“Slow Movement gaat voor mij over een vertraging van tijd. Door die vertraging komt er focus, stilte, en misschien ook echt kijken of echt voelen.” Aan het woord is beeldend kunstenaar Ilse Van Roy, die samen met kunstenaar Johan De Wit een duo-expo toont bij HILDE VANDAELE Gallery in Kortrijk.
De tentoonstelling is met grote fijngevoeligheid opgebouwd door galeriste Hilde Vandaele, aan wie beide kunstenaars hun werk hebben toevertrouwd. Ilse toont in de tentoonstelling verschillende handgeblazen objecten, op uiteenlopende schaal. “De grote blauwe objecten zijn tijdens de coronaperiode gemaakt,” zegt ze. “Dat zijn stukken waarvoor ik normaal met een team van acht mensen in Tsjechië werk, meesterblazers uit de Boheemse streek waarmee ik al meer dan vijftien jaar samenwerk om zulke grote stukken te kunnen maken.” Tijdens corona was reizen onmogelijk en werden de werken op afstand gerealiseerd terwijl ze contact hield via videocalls.
De schaal van de objecten bepaalt ook haar manier van werken. “Die grote blauwe glazen objecten zijn echt een maximumformaat,” zegt Ilse. “Als je dat vraagt aan meesterblazers en ze kennen je niet, dan beginnen ze daar niet aan. Voor kleinere glasobjecten kan ik met een blazer in Duitsland of in België aan de slag. Daar heb ik dat gigantische team niet voor nodig.” Binnen haar praktijk ontstaan zo duidelijke verschillen in schaal en complexiteit, zonder dat het vertrekpunt verandert. Het werken met glas blijft daarbij afhankelijk van vakmanschap dat steunt op jarenlange ervaring, samenwerking en vertrouwen, en dat niet vanzelfsprekend overdraagbaar is.

In haar werk spreekt Ilse over wat zij zelf een stille ontmoeting noemt. “Het gaat voor mij over fragiliteit en kwetsbaarheid,” zegt ze, “niet in de typische manier waarop we over glas spreken, maar veel meer over een humane status.” Die gedachte verbindt ze ook aan textiel, een belangrijk tweede materiaal in haar praktijk. “Mijn grootouders waren meesterkleermakers en mijn grootmoeder had een bijzonder talent voor breien.”
In deze tentoonstelling zijn haar textielwerken niet te zien, maar die manier van denken blijft voelbaar in haar glaswerk. “Breien is werken met één draad. Als je die doorknipt, dan rafelt alles uit. Fragiliteit is dus erg bepalend.” Zelf werkt Ilse met een Brother-breimachine die al generaties wordt doorgegeven.
In het werk van Johan herkent Ilse eenzelfde verstilling en vertraging. “Zijn kreuken lijken op de stilstand van een beweging,” zegt ze. “Hij legt iets vast dat net voorbij is, het wordt bijna fotografisch. Zoals een kussen waar je net uit bent gekropen, of de afdruk van een omhelzing die je nog kunt voelen, maar die niet tastbaar blijft.”

In de tentoonstelling Slow Movement vertrekken de werken van Johan vanuit papier. “Ik versterk ze met harsen en pigmenten. Zolang ik met hars werk, kan ik deuken maken. Eens dat hard is, blijft dat zo. In feite is dat met glas ook zo. Op het moment dat het gestold is, kun je er geen beweging meer in krijgen.” Op die manier ziet hij ook een resonantie met de glazen objecten van Ilse. “Het gaat altijd over blutsen, builen en deuken, en ook over nietigheid en vergankelijkheid. Die houding deel ik, denk ik, met Ilse waar we allebei schoonheid vinden in de imperfectie.”
Johan’s objecten worden beschilderd en opnieuw opgeschuurd, waardoor sporen verdwijnen en later opnieuw tevoorschijn komen. Het licht dat op die oppervlaktes valt, benadrukt de gelaagdheid van het materiaal. In Slow Movement toont hij uitsluitend witte abstracte werken, een bewuste keuze die de verstilling in zijn oeuvre benadrukt en tegelijk een subtiele link legt met de stillevens van Giorgio Morandi. “Ik hou bijvoorbeeld ook heel erg van stilleven,” zegt Johan, verwijzend naar de zeventiende-eeuwse oude meesters. “Ik ben schatplichtig aan de kunst en laat mijn praktijk niet vastleggen in één vorm.” In zijn oeuvre verschijnen ook sculpturale objecten zoals flessen en potten, sobere 3D-vormen waarin hij blijft zoeken naar vorm en verstilling.
Die openheid strekt zich ook uit tot hoe hij over ruimte denkt. “Ik ben het soms een beetje beu die witte doos van de galeriewereld,” zegt hij. In Slow Movement speelt de ruimte expliciet mee. “De galerie schilderde de muren grijs en langs een kant is er een betonnen muur. Dat geheel werkt heel mooi, waarbij de materialiteit van de ruimte resoneert met allebei ons werk.”

Een terugkerend motief in Ilse haar werk waarin beweging besloten ligt, is dat van de vessel, de drager. Bij Johan vertaalt dat zich eerder naar potten en flessen als draagvorm. “Historisch gezien gaat het over urnen en vazen,” zegt Ilse, “over het bewaren en het schenken van onder andere water.” Ze verwijst daarbij naar het beeld van de waterman. “Dat waren mensen die prachtige gewaden droegen en vessels met water rond hun nek hadden hangen. Ze gingen bij mensen langs om water te schenken.” Dat gebaar vat voor haar veel samen. “Het schenken van water als een soort van oerleven en oerbeweging, waarin we voor elkaar zorgen.”
De bewegingen die in hun werken besloten liggen, zetten zich ook buiten het object voort. “Dat blazen ervaar ik eigenlijk als een podium,” zegt Ilse. “Het lijkt bijna theater, of zelfs danstheater.” Het werk ontstaat nooit alleen, waarbij het samenwerken bijna een performance wordt. “Je hebt altijd een team nodig om het werk klaar te spelen. Een blazer, een tweede blazer, een masterblazer, assistenten met allemaal kleine deeltaken.” Zo ontplooit het maakproces zich tot een choreografie waarbij de klassieke tweedeling van subject en object, van maker en object vervalt.

Ook buiten het atelier spelen trage bewegingen voor beiden een centrale rol. Ilse werkt steeds vaker met video en met performers die haar objecten dragen. “Het geheugen van het lichaam en het geheugen van de tijd staan hierin centraal. Ik ben ook enorm gefascineerd door de trage bewegingen van wieren en algen onder water,” zegt ze. Bij Johan is één speelse houding een intrinsiek onderdeel van zijn praktijk. “Muzikanten en acteurs zeggen niet: ik moet gaan werken. Die zeggen: ik ga morgen spelen. Ik heb besloten om ook nooit meer te werken. Alleen nog te spelen. Spelen is leuker.”
De tentoonstelling Slow Movement is nog te bezoeken tot en met zondag 18 januari bij HILDE VANDAELE Gallery. Let op: De galerie is gesloten van 20 december tot en met 4 januari, maar bezoeken zijn in die periode mogelijk op afspraak. Nadien gelden opnieuw de gebruikelijke openingsuren.