Bij Callewaert Vanlangendonck Gallery wordt kunst niet alleen tentoongesteld; het verleden wordt opnieuw tot leven gebracht. “Wij zoeken, bewaren, tonen en verzamelen. En regelmatig vindt een werk een nieuwe thuis,” zegt Yoeri Vanlangendonck, een van de twee galeristen. Samen met Brecht Callewaert richtte hij in 2012 de galerie op. Hun nieuwste tentoonstelling, ‘Art Abstrait: The Roots of Formes’, neemt bezoekers mee op een diepgaande reis door de Belgische naoorlogse abstractie van 1952 tot 1961.
Art Abstrait: zowel Geometrisch als Lyrisch
Jo Delahaut, een sleutelfiguur in de Belgische abstracte kunst, experimenteerde al in de jaren ’40 met abstracte vormen. In 1946 sloot hij zich aan bij de Parijse groep Réalités Nouvelles, waar hij onder invloed van kunstenaars zoals Auguste Herbin evolueerde naar volledige geometrische abstractie.
In 1952 richtte Delahaut Art Abstrait op, een groep die zowel geometrische als lyrische abstractie samenbracht. Terwijl Delahaut de geometrie vertegenwoordigde, bracht Jan Saverys, een ander stichtend lid, emotie en beweging in het collectief met zijn lyrische abstractie. Samen belichaamden ze de twee polen van Art Abstrait. “Delahaut was meer dan een kunstenaar,” vertelt Yoeri. “Hij was een architect van netwerken en een doctor in de kunstgeschiedenis. Hij bracht mensen samen, over nationale grenzen heen, en plaatste België op de kaart van de internationale abstracte kunst.”
Jan Saverys, zoon van schilder Albert Saverys, groeide op in een kunstenaarsmilieu, omringd door vrienden zoals Constant Permeke en Gustaaf De Smet. Tijdens zijn studies in Parijs bezocht hij het atelier van Fernand Léger en ontmoette hij Hans Hartung, die een blijvende invloed had op zijn werk.
De Overgang van Art Abstrait naar Formes
Art Abstrait kende een kort maar krachtig bestaan van 1952 tot 1956. Vanaf 1956 kreeg de geometrische abstractie de overhand en evolueerde de groep naar Formes.
“Die overgang is fascinerend,” zegt Yoeri. “Het toont hoe de abstracte kunst in België steeds scherper werd, zonder haar poëzie te verliezen.” De tentoonstelling onthult dit spanningsveld door werken uit beide periodes naast elkaar te presenteren.
Vanaf 1952 en in de daaropvolgende jaren creëerden Art Abstrait en Formes vernieuwende kunstmappen om hun werk op een democratische manier te verspreiden. “Het zijn zeefdrukken, gemaakt op de keukentafel,” vertelt Yoeri. “Handgemaakt, met imperfecties die elk stuk uniek maken. Ze lijken soms net geschilderd."
Favoriete Werken van Michel
Te midden van deze wereld vol abstractie en archieven zit Michel, zijn wandelstok naast zich, in een hoek van de galerie. Als vaste bezoeker en vriend is hij een vertrouwd gezicht, bijna een deel van het meubilair. “Mijn favoriete stuk?” herhaalt hij. “Dat blauwe met zwart, van Guy Vandenbranden. Dat contrast vind ik prachtig. En dat lyrische werk van Saverys, dat is ook zo mooi.” Yoeri glimlacht: “Dat werk is een beetje zoals jij, Michel. Woelig maar harmonieus.”
Een Galerie als Bewaker van de Kunstgeschiedenis
Callewaert Vanlangendonck Gallery is een galerie met een schat aan archieven, nalatenschappen en publicaties. “Wij werken niet alleen met ateliers, maar ook met archieven,” legt Yoeri uit. Dit wordt duidelijk in de tentoonstelling, waar niet alleen kunstwerken maar ook historisch documentatiemateriaal wordt getoond.
Een mooi voorbeeld is het archief van Guy Vandenbranden, dat door de galerie wordt beheerd. Dit archief, rijk aan verhalen en ontdekkingen, inspireert niet alleen tentoonstellingen, maar leidde ook tot de herontdekking van Ray Gilles. Gilles, een tijdgenoot en stadsgenoot van Vandenbranden, krijgt nu opnieuw de aandacht die hij verdient.
Daarnaast publiceert de galerie boeken die context en inzicht bieden in de artistieke wereld van de jaren ’50 tot ’80. Een recente uitgave over Kurt Lewy, in samenwerking met het Joods Museum van België, onderstreept hoe de galerie educatie als kernwaarde ziet. Via partnerships, zoals met Delen Private Bank, versterkt de galerie haar ambitie om kunst en geschiedenis toegankelijk te maken voor een breed publiek. “Onze tentoonstellingen zijn semi-museaal,” zegt Yoeri. “We willen iets bijdragen aan de kennis over abstracte kunst, niet alleen commercieel actief zijn.”
Kurt Lewy, een Duitse kunstenaar die na de Holocaust in België bleef, sloot zich ook aan bij Formes. Als voormalig surrealist veranderde zijn stijl radicaal na de oorlog. Lewy vond aansluiting bij de Belgische jongere garde, zoals Guy Vandenbranden, en ontwikkelde een geheel nieuwe beeldtaal. Zijn werken in de tentoonstelling voelen fris en eigentijds aan.
Een Tentoonstelling met een Ziel
‘Art Abstrait: The Roots of Formes’ brengt niet alleen Belgische abstractie tot leven, maar brengt ook het verhaal van een galerie die zich toelegt op het bewaren en ontsluiten van kunst en archieven. Zoals Yoeri het treffend verwoordt: “Wij zoeken, bewaren en verzamelen.” Met deze tentoonstelling bewijst de galerie dat die missie allesbehalve stoffig is.