In Art Gallery O-68 in Velp is nog tot en met 11 januari 2026 de tentoonstelling ‘The Movies in my Head’ te zien, waarin zes kunstenaars videowerk tonen: Miloushka Bokma, Tony Dočekal, Thijs Linssen, Louise te Poele, Inge Reisberman en Rozemarijn Westerink. De grote zaal van de galerie is volledig verduisterd en ingericht met meerdere projectoren en schermen. Binnen die open structuur krijgt iedere kunstenaar een eigen plek. Daarnaast presenteren de kunstenaars ook een reeks prenten, foto’s en kleine installaties die inhoudelijk verbonden zijn met de videowerken.
In de videokamer is het werk ‘Paper Stars’ van Tony Dočekal te zien. Daarin maken we kennis met de twaalfjarige Lyric, die in de Sonora-woestijn woont in het zuidwesten van de Verenigde Staten. In de video vouwt ze honderd papieren sterren, terwijl haar woorden en handelingen bewegen tussen kindertijd en volwassenheid. Het eenvoudige, herhalende ritueel krijgt zo het karakter van een coming-of-age-moment. Op een ouderwetse CRT-kleurentelevisie is een tweede video over hetzelfde onderwerp te zien en Dočekal toont ook een reeks fotowerken die zich in hetzelfde universum afspelen.
Louise te Poele presenteert de film ‘Surrounded By What’s Called Everything Else’, waarin het maakproces van haar gelijknamige opdracht voor de TU Delft Library, TU Delft Heritage and Art Collections centraal staat. Voor dit project werkte ze met elementen uit de erfgoedcollectie om daarmee nieuw werk te ontwikkelen. Te Poele: ‘We legden het volledige proces vast in een film, een reis langs archieven, verbeelding en het maken zelf.’ De video laat zien hoe nieuwe werken kunnen ontstaan vanuit experiment, toeval en intuïtief materiaalonderzoek, als verslag van het denk- en maakproces.
In de tentoonstelling is ook ‘Breath to Breath’ van Miloushka Bokma te zien, een videowerk dat eerder werd getoond in Eye Filmmuseum tijdens Cinedans en is opgenomen in de collectie van het museum. Bokma onderzoekt hierin de manieren waarop onze persoonlijke en emotionele geschiedenis zich uit in onze houding, gezicht en reacties. In de teaser zien we een vrouw die zware zakken water draagt met gestrekte armen, zo zwaar dat haar armen beginnen te trillen. Wanneer ze de zakken laat vallen, krimpt ze direct ineen, alsof ze zich al voorbereidt op mogelijke consequenties.
Thijs Linssen neemt de kijker mee in een experimentele video waarin zijn thuissituatie en het ouderschap het uitgangspunt vormen. Linssen werd deze zomer voor de tweede keer vader en autobiografisch materiaal speelt regelmatig een rol binnen zijn praktijk. Hij speelt daarbij met contrasten tussen orde en chaos, het vertrouwde en het vervreemdende, en persoonlijke en publieke ruimte. Naast de video zijn ook werken op papier, een foto en een miniatuurinstallatie te zien.
Inge Reisberman toont in ‘The Movies in my Head’ twee recente video’s en twee animaties. Een van de videowerken laat residu zien dat is vermengd met opgepompt water uit een zoutvlakte, deels registratie en deels enscenering. In cirkelvormige bewegingen verschijnen fluorescerende kleuren die doen denken aan motorbrandstof op water. Het werk onderzoekt beweging en kringlopen van water en materie, en daarmee de kwetsbare balans tussen natuur en mens.
Rozemarijn Westerink, die vooral bekend is van haar werken op papier, presenteert hier het videodrieluik ‘Sea’. Het werk bestaat uit drie projecties met stop-motion animaties, gemaakt met inkt op papier en aangevuld met geluid. Westerink verbindt haar ervaringen van een verblijf aan zee met een archetypisch vrouwelijk lichaam dat zich door het water beweegt, als een dromerige metafoor voor een symbolische ruimte.