In samenwerking met Joep van Lieshout
Gemaakt in residentie bij Atelier van Lieshout Mundo
Rotterdam 2018
Deze kaart, Stargazers & Gravediggers, volgt het verhaal van onze bedevaart door de tijd langs de steeds diepere kloof tussen mens en natuur. Het is een verhaal over de noodzaak om voorbij je eigen waarheid te kijken, om onze afhankelijkheid van de levende planeet te vieren en om op die manier onze relatie met de aarde te herstellen.
Aan de linkerzijde van de kaart is de natuur verbeeld en aan de rechterzijde onze cultuur. We kijken eerst links, naar de natuur, de waarheid of de oorsprong: al het levende en niet-levende, van atomen en energie tot aardse organismen zoals planten, dieren en de mens. Maar eigenlijk is alles natuur, natuurlijk, al lijkt in onze belevingswereld de afstand tussen het menselijke en het natuurlijke alsmaar groter te worden.
De rechterzijde in de kaart verbeeldt onsze cultuur, dat wat de mens schept en wat de mens centraal zet: de paradigma’s, instituten, symbolen en constructen die zich uitspreken over de aard, de betekenis en het doel van het leven. Door de tijd vormen zij een caleidoscoop van perspectieven op het natuurlijke, het leven of de waarheid, op de overzijde. De façades van de torens communiceren de onderlinge culturele verschillen in vinding en interpretatie, met daarachter religie, filosofie, wetenschap of economie als drijvende kracht.
De kaart is ook een tijdlijn. We beginnen bij de oorsprong van de mens, aan de horizon achterin de kaart. Lange tijd bestond er geen onderscheid tussen mens en natuur. De wereld was nog vrij van symbolen en interpretaties, niets betekende iets anders dan zichzelf. Vanaf het moment dat wij elkaar verhalen gingen vertellen, kregen alle natuurlijke fenomenen - de bomen, de dieren, de wind, de maan - daarin een ziel en een stem. In deze verhalen verweefden onze voorouders hun vergaande kennis over de wereld om hen heen.
Alles veranderde toen de mens in grote getalen neerstreek tussen de vruchtbare oevers van de Eufraat en de Tigris. Van jager-verzamelaars werden we georganiseerde landbouwers. We gingen verhalen ontwikkelden om grotere gemeenschappen bij elkaar te houden. Deze verhalen werden vastgelegd in symbolen en teksten, gestold in gigantische architecturen en vertaald naar wetten, afgedwongen met geweld. In de verhalen kwam de mens steeds vaker als hoofdfiguur naar voren, de natuur verloor haar stem en werd tegenover de mens geplaatst, vermaakt tot zielloos decor, tot puzzel om te kraken of tot grondstof ten behoeve van de mens.
Wat je ziet is altijd afhankelijk van waar je staat. Bewegend door de tijd, naar de voorgrond in de kaart, verkrijgt de mensheid keer op keer nieuwe inzichten en een ander perspectief op die ene werkelijkheid. In de verte rechts zien we drie torens. De oudste toren is het Jodendom, waar het licht van de overzijde een schaduw van een hexagram op haar façade werpt. De toren daarna symboliseert het Christendom, waar het licht een kruis slaat door een uitsparing in de muur. De derde toren verbeeldt de Islam, waar de gelovigen niet naar symbolen kijken maar direct naar in licht.
De culturele manifestaties die worden opgetrokken door de mens zijn vaak geïnspireerd op op de natuur: Plattegronden en bogen naar de gulden snede, kathedralen die tot de hemel reiken als oude bomen in een bos. Het instituut groeit, krijgt meer volgers en daarmee meer macht die weer moet worden verbeeld met hogere culturele manifestaties. Om telkens nieuwe en hogere manifestaties te bouwen zijn steeds meer materialen nodig. Al gauw volgt de eerste grootschalige ontbossing en slaan steenmijnen de eerste permanente littekens in de aarde.
Verder naar voren in de tijd staat de prominente toren van de Verlichting. De verlichtingsdenkers pasten de rede toe om niet terug te hoeven vallen op de overgeleverde en dogmatische verhalen van het geloof. De verlichtingstoren kijkt niet naar het licht, maar kaatst het weg van zichzelf op de omliggende wereld. Als een schijnwerper, om de details van het grotere geheel in kaart te kunnen brengen. De periodieke tabel van elementen vormt de façade van de toren, maar daarachter horen we de denderende de Babylonische Toren van de Moderniteit, die het onderzoek gebruikt om efficiënter te kunnen werken en meer winst uit de wereld te kunnen persen. Belasting in welke vorm dan ook worden naar elders verschoven – naar de natuur, naar andere landen of naar andere individuen.
Helemaal vooraan komen we aan in de hedendaagse maatschappij. Het dataïsme en de belofte van vrijheid door het internet is een van de meest recente culturele manifestaties. Het wereldwijde web beloofde een ruimte waar iedereen elkaar kon ontmoeten, waar alle kennis te vinden was en de kansen voor het oprapen lagen. Het werd een panoptisch doolhof – rechts onderin de kaart te zien – waarin een handjevol actoren ongezien de muren van het doolhof kan verplaatsen. Zo belanden we, gedesoriënteerd, in echokamers met gelijkgestemden. De machhebbers bevinden zich in het midden van het doolhof, als een spin in het centrum van het web. Verborgen achter spiegelende glazen wanden, vanuit hun dure stoelen in speels ingerichte kantoren, bezitten zij alle data om in ieder geval ons te overzien. We voelen ons bespied, en gedragen ons daarnaar. To surf werd to serve, van surfen over de zee van kennis naar het dienen van de datagoden.
De toren van de macht van het web is een verborgen toren, steeds dieper in de grond. De cloud waarin alle data zich bevindt zien we niet, maar het slaat een enorme krater in de aarde. Scheuren in de natuur, aan de overkant, worden opgelapt met oppervlakkige plakken park. De plakken worden gebruikt als pleisters om de vernietiging van klimaatmutatie uit het zicht te houden. Door licht- en luchtvervuiling krijgt een toenemend deel van de stedelingen de melkweg nooit te zien, hooguit als reclames voor Milky Way of Starlight die de randen markeren van het digitale doolhof.
Door toenemende ongelijkheid en de scheuren in onze natuurlijke omgeving, splijt onze samenleving langzaam uit een. Het debat over de te nemen routes naar de toekomst wordt nog veel te vaak gekenmerkt door culturele verschillen en standpunten. Ieder vanuit haar eigen toren uitkijkend op de wereld en zich afzettend tegen elkaar: andere ideologieën, religies, nationaliteiten of andere sociale klassen. De versplinterde mensheid lijkt keer op keer niet in staat de kritieke kloof die iedereen aangaat te overbruggen: de kloof tussen de linker- en rechterzijde op de kaart, de kloof tussen natuur en cultuur.
De kloof die ons ervan weerhoudt om de natuur, de aarde, inclusief onszelf en alle levende actoren, als één geheel te zien dat onze collectieve, volledige, aandacht verdient. We lijken maar niet te beseffen dat de aarde onze voedingsbodem en voorwaarde voor leven is, dat wij nog steeds niet precies weten hoe dat leven ooit begon, maar dat wij haar wel, andersom, kunnen verwoesten.
Hoe kunnen we zicht op een gezond geheel? Om het fragiele, wonderlijke leven op aarde te zien voor wat het is hebben we een blik van buiten nodig. Deze bewustszijnsverschuiving vindt op veel plekken al plaats, het meest letterlijk bij astronauten, die het overview effect beschrijven. Dagenlang hangen zij gekluisterd voor de raampjes van het International Space Station om gehypnotiseerd naar onze levende en ademende aardbol te staren. Een fragiele bolletjes tegen het achterdoek van een gigantisch, gitzwart, niet-levend heelal. Ze komen terug op aarde als strijders voor het leven, leven dat culturele geschillen overstijgt.
Helemaal vooraan op de kaart, in de tijd waarin wij nu leven, zien we hoe een aantal mensen uitbreekt uit de gebaande paden van het doolhof en iets nieuws in de steigers zet. Ze bouwen aan een sterrenwacht met talloze lenzen en perspectieven, precies op de centrale as van de kaart
Want helaas kunnen we niet iedereen naar het ISS sturen, maar door naar de sterren te kijken kunnen wellicht een beetje voelen we dat we earthlings zijn, dat we gebonden zijn aan onze aarde, de vooralsnog, enige levende bol in het heelal. Oude verhalen en wijsheden liepen over van verwondering en ontzag voor onze bezielde, levende wereld, maar deze verwondering heeft plaats moeten maken voor beschrijvingen van de grootsheid van de mens.
De sterrenwacht, zelfs vanuit de stad, kan misschien wel een nieuwe bestemming worden in de culturele bedevaart van de mens, een plek waar de bedachte grenzen tussen wereldbeelden en werelddelen kunnen worden overstegen door naar buiten te kijken en ons aardschap te ervaren. Een plek voor een nieuwe verhalen en begrippen waarin de mensen en de aarde kunnen toegroeien.