In de rubriek ‘De galerie van’ laten we een keur aan galeriehouders uit Nederland en België aan het woord: hoe (en wanneer) zijn ze hun galerie gestart, wat is er sindsdien allemaal veranderd in de kunstwereld, wat is hun profiel, wat verzamelen ze zelf, en wat is de impact van Corona op hun galerie? In dit deel: Carla en Paul Wilms (Galerie Wilms).
Heeft u kunst van huis uit meegekregen?
In de gezinnen waar onze wieg heeft gestaan, was er weinig tot geen aandacht voor beeldende kunst. Als er überhaupt over kunst werd gesproken, dan was dat dat zeker niet over moderne of hedendaagse kunst. Dat was een stap te ver. Het heeft dan ook even geduurd voordat onze ouders begrepen waar we mee bezig waren. Het is daarom extra mooi om te zien dat diverse vrienden en familie zich de afgelopen jaren meer en meer ‘stiekem’ zijn gaan interesseren in kunst.
Hoe bent u in aanraking gekomen met de kunstwereld?
Tijdens en net na onze studententijd werd kunst meer en meer belangrijk voor ons. Na zijn studie woonde Paul samen met kunstenaars in een studentenhuis. De vele gesprekken, atelierbezoeken en het gezamenlijk bezoeken van tentoonstellingen wakkerde bij hem de interesse in de kunst aan.
Toen we een relatie kregen, infecteerde we elkaar meer en meer met het kunstvirus. We bezochten galeries, musea, kunstbeurzen en tentoonstellingen. Samen op zoek naar juist dat ene kunstwerk dat je raakt en niet meer loslaat. Met de speurtocht naar kunstwerken ontstond ook het idee om een platform te creëren voor kunstenaars. Dit betekende voor ons een carrière switch omdat we beide werkzaam waren in een compleet andere branche. Paul werkte in de Jeugdhulpverlening en het onderwijs, terwijl Carla – opgeleid als etaleuse – als key accountmanager werkte voor een bedrijf dat etalagefiguren ontwikkelde. Daar begeleidde ze ook het ontwerpproces van nieuwe series etalage-figuren.
Wat was uw eerste betrekking in een galerie? Of bent u gelijk zelf een galerie gestart?
In 2007 besloten wij samen om de galerie te starten, we waren toen 28 en 30 jaar oud. Met een startbudget van 10.000 euro werd een voormalig horecapand omgeturnd tot een galerie. Ons netwerk bestond uit kunstenaars en een handjevol liefhebbers van kunst. Toch durfden wij te vertrouwen op onze intuïtie en zakelijk instinct, en waren we volhardend om een galerie te starten die zou moeten uitgroeien tot een plek waar kunstenaars worden ondersteund in hun ontwikkeling. In het begin met focus op Duitsland, maar we begrepen al snel dat het belangrijk was om eerst een goede basis in Nederland op te bouwen.
Hoe zou u het profiel van uw galerie willen omschrijven?
De galerie is de thuisbasis van zowel internationaal gevestigde kunstenaars als opkomend talent. Wij zien het als onze prioriteit om kunstenaars goed te begeleiden en te helpen bij hun artistieke en zakelijke ontwikkeling. Daarnaast zien we het als onze missie om kunst voor iedereen toegankelijk te maken. We verspreiden onze liefde voor kunst onder een breed publiek en staan altijd open voor samenwerkingen. Veelzeggend is dat het merendeel van de kunstenaars al vanaf het begin bij ons is.
Wat kunst voor ons interessant maakt, is dat het een uitdrukkingsvorm is voor de kunstenaar. Kunstenaars vertellen hun verhaal niet in woorden, maar in beelden. Dat is een hele intuïtieve, universele taal die op een unieke manier tot mensen spreekt. Een kunstwerk is altijd onderdeel van het beeldend proces en de individuele context van een kunstenaar. We laten werk zien waarvan we zelf de noodzaak voelen om het te tonen en volgen de kunstenaar in zijn of haar proces. Naast zeggingskracht waarderen we onder meer eigenheid, inhoud, vakmanschap en een onderzoekende houding bij kunstenaars. Dit komt tot uiting in een heel divers palet aan kunstenaars. Een voorbeeld is het werk van Julie van der Vaart, die in haar mysterieuze, indringende fotografische werken thema’s als de subjectiviteit van tijd, de uitgestrektheid van de kosmos, de natuur en de dood onderzoekt. Andere voorbeelden zijn de onderzoekende potlood tekeningen van Alexandra Roozen. Iedere kunstenaar heeft een eigen plek in de galerie. Er lijkt op het eerste oog misschien geen rode draad te zijn, maar toch gaat er wel degelijk een poëtische intensiteit uit van alle werken, die de kunstenaars van de galerie op een dieper niveau met elkaar verbindt.
Wat vindt u het mooiste aspect van het vak galeriehouder?
De galerie is voor ons een way of life. De spilfunctie die je bekleedt, en dat we daadwerkelijk waarde kunnen creëren voor de kunstenaar geeft zoveel voldoening. Het ondersteunen van kunstenaar enerzijds, maar ook de contacten met onze relaties. Beide werelden, die nogal van elkaar verschillen, spreken ons aan. Wij zijn gevestigd in Venlo, en om de fysieke afstand voor veel relaties te verkleinen, werken we heel veel op afspraak. Het is een vrijblijvende service dat we de kunstwerken bij je thuis komen laten zien. Daarnaast is het voor ons vanzelfsprekend dat we aangekochte werken ook aan huis bezorgen en eventueel ophangen.
Het is een voorrecht om dagelijks omringd te zijn met kunst, kunstenaars en mensen die affiniteit hebben met kunst. Kunst communiceert en dit zorgt voor mooie en boeiende gesprekken, of dat nu inhoudelijk, kunsthistorisch of persoonlijke gesprekken zijn, er is altijd weer die persoonlijke relatie.
Vanaf 2013 werken we beide fulltime in de galerie. Het is een cliché als we zeggen dat we onze droom hebben nagejaagd, maar zo voelt het wel.
Met welke galeries voelt u zich nationaal/internationaal verwant?
De meeste galeries hebben dezelfde drive om kunst onder de aandacht te brengen. Een onmisbare eigenschap om überhaupt een galerie te runnen. Daarnaast heeft iedere galerie een eigen DNA. Net als het menselijke DNA wordt deze van de galerie gevormd door talloze ‘bouwstenen’: de kunstenaars, de programmering, de relaties, de vestigingsplaats en natuurlijk de galeriehouder(s) zelf. In gesprek met collega galeriehouders is er altijd veel herkenning maar juist net die eigenheid zorgt voor een eigen ‘smoel’. Juist deze diversiteit maakt de galeriewereld zo interessant. Met verschillende collega’s hebben we een goede relatie en geloven in samenwerking. Zo ook met Contempo Galerie. Sinds enkele jaren doen we mee met Appèl Galeries (www.appel-galeries.nl), een samenwerking van zeven galeries (waaronder Contempo Galerie) die als oogmerk heeft om het contact tussen de galeries, hun relaties en hun kunstenaars te vergroten. Samen maken we een grote tentoonstelling in het Werkwarenhuis in ’s-Hertogenbosch. De zeven galeries presenteren daar een selectie van het aanbod aan beeldende kunst in het zuiden van het land en zo delen we ons netwerk.
In een ideale wereld: welke kunstenaar zou u het allerliefst vertegenwoordigen?
Er zijn altijd kunstenaars die voor ons de ‘heldenstatus’ hebben. Hoe mooi zou het zijn om daar een tentoonstelling mee te maken? Maar we weten dat er voor een langdurige samenwerking meer nodig is. Wederzijds commitment vanuit galerie en kunstenaar zijn essentieel. Als snelle (verkoop)resultaten uitblijven mag dat de samenwerking niet onder druk zetten. Wij kiezen voor het werk, willen de mensen kennis laten maken met de inhoud en het oeuvre van de kunstenaar. We vertegenwoordigen inmiddels een paar kunstenaars al vanaf het vroege begin in hun carrière. Denk aan Suzanne Jongmans die we vanaf 2008 tonen. De ontwikkeling van het oeuvre die praktisch gelijk opgaat met de aandacht die ze nu internationaal krijgt is fantastisch om te zien. We fungeren als een agent voor haar en regelen veel andere zaken zoals de uitgave van boeken, persaanvragen en de (internationale) tentoonstellingen. De intensieve samenwerking creëert een hechte band tussen ons en de kunstenaars.
Wat is er veranderd in de kunstwereld sinds u uw eerste stappen zette?
Gebeurtenissen in de wereld hebben invloed op de wereld, en dus ook de kunstwereld. Of het nu gaat over de kunstmarkt of thema’s die kunstenaars aansnijden. Dynamiek is een levenselixer, noodzakelijk om het leven interessant te houden. Sinds de start van de galerie heeft de digitalisering een vlucht genomen, is er een economische crisis aan ons voorbij getrokken en hebben we kennis gemaakt met de coronapandemie. Om deze ontwikkelingen het hoofd te kunnen bieden dien je flexibel en innovatief te zijn.
In 2015 organiseerden wij bijvoorbeeld voor de eerste keer ‘Amuse’, een tentoonstellingsconcept waarbij we meer dan zestig kunstenaars uitnodigden om klein werk te maken, voor max. € 300.- Een amuse is een voorproefje, bedoeld om de smaakpapillen te prikkelen. Het concept is dan ook gericht op het kennismaken met de diversiteit – en het toegankelijk maken – van kunst. Kunstenaars en bezoekers waren razend enthousiast over Amuse, en zo groeide het heel spontaan uit tot een tweejaarlijks event. In 2019 presenteerde we Amuse als een event van één avond op PAN Amsterdam. Toen begin 2020 de pandemie uitbrak zijn we met Amuse digitaal gegaan! We hadden nog veel amuses fysiek in de galerie en zo hebben we begin 2020 in een razende vaart, misschien ook wel gedreven door de onrust, de website amuse.art ontwikkeld. Het biedt de beginnende kunstkoper de mogelijkheid om voor een relatief klein bedrag kunst te kopen. We zien daarnaast regelmatig beginnende kopers ‘door-ontwikkelen’ naar Galerie Wilms. Ook is het een mooie springplank voor jonge kunstenaars die soms zo doorgroeien als vaste kunstenaar van Galerie Wilms. Dit was het geval met Julie van der Vaart en Lisanne Hoogerwerf. De grote uitdaging hierbij is wel om de twee concepten (Galerie Wilms en amuse.art) als op zichzelf staande bedrijven te blijven zien.
Wat/wie verzamelt u zelf?
In de beginperiode van de galerie was het niet altijd mogelijk om kunst aan te kopen. Gelukkig is dat nu iets makkelijker. Met regelmaat worden we geraakt door een kunstwerk en kunnen wij dit toevoegen aan onze collectie. Door kunst te kopen op belangrijke momenten ‘veranker’ je je leven in je collectie. Ieder werk in onze collectie vertegenwoordigt een verhaal, een gevoel, een moment. De werken vertellen als het ware onze levensloop. Een schilderij van Aaron van Erp was onze eerste gezamenlijke aankoop. Dit werk symboliseert het begin van onze ‘kunstloopbaan’, maar ook de vriendschap die we hebben opgebouwd met de kunstenaar zelf. Een foto van een jonge vrouw waarbij kanker is gediagnostiseerd, van de fotograaf Jasper Groen, fungeert als een ‘memento mori’. Dat klinkt misschien zwaar, maar als je beseft dat je sterfelijk bent, besef je ook dat je vooral moet genieten van de mooie momenten in het leven.
Heeft Corona uw denken over de kunstwereld beïnvloed?
Corona was een tijd van contemplatie, liet ons stil staan en reflecteren. Zekerheden bleken ineens niet meer zo zeker te zijn. Tentoonstellingen vonden geen doorgang en kunstbeurzen werden geannuleerd. Tussen de harde lockdowns was het mogelijk om kleinschalige activiteiten te organiseren. Voor onze relaties organiseerde wij ‘meet and greets’ en ‘privéconcerten’. Door de kleinschaligheid ontstond er expliciet aandacht voor de kunst en de persoonlijke ontmoeting. We beseffen nu dat juist dit ons vak interessant maakt, en dat we dit niet meer los mogen laten. Daarnaast zijn we blij dat grote events weer doorgang kunnen vinden. Een goed georganiseerde kunstbeurs geeft de bezoeker de kans om nieuwe galeries en kunstenaars te ontdekken.
De digitalisering heeft mede door corona een grote sprong gemaakt. Toch blijf het kijken naar kunst een kwestie van ervaren en een kunstwerk zien in real life blijft altijd beter dan vanaf een beeldscherm.