Hoe ziet het ideale atelier eruit? Hoeveel tijd spendeert een kunstenaar in zijn atelier? Is het een heilige plek? In de reeks ‘Het atelier’ deze week: Jo De Smedt, die wordt vertegenwoordigd door Galerie EL, in Welle (Vlaanderen).
Gaat u iedere dag naar uw atelier?
Zondag is een rustdag. De overige dagen verdeel ik over thuis werken of op mijn atelier. Wanneer ik grote tekeningen en etsen maak ben ik dagelijks op het atelier, Grindcore Poetry en kleine tekeningen maak ik thuis. Grindcore Poetry zijn heel korte teksten, waarmee ik het leven observeer. Bijvoorbeeld Dikke Nul + 1 (everyone’s a winner). Ik bundel deze teksten in volledig met de hand getypte kunstenaarsboeken. Die worden linkshandig ingebonden, en zijn stuk voor stuk uniek. Ook geef ik onregelmatig een magazine met deze teksten uit. Het magazine heet Onregelmatig (eenvoudig geniet(en)). Het verschijnt onregelmatig, de oplage is onregelmatig en de inhoud is onregelmatig. Deze boeken en magazines maak ik thuis met een elektronische typemachine. Mijn huis is een verlengde van het atelier, of omgekeerd. Beiden zijn voor mij belangrijk. Het is wel zo dat ik in de voormiddag en vroege namiddag meestal op het atelier ben. In de late namiddag en ’s avonds werk ik thuis. De afwisseling tussen beide plekken werkt goed voor mij.
Hoe laat vertrekt u naar uw atelier, en hoe: te voet, per fiets, openbaar vervoer of auto?
Ik vertrek rond negen uur ’s morgens naar mijn atelier. Steeds met de wagen, omdat de afstand van mijn huis naar mijn atelier te groot is. Parkeren doe ik een eindje van mijn atelier om een wandeling te kunnen maken met de hond. We lopen dan via het park naar mijn atelier. Ondertussen heb je even de tijd om na te denken over het werk dat je wilt maken.
Houdt u vast aan bepaalde rituelen in uw atelier? Muziek of juist stilte?
Eerst zet ik koffie en bekijk ik mijn Trench Art verzameling. Ik ben namelijk een verwoed verzamelaar van Trench Art uit de Eerste Wereldoorlog. Dat zijn kunst-, gebruiks-, en siervoorwerpen gemaakt door soldaten, krijgsgevangenen en burgers tijdens of vlak na de oorlog. De meest gekende stukken zijn de versierde hulzen die vaak bij grootmoeder op de vensterbank stonden.
Als beeldend kunstenaar vind ik dit een uitermate boeiende wereld. De relatie tussen het vormgegeven object en de harde realiteit is door zijn contrast fascinerend. Het gebruikte materiaal was vaak militair, maar de decoraties zijn zelden of nooit gewelddadig. Hierdoor ontstaat een dialoog die uniek is: zelfs in tijden van gruwel had de mens noodzaak aan schoonheid. Ik haal hier veel inspiratie en energie uit.
Daarna zet ik muziek op en die mag luid staan. Meestal extreme genres zoals Punk, Black Metal, Grindcore, Death Metal en Hardcore Techno. De energie van deze muziek heb ik nodig voor de concentratie en de arbeidsintensiviteit van mijn grote tekeningen. Ik heb geen behoefte aan stilte. Ruis is er altijd en overal, maar dan liefst in de vorm van muziek. Het geluid van de auto’s in de straat is geen meerwaarde. Mijn buurman is ook een Hardrock fan en die hoor ik soms meezingen met Motörhead, wanneer hij buiten een sigaretje rookt. Leve de buurman!
Hoe belangrijk is licht voor u?
Verwarming is belangrijker dan licht. Ik had ooit een leegstaand klooster als atelier met fantastisch, natuurlijk licht, maar het was er ook ijskoud en had een lekkend dak. Enkel in de zomer was het daar aangenaam om te werken, de rest van het jaar leek het wel een diepvriezer. Er is niets romantisch aan het beeld dat de mensen hebben van een kunstenaar op een vochtige, koude zolderkamer. Ik heb een hekel aan die valse romantiek. Ideaal is een warm atelier met mooi natuurlijk licht.
Hoe gaat u te werk? Begint het werk pas op het moment dat u uw atelier betreedt of gaat het werk altijd en overal door?
Het werk zit voornamelijk in het hoofd. Die draaimolen stopt nooit. Er is geen aan/uit knop als het over kunst gaat. Mijn atelier dient voornamelijk voor fysieke arbeid. De intensiteit van mijn werkwijze vertaalt zich ook in het beeld. Mijn tekeningen zijn niet lichtgrijs, maar zwart. Kunstenaars die tekenen, werken vaak met verschillende grijswaarden. Ik wil ze eerder donker en vol contrast. Dit kan je enkel bekomen door hard te werken. De grafiet wordt in het blad gepompt. Laag op laag. Ik haal veel voldoening uit hard werken. Doorgaan tot je krampen in de vingers en armen krijgt, geeft een goed gevoel. Het is mijn overtuiging dat je moet werken om inspiratie te krijgen. De ene reeks maakt de andere. Het technische deel van mijn werk geeft mij de tijd om na te denken over nieuwe werken. Deze manier van werken stelt mij in staat om nooit stil te vallen. Kunst maken is een eindeloze rollercoaster.
Hoeveel tijd spendeert u gemiddeld per dag in uw atelier?
Ik werk een vijftal uur non-stop. Dan ben ik verzadigd en verlaat mijn atelier. Meestal ga nadien naar de kringwinkel om te ontspannen. Wanneer ik dan thuis kom werk ik nog een tweetal uur aan kleinere tekeningen. Momenteel werk ik aan een reeks met de titel ‘Bal’. Hierin combineer ik de harde beeldtaal van mijn grote tekeningen met subtiel gekleurde abstracte vormen. Deze worden in januari 2023 getoond in galerie De Ziener, in Asse.
Is het atelier een heilige plek?
Als atheïst geloof ik niet in heilige plaatsen. Wel is de sfeer van het atelier belangrijk. Deze is bij elke kunstenaar persoonlijk en anders. Het duurt ook een tijd om een goede sfeer te bekomen in een nieuw atelier. Momenteel heb ik een heel goed atelier met alle nutsvoorzieningen. Dat was enkele jaren geleden wel anders. Toen ben ik op vijf jaar tijd vier keer van atelier moeten veranderen. Dat is nefast om een sfeer te creëren. Het voordeel was wel dat ik toen veel kunstwerken heb weggegooid om plaats te maken in de ruimte en in het hoofd.
Ontvangt u er bezoek, van verzamelaars, curatoren of collega-kunstenaars?
Meestal ben ik alleen met mijn hond Charlie. Ik krijg niet zo vaak bezoek. De enige personen die langskomen zijn mijn moeder, Jan van galerie De Ziener en Johan van galerie EL. Mijn atelier ligt niet in een stad, daardoor heb ik minder contact met andere kunstenaars. In de stad kunnen kunstenaars plannen smeden om samen te werken, om bijvoorbeeld tentoonstellingen te maken. In de gemeente waar ik woon en werk is dit niet mogelijk. Omdat ik op mezelf aangewezen ben, ontwikkelde ik een beeldtaal die strikt persoonlijk is. Ik ondervind wel dat mensen het moeilijker hebben met een atypische beeldtaal. Alles wat onrust geeft en verzet biedt maakt toeschouwers ongemakkelijk. Men heeft liever ‘brave’, toegankelijke kunst die vertrouwd aanvoelt. Een opmerking die ik vaak krijg is dat men mij niet begrijpt. Maar dat is een kwestie van perceptie en daarom niet interessant. Als je niet open staat voor nieuwe kunst dan blijft je steeds dezelfde beelden herkauwen – iets wat ik weiger te doen.
Wat is het mooiste atelier dat u ooit heeft gezien?
Het oude drukatelier van de Sint-Lukas in Brussel was fantastisch. De oude drukpersen, de sfeer, de plankenvloer, de ruimte en grote glaspartijen met zicht over Brussel. Ik heb daar mooie momenten mogen meemaken. De verstandhouding tussen docenten en studenten was daar zeer goed. Ook de geur van vernis en inkt was fijn. Ik gebruik nog steeds dezelfde producten om die sfeer terug op te roepen in mijn atelier.
Hoe ziet het ideale atelier eruit?
Een vrijstaand gebouw in onze tuin ontworpen door René Heyvaert. Deze architect / kunstenaar was heerlijk tegendraads, zowel in zijn architectuur als in zijn kunst. Hij kon met een minimum aan middelen een maximaal resultaat bekomen. Ikzelf probeer ook steeds met beperkte middelen te werken. Een eenvoudig grafietpotlood om grote tekeningen (150 x 100 cm) te maken. In mijn Grindcore Poetry wil ik de teksten zo minimaal mogelijk hebben. Bij mijn etsen volg ik geen enkele regel van de kunst. Ik polier of vijl mijn platen niet, werk met zuiver salpeterzuur, druk niet recht in het blad, enz. Een gezonde dosis verzet is noodzakelijk in mijn denkwereld. Verder zou mijn ideale atelier grote drukpersen en een zeefdrukinstallatie moeten hebben. Veel muren en een zicht op het landschap. Er moet een kwalitatieve geluidsinstallatie aanwezig zijn met een fijne selectie vinyl: Jazz, Punk, Metal, Country, Funk, New Wave, Rap. Elk genre is welkom. In de tuin een strook asfalt om te drukken met een kleine pletwals. De actie van deze druktechniek is interessant. Minder controleerbaar dan het drukken met de pers.