Heeft u kunst van huis uit meegekregen?
Wouter: Mijn moeder is kunstenaar, mijn vader bouwkundige en beiden zijn zeer geïnteresseerd in kunst. Mijn vader werkte bij NS Vastgoed en kreeg van de architecten met wie hij daar werkte – zoals Benthem Crouwel en Rem Koolhaas – prachtige overzichtsboeken toegestuurd, die mijn liefde voor kunstboeken hebben gevormd. Mijn moeder nam me tijdens vakanties mee naar musea. Ze verzamelen ook, bijvoorbeeld het werk van bevriende kunstenaar Nikkie le Nobel, maar ook André Cardol en Saar Scheerlings, daardoor kwam ik al jong in galeries. De laatste jaren is mijn vader Japanse prenten gaan verzamelen, daar heb ik hem dan weer mee aangestoken.
Fleur: Niet in het bijzonder. Mijn vader is fiscalist en had een klant die kunstenaar was en hem uitbetaalde in soms gigantische schilderijen met enorm dikke klodders olieverf, die op mij als kind een enorme aantrekkingskracht hadden. Daar is zeker een zaadje geplant. Mijn ouders namen me ieder jaar mee naar het Concertgebouw, wat ik overigens vreselijk vond. Maar mijn grote interesse ging uit naar mode dus daar ging eigenlijk alle aandacht naartoe.
Wouter: Ik ben kunstgeschiedenis gaan studeren in Amsterdam, zonder erbij na te denken wat voor baan ik daarmee zou kunnen krijgen. Ik heb vervolgens bij stages bij wijlen Smart Project Space/New Art Space Amsterdam, Foam en het Van Gogh Museum aan verschillende functies gesnuffeld.
Fleur: Ik werkte in de modewereld, en via het pr-bureau waar ik stage liep ontmoette ik kunstenaar Eleonora Stol. Door de vriendschap die ontstond, raakte ik steeds nauwer betrokken bij haar kunstpraktijk. Ik hielp haar archiveren, ging mee naar beurzen. Zij stelde me voor aan haar partner, kunstenaar Anton Martineau. Daarop introduceerde ik Wouter aan hen. Zo raakten we met z’n vieren bevriend en op initiatief van Eleonora en Anton maakten we onze eerste tentoonstelling over hun werk. Dat ging goed, en was zo leuk, dat we besloten nog een tentoonstelling te maken met het werk van vier jonge schilders. Vervolgens organiseerden we een veiling bij Sexyland waar kunst kon worden geruild tegen alles behalve geld. Dit concept werd opgepikt door Museumnacht en na twee jaar als pop-up galerie te hebben rondgereisd, vestigden we ons in 2019 in een permanente ruimte in De Pijp in Amsterdam, die we delen met GoMulan Gallery.
Wat was uw eerste betrekking in een galerie? Of bent u gelijk zelf een galerie gestart?
Wouter: We hadden niet echt nagedacht over hoe we onze eerste tentoonstelling gingen bekostigen, het makkelijkste leek ons het werk te verkopen. We kwamen er langzaam achter hoe de galeriewereld werkt, dat zijn we eigenlijk nog steeds aan het ontdekken.
Fleur: Ik maakte ooit een tentoonstelling op de Prinsengracht, omdat ik daar een kans toe zag, met werk van Eleonora Stol en Paul Deiters. Daarna organiseerde ik samen met twee andere meiden, Emilie Mariman en Shannon Martin, een tentoonstelling over het werk van elf vrouwelijke kunstenaars en een kunstmanifestatie in Loods 6. NA die eerste twee tent tentoonstellingen met Galerie Fleur & Wouter kregen we allebei een baantje bij O.D. Gallery, een galerie voor street art aan het Singel, achter het Spui. Hier hebben we met veel plezier gewerkt tot het begin van de pandemie anderhalf jaar geleden.
Wouter: Door mijn ervaring als student kunstgeschiedenis wist ik hoe imponerend het kan zijn om een galerie binnen te stappen. Dat wilden we anders gaan doen. Het doel is vanaf het begin geweest om jongeren in aanraking te brengen met kunst, zich thuis te laten voelen in de galerie en te motiveren om ook te gaan verzamelen. Deze filosofie zie je in al onze uitingen terug. We proberen laagdrempelig en toegankelijk te communiceren, en duidelijke verhalen te vertellen.
Onze kunstenaars delen een groot maakplezier dat terug te zien is in de werken. Het is vaak kleurrijk werk, met een sterk verhaal. Werk dat je meteen aantrekt, maar daarna ook nog vele andere lagen blijkt te bezitten. We vinden het interessant om met alle soorten media te werken en zijn altijd op zoek naar crosslinks buiten de beeldende kunst, zoals het tonen van modeontwerpers als Lieselot Elzinga of design van Gert Wessels. Het afgelopen jaar hebben we outsider art geïntroduceerd aan ons publiek, dat wordt een vast onderdeel van de galerie.
Fleur: We weten zelf hoe leuk het is om kunst te verzamelen en hopen zoveel mogelijk mensen tot lotgenoot te maken. Kunst kopen is per slot van rekening de meest directe manier om een kunstenaar te steunen.
Wat vindt u het mooiste aspect van het vak galeriehouder?
Wouter: Het is fantastisch om samen met jonge kunstenaars te werken aan hun carrière en te zien hoe ze een steeds groter publiek bereiken.
