Met ‘Partly Cloudy’ verbeeldt Leon Vranken de relatie tussen buiten en binnen. Hij vertrekt vanuit het zichtbare om onzichtbare processen bloot te leggen. Met zijn werk raakt hij aan de essentie van leven. Hoe we als mens denken en voelen in polariteiten. Vranken gaat op zoek naar rust en harmonie. Wanneer is er geen wolkje aan de lucht?
Leon Vranken toont zonneluifels, kampeerstoelen, deurmatten en stenen in de tentoonstellingsruimte. Het zijn voorwerpen die we associëren met buiten. “Ik vind het interessant hoe dingen van buiten naar binnen komen”, vertelt hij. “Ik hou van de natuur en ga graag wandelen. Natuur is een grote inspiratiebron. Maar ook wanneer ik onderweg ben van en naar mijn atelier, kom ik vaak interessante objecten tegen. Dat gaat van buizen, rekjes, gasflessen, een haak, ... Ik neem het mee, het staat in mijn atelier en soms wordt het een werk.”
Zijn werk gaat veel verder dan het materiële en het zichtbare of de buitenwereld. Het is een manier om over het onzichtbare of voelbare te spreken. Hij gaat ook zo van buiten naar binnen. Met zijn werk gaat Vranken naar de essentie van hoe leven in elkaar zit. Een constante in deze tentoonstelling is hoe tegenpolen elkaar steeds uitlokken. Binnen en buiten zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Als we streven naar volmaaktheid, stuiten we op onregelmatigheden. Vranken toont strakke oranje geschilderde banden op een doek. Oranje ajuinnetjes zorgen voor een vertroebeling of verstoring van het beeld. Net zoals de titel van de tentoonstelling verwijst naar een wolk die voor een belemmering zorgt, wanneer ze gedeeltelijk voor de zon schuift. Vranken toont ook een gestreept doek, waar een hangend stuk stof het ritme van de banden verbreekt. Zijn werk oogt minimaal en eenvoudig, maar het is berekend, doordacht en complex om te maken. “Voor ‘Some stones are rocks and some rocks are clouds’ heb ik de borstels uit deurmatten gehaald”, verklaart Vranken. “Datgene wat overblijft van de matten gebruikt ik als grid om stenen in te vlechten.”

Vranken gebruikt functionele objecten uit ons dagelijks leven. Hij plaatst ze al dan niet bewerkt in een nieuwe context. “Ik vertrek graag van iets wat in grote oplage industrieel gemaakt is”, beaamt hij. “Daar doe ik iets mee, waardoor het iets huiselijks krijgt.” Het industriële krijgt vaak een handmatige bewerking. Zo vlecht hij restanten van zijn dakbedekking tot een rechthoekige drager, waarin hij een houten kom plaatst. “Die rubber is elastisch en goed op te spannen”, aldus Vranken. “Ik onderzoek, combineer en speel graag met materialen. Door uit te proberen, ontstaan veel werken. Ik hou ervan om verwonderd te zijn en ik hoop ook de bezoekers te verrassen.”

Hij kiest voor herkenbare objecten. We zijn ermee vertrouwd, wat snel toegang biedt tot het werk. Maar de bewerkingen of nieuwe samenstellingen zorgen al gauw voor een bevreemdend effect. We herkennen een kralenkussen om op een autostoel te leggen. Dat heeft Vranken opnieuw aan elkaar geknoopt en dient nu als hoes voor een sokkel. De sokkel draagt een ophangsysteem met een haak, waar een voorwerp als gewicht aanhangt. Dat voorwerp is dan weer open voor interpretatie. “Ik wil vragen oproepen”, zegt hij. “Ik hoop dat mensen nadenken over de oorsprong of betekenis van wat ze zien.” Daar slaagt hij alvast in. Hij zet ons ook op het verkeerde been. We twijfelen aan de echtheid van materialen en hebben de neiging om eraan te voelen. Of we willen een werk opheffen omdat we benieuwd zijn of het licht of zwaar is. “De steen heb ik gekopieerd in isolatieschuim en er een zadelhoes over gespannen”, licht hij toe. Beide stenen behoren tot een collectie kleinere voorwerpen, die hij op een lange balk presenteert. Ze gaan een relatie aan met grotere werken in de ruimte. “Het zijn geen schaalmodellen”, zegt hij. “Ik hou van de verwarring die kan ontstaan over wat er eerst was.”

