur - en de kunst.
Sjoerd Buisman neemt de groei van planten en bomen, zoals hij deze in de natuur observeert, als uitgangspunt voor zijn sculptuur. De groeivormen leveren de abstracte principes van zijn kunst. Dit uitgangspunt voert Buisman naar kunstwerken waarin manipulatie en alternatieve verbindingen tussen elementen een grote rol spelen. Abstractie, ook in het materiaal en de kleur waarin hij zijn sculpturen uitvoert, heeft een veel grotere en autonomere rol in Buismans werk dan in dat van de andere kunstenaars. Sculpturen in brons en in hout worden naast elkaar gepresenteerd om te laten zien welke abstraherende stappen Buisman maakt.
Stefan Cools heeft tot 1 november een grote solo-tentoonstelling in De Domijnen in Sittard, met de titel ’Uit het leven van een vlinder.’ Zijn werk toont een even intense liefde voor de natuur als het werk van herman de vries, maar Cools gaat een stap verder: hij grijpt in de natuur in, vanuit de gedachte dat vanaf het begin de mens en de natuur samen een ecologie hebben gevormd. Ecologie staat centraal in hoe Cools materiaal verzamelt, presenteert en op basis van zijn dagelijkse wandelingen en handelingen autonoom werk ontwikkelt. In de afgelopen twee jaar heeft het concrete en feitelijke beheer (ecologisch, economisch en sociaal) van een groot veld in Zuid-Limburg zich tot centraal project in zijn kunst ontwikkeld onder de titel ‘Kunstenaar wordt boer.’ Cools geeft het concept autonomie van de kunst op die manier een totaal andere invulling. Zijn werk in deze tentoonstelling heet ‘Het lezen van het hooi’ en het bevat materiaal uit het genoemde veld. Het is een uitnodiging om een aantal heel specifieke momenten in de (voedsel)ecologie als een gedicht te lezen.
Lilian Cooper is een kunstenaar die voortdurend in kleinere en grotere projecten werkt en denkt. Zij kan intensief ingaan op plekken en opgaan in momenten die de natuur haar biedt, waardoor vaak het zintuiglijk waarnemen het wint van de factor tijd: het portret van een boom, de registratie van de golfslag op het strand, een liefdesbrief die zij tekent/schrijft aan een varen of de kersenboom in haar tuin. De natuur is haar permanente kunstenaarsverblijf. Haar notities worden als vanzelf verzamelingen, boeken, boekvormen die haar werk verdichten en op die manier de (on)leesbaarheid en de complexiteit van haar object voorop stellen.
In deze tentoonstelling lopen presentatie, manipulatie, zintuigen en verbeelding in elkaar over. Elk werk is een liefdesbrief aan de natuur als muze, als partner van de kunstenaar.
(Cees de Boer)