Fleur: Het is wel een beetje een sprookjesbaan: samenwerken met fantastische kunstenaars, ateliers bezoeken, de galerie als ontmoetingsplaats. En als een bezoeker besluit een bepaald werk te kopen, dan is het natuurlijk helemaal feest. Dat voelt een beetje alsof je onderdeel bent van een adoptie.
Met welke galeries voelt u zich nationaal/internationaal verwant?
Wouter: Jennifer Lauren Gallery in Londen brengt een geweldige selectie Outsider Art waar ik jaloers op ben, zoals de Indiase kunstenaar Pradeep Kumar die ingewikkelde exotische vogels en mensen uit lucifers snijdt. Of de Japanse kunstenaar Shinichi Sawada die beelden maakt van klei die lijken op vriendelijke monsters. Everyday Gallery uit Antwerpen laat een erg spannende combinatie van kunst en design zien. En de manier van communiceren en de kunstenaars van Tim Van Laere Gallery vind ik ook erg goed. Ik voel me sowieso sterk aangetrokken tot Belgische galeries, waar veel oog is voor humor in kunst en kunst presenteren met humor, iets wat ik zelf ook heel belangrijk vind.
Fleur: Uiteraard met onze collega GoMulan Gallery. We maken om de beurt tentoonstellingen in onze gedeelde ruimte, en soms ook samen. En natuurlijk met onze vrienden van de O.D. Gallery. Cokkie Snoei support een aantal kunstenaars waar wij ook achter staan, net als de vrienden bij Vriend van Bavink. Er is een gedeelde missie met het nieuwe Outsiderland van Jan Hoek in Sexyland World, waar outsider art in een nieuw daglicht wordt geplaatst.
In een ideale wereld: welke kunstenaar zou u het allerliefst vertegenwoordigen?
Wouter: Ik hou van het werk van Erik van Lieshout, omdat het alles in zich heeft om jongeren enthousiast te maken voor kunst. Ik denk dat een samenwerking met hem erg spannend zou zijn.
Fleur: Een show met Grayson Perry zou wel een droom zijn die uitkomt, maar eigenlijk ben ik geweldig blij met alle kunstenaars waar we tot nu toe mee hebben mogen samenwerken.
Wat is er veranderd in de kunstwereld sinds u uw eerste stappen zette?
Wouter: Door de coronacrisis is de nadruk meer op het digitale komen te liggen. Toen we dicht moesten, zagen we meteen de uitdaging om kunst – iets wat je eigenlijk in het echt moet zien – digitaal over te brengen. We hebben dit proberen te doen met digitale presentaties, livestreams en vooral met ons eigen tv-kanaal: Fleur & Wouter TV.
Fleur: We zijn pas vierenhalf jaar geleden begonnen, maar de pandemie heeft natuurlijk wel alles op zijn kop gezet. Er heeft een duidelijke verschuiving naar online plaatsgevonden en dat zal niet meer verdwijnen.
Wat/wie verzamelt u zelf?
Wouter: Ik heb een grote interesse in Japanse prenten. Het eerste werk dat ik kocht was een landschap van Kawase Hasui. Daarnaast heb ik veel werk van kunstenaars die we tentoon hebben gesteld, zoals foto’s van Cleo Goossens en Lonneke van der Palen. Toen Anton Martineau – de man die de aanleiding was de galerie te beginnen en een goede vriend – stierf heb ik een groot doek van hem geërfd. Deze heeft een prominente plek in huis.
Fleur: Ik houd ervan om verschillende media met elkaar te combineren. Ik heb heel veel schilderijen, tekeningen en gouaches van Eleonora Stol en een aantal van Anton Martineau. Foto’s van Laura Andalou, Lonneke van der Palen en Iris Haverkamp Begemann. Een oliepastel van Johan Kleinjan en olieverf doekje van Sam Andrea. Mixed media van Jan Hoek, Bruin Parry, een textielwerk van Maurits Sterkenburg, allemaal kunstenaars waar we zelf mee werken. Het eerste werk dat ik ooit kocht was een print van Emilie van Spronsen. Via de O.D. heb ik werk van street art kunstenaars Bortusk Leer, Jim Avignon, SHN en de legendarische fotograaf Ricky Powell: een portret van Grace Jones. Onlangs ben ik begonnen met 3D werk te verzamelen. Ik kreeg een lief wit ratje van keramiek van Danielle Hoogendoorn. Bij Outsiderland kocht ik een dolfijn-sculptuur van Yorick, een kunstenaar die werkt bij atelier De Witte Olifant. De laatste aankoop is een nogal grimmig keramische roze handtas van Naomi Gilon, met wie we in december een show gaan doen. Die heb ik zojuist opgehaald.
Heeft Corona uw denken over de kunstwereld beïnvloed?
Fleur & Wouter: Door een tentoonstelling goed in beeld te brengen en een sterke online presentatie in elkaar te zetten is een show 24/7 vanuit de hele wereld te bezoeken, ook nadat deze fysiek in de galerie is afgelopen. Naast de moeder van Fleur en een aantal goede vrienden zijn er weinig mensen die elke expositie komen bekijken. Door een sterke online representatie kan iedereen toch het gevoel hebben er een beetje bij te zijn en heeft het werk een veel groter bereik. Eigenlijk kan er heel veel online maar niets overtreft uiteindelijk de real-life experience.
Bekijk hier de kunstenaars vertegenwoordigd door Galerie Fleur & Wouter