Zijn vormentaal wijst ons op de manier waarop wij de werkelijkheid onderverdelen en interpreteren. Ordeningen en patronen geven ons een houvast om ons leven in te vullen. Vranken toont met zijn werk veel repetitieve patronen, rasters en kaders. “Ik hou van het repetitieve”, zegt Vranken. “Het geeft mij rust.” We vinden dat in de getoonde werken en in het maakproces van zijn werk. Hij kiest voor handwerk met repetitieve handelingen, zoals knopen, vlechten en rijgen. Vranken wijst ons op hoe wij alles graag structuren, maar hij ontkracht dat ook. Zijn werk balanceert op de grens tussen sculpturen en schilderijen. Hij maakt verschillende dragers die hij ophangt en combineert met voorwerpen. Ook de manier waarop hij verf, canvas en kleur inzet, heeft schilderkundige eigenschappen. Heeft het zin om alles te categoriseren?

In de vergankelijkheid van het leven, is alles voortdurend in verandering. Onzekerheid en onvoorspelbaarheid doen ons grijpen naar veiligheid en zekerheid. Regelmaat en orde geven ons een gevoel van controle. Tijd is een belangrijk concept voor de organisatie van ons leven. We zien hoe tijd en veranderlijkheid een cruciale rol spelen in ‘Partly Cloudy’. Vranken neemt zelf veel tijd om uit te zoeken welke techniek hij zal gebruiken en ook de repetitieve handelingen vragen tijd. Ook de bezoeker doet hij stilstaan. Door de vragen die hij met zijn werk oproept, maar ook om het werk te kunnen bekijken. We zien een installatie met bewegende zonneluifels. Ze hangen aan de muur en bewegen traag in en uit. We zien een combinatie van vlakken, zonder dat we alles in zijn totaliteit kunnen zien. Deze compositie toont ons veranderlijkheid. Er zijn ook werken die beweging suggereren. Kampeerstoelen staan op een rij. De blauwe stof van de zitting loopt door tussen de stoelen. Deze schakeling zorgt voor een golvend ritme. Of het hangende object aan een haak oogt elk moment in beweging te komen.

Veranderlijkheid schuilt ook in hoe dingen uit de tijd zijn, zoals de schalen, kampeerstoelen en kralenkussens. “Ik toon dingen waarmee ik ben opgegroeid”, zegt Vranken. Ook de beweging van de bezoekers door de ruimte speelt mee. “Ik start steeds met het bouwen van een maquette en bekijk hoe bezoekers zich verplaatsen.” Een knap voorbeeld is de witte cilinder, die we zien bij het betreden van de ruimte. Aanvankelijk zien we enkel aan de rand een oranje lijn, een schaduw. Naarmate we ons verplaatsen, zien we dat er een buis achter staat. Licht, schaduw, kleur en vorm zijn bepalend in zijn werk om het over polariteiten, ordeningen en veranderlijkheid te hebben. Repen canvas geweven tot een doek toont hij doorhangend aan de muur, waardoor licht en schaduw het ritme van het patroon verstoren. Dat zien we ook bij een werk met geplooid en beschilderd canvas. Of het canvas met de verkleurde stof van zonneluifels, wat voor een subtiele kleurovergang zorgt. Vranken heeft een voorkeur voor geometrische vormen, zoals lijnen, cirkels, cilinders. Deze vormentaal, waaruit ons universum en de natuur bestaat, staat voor harmonie en rust. Vranken is erg bezig met hoe materialen, kleuren en technieken samenkomen. De zorg, nauwkeurigheid en concentratie, waarmee hij elk object behandelt, getuigen van monnikenwerk. De waardering die hij eraan geeft, straalt terug naar de kijker. Liefde, schoonheid, harmonie en rust: zijn we daar niet allemaal naar op zoek?