Gelaagdheid, metamorfose en reappropriation vormen een rode draad in het werk van Guido Geelen (1961, NL). Geelen is een kunstenaar die internationale faam verwierf met zijn beelden van gebruiksvoorwerpen als wasmachines, stofzuigers of boeken in gebakken rode klei. In Toeval is logisch zijn twee bokalen van Geelen te zien uit de serie Spectrum, een ongoing reeks werken waar hij in 1988 mee begon. De bokaal als vorm kent een rijke historische traditie, van eenvoudig tot uitbundig gedecoreerd. Geelen gebruikte een soepterrine als mal voor zijn bokalen. Hij bouwde zijn sculptuur op uit de omgekeerde kom-vorm met daarop dezelfde vorm maar dan gespiegeld, met de holle kant naar boven, én met de kenmerkende oren van een klassieke terrine. Geen glad oppervlak bij de bokalen van Geelen, maar ruw geknede strengen klei waar de afdrukken van de vingers nog in staan. De dynamiek in het oppervlak wordt verhevigd door de vaak kleurige figuurtjes die de bokalen bevolken. Sommige figuren zijn gekneed waar het de andere keer ingelegde plakplaatjes zijn van flora en fauna zoals ze in de jaren 50 door de firma Mulder op de markt werden gebracht om schalen en vazen te decoreren. De plaatjes van koeien, schapen, kippen en zelfs een enkel boerinnetje vormen een speelse verwijzing naar het Hollandse boerenleven. Tegelijkertijd roepen ze de associatie op met het wereldberoemde Meissen porselein. Van dichtbij ogen de veelkleurige figuren realistisch, maar van een afstand transformeren ze in kleurvlekken die samen met de verschillende tinten glazuur de vorm van het beeld als het ware een abstract karakter geven. Zo laat Geelen via het kleurenspectrum de tijd, en daarmee de geschiedenis, vervloeien.