Sofie Van de Velde brengt twee duotentoonstellingen: Bernd Lohaus met Sara Sizer en Guy Mees met Johanna von Monkiewitsch. Beide duo’s zijn een overleden en hedendaagse kunstenaar. Hun werk heeft opvallende raakvlakken. De dialoog verrijkt het werk en versterkt het begrip.
Wie vandaag de kunstwerken van Guy Mees (°1935–†2003) en Bernd Lohaus (°1940-†2010) als fragiel en poëtisch beschouwt, mag niet vergeten hoe radicaal en vernieuwend hun werk in de jaren zestig en zeventig was. Lohaus week af van de traditionele beeldhouwkunst. Hij koos voor ruwe, onbewerkte materialen, zoals hout en steen. Hij voerde daarop subtiele ingrepen uit, zoals het toevoegen van handgeschreven Duitse woorden. Dit was een breuk met de meer gepolijste en verfijnde materialen die veel van zijn tijdgenoten kozen. Ook het toevoegen van woorden was niet gebruikelijk. Lohaus koos vaak voor poëtische, filosofische taal. Zijn werk is visueel en conceptueel sterk. Het nodigt uit tot reflectie over communicatie.
Exhibition Voice-Calling-Echo-You, Bernd Lohaus (1940-2010) & Sara Sizer (b. 1957)
Mees maakte delicate werken met niet-traditionele materialen zoals gekleurde papiersnippers, kant en gaas. Ze weerspiegelen de vergankelijkheid en veranderlijkheid van het leven.
Met samengestelde papierstroken creëert hij ritme en beweging. Zijn werk gaat in interactie met de ruimte. De toeschouwer krijgt aandacht voor de architectuur en de betekenis ervan. Beide kunstenaars bevorderen een dialoog tussen kunstwerk, toeschouwer en omgeving, wat leidt tot anders kijken naar en denken over kunst.
In
Voice-Calling-Echo-You op het Nieuw Zuid zien we sculpturen van Bernd Lohaus en schilderijen van Sara Sizer (°1967). Voor haar recente werk inspireert Sizer zich op werk van Lohaus. Met titels zoals Voice, Calling, Answer en Stay verwijst ze naar die communicatie en uitwisseling. Sizer brengt vloeistof aan op gevouwen fluweel. Eerst bleekt ze de stof met een chemische proces. Daarna beschildert ze de gespoelde en gedroogde stof met pigmenten. Er ontstaan onverwachte patronen. Aan de randen vloeien kleurvelden in elkaar over. De ontkleuring maakt ook sporen van plooien en kreuken in de stof zichtbaar. We zien diverse kleurvlakken naast, op en achter elkaar.
Lohaus en Sizer kiezen allebei voor geleefd materiaal. Het hout diende ooit voor industrieel gebruik in de haven van Antwerpen. Het gebleekte fluweel en de vloeiende kleuren, hebben visuele overeenkomsten met de houtnerven en de verkleuring van het hout. Lohaus bewerkt het hout nauwelijks. Hij groepeert en stapelt. Het gebaar is belangrijk. We lezen DIR gekrast in een van de balken. Op die manier richt hij zich tot de toeschouwer. We zien van hem ook een kartonnen doos die hij behandelde met was en bronzen sculpturen.
Sizer bouwt haar composities op eenzelfde manier als Lohaus op. In relatie tot zijn werk, oogt dat van Sizer sculpturaal terwijl we bij Lohaus meer aandacht krijgen voor details. Uitsparingen tussen kleurvlakken, houtspleten of open ruimtes bij stapelingen spelen knap op elkaar in. Ze zoeken verbintenissen tussen hun stapelingen, maar ook de tussenruimtes of ruimte rondom zijn van cruciaal belang. Dat zien we in het werk, maar dat voelen we ook terugkeren in de presentatie. Het werk van Sizer hangt aan de muur hangt en de sculpturen van Lohaus staan in de ruimte. Dat zorgt voor een boeiende wisselwerking en invulling van de ruimte die hun benadering kracht bijzet.
Exhibition Eucalyptus, Guy Mees (1935–2003) & Johanna von Monkiewitsch (b.1979)
Eucalyptus is de duotentoonstelling op het Zuid met werk van Guy Mees en Johanna von Monkiewitsch (°1979). Het is de eerste keer dat von Monkiewitsch in Sofie Van de Velde Gallery exposeert. Haar werk is een ode aan licht. Ze maakt composities met licht en schaduw. Ze plooit dragers, fotografeert die en plooit ze opnieuw. Daarmee verenigt ze lichtinval op verschillende tijdstippen, wat diverse schaduwen, lijnen en vlakken genereert. Ze fotografeert ook lege kaders met lichtinval en schaduw. Achteraf kadert ze die foto’s in. Ze hangt enkele werken uit beton aan de muur. Ook daar zien we een spel van licht. Ze schildert schaduw die ze eerder zag. Bij de presentatie richt ze felle belichting op het werk waardoor er nieuwe schaduwen en vlakken ontstaan. Ze verwerkt parelmoer in het beton. Dat zorgt voor glinsteringen en bijkomende lichtreflecties. von Monkiewitsch legt de vormen vast die lichtinval tekent in een ruimte. Dat is ook het geval bij de sculptuur die ze gevormd heeft naar een halve cirkel en de schaduw die ze toen zag.
von Monkiewitsch selecteert van Mees enkele werken uit dun papier en uit zijn reeks verloren ruimte. Mees knipte vlakken uit papier, gebruikt soms ook stof en brengt de vormen samen in composities. Hij bewerkte zijn papier met soms met subtiele verftoetsen of potlood. Verder fotografeerde hij ook plinten die hij een kleur gaf. Welk medium hij ook gebruikt, zijn ingrepen lijken te zweven in de ruimte. Beide kunstenaars kiezen voor subtiele gebaren en eenvoud in materiaal en presentatie, maar tonen ons de veelzijdigheid aan mogelijkheden. Bij von Monkiewitsch creëert een choreografie van licht het beeld, bij Mees papier of andere materialen. Ze definiëren ruimte. Hun werk bakent een ruimte af. Ze belichten of kleuren een ruimte, maar vestigen ook aandacht op de restruimtes en de afwezigheid van licht of kleur. Ze doen ons nadenken over hoe we ruimte zien en ervaren.
Het werk van beide duo’s vult elkaar aan. We vergelijken, maar er zijn voldoende verschillen die het boeiend houden. De visuele harmonie versterkt de esthetische kwaliteiten van het werk. Een gelijkaardige insteek met andere media en presentatiewijzen biedt een conceptuele verdieping. De dialogen bieden een knap samenspel met aanvullende reflecties en inzichten op het individuele werk.