Heeft u kunst van huis uit meegekregen?
Van huis uit kom ik uit een ondernemers gezin waarin veel contacten waren met andere ondernemers, waaronder ook