Sarah van der Lijn (NL 1988) studeerde in 2012 aan de St. Joostacademie af. Zij kopieerde de 1159 bladzijden van de Statenbijbel 1637 in inkt op papier en gebruikt in andere werken op abstracte wijze eigen lichaamsmateriaal - bloed en haar. Zij heeft een uiterst minutieuze werkwijze.
Voor Amsterdam Drawing 2013 tekent zij heel fijne lijnen in potlood op onder andere A3 papier. Pas bij inzoomen wordt duidelijk dat de lijnen gearceerd zijn - onvoorstelbaar, met de hand gearceerd. Wanneer het oog de details loslaat, overtuigt het geheel: in een flits ontstaat, afhankelijk van het gebruikte grijze of kleurpotlood, een egale grijstoon of een getinte lichtvlek. De lijnen lossen op. Een zachtgeel omhelst.... en is vluchtig. Intussen is de schilderkunst voorzichtig de tekenkunst binnengeslopen.
In een vroeg werk is een raster getekend met bloedplasma en pen - alleen een zachte glans is zichtbaar. In een recent werk is eigen haar als een enkele draad op papier ingeregen, het grid daarbij volgend. In een werk uit de academietijd is op elk vel van een stapel kleingesneden krantenpapier, een haar als een soepele lijntekening aangebracht.
Sarah van der Lijn, 2012,
''Ik werk altijd langdurig en toegewijd aan een werk. Daarbij gebruik ik materialen waar ik mijzelf van kan voorzien, zoals eigen bloed en eigen haar. In mijn werk ben ik opzoek naar wat ik het “nulpunt” noem. Of beter gezegd naar de oorsprong van leegte. Zo dicht mogelijk naar de stilte. Waardes gelijk getrokken tot een handeling, het ontwaarden. Ik zoek hiernaar in het herhalen van een eenvoudige handeling. In de abstractie.
Het waardeloze krijgt voor mij een nieuwe waarde die gebaseerd is op de oorsprong van de leegte. In mijn werk word ik, ook door mijn meditatieve manier van werken die veel geduld en tijd vereist, regelmatig geassocieerd met de monnik. De noodzaak in mijn werk is dat het geheel bestaat uit elementen die gelijk zijn aan elkaar. Deze elementen plaats ik in een zowel humaan als een mathematisch systeem.
Zo bestaat mijn werk uit tweedimensionale monochrome kleurvlakken die zich op drie-dimensionale objecten kunnen bevinden. Er zijn werken op papier, die geen tekeningen zijn. En er zijn objecten die een zelfstandigheid hebben en eveneens efemeer zijn en in enkel een herinnering of registratie verdwijnen. Objecten die vluchtig zijn en morgen en nieuwe tijdelijke kleur aannemen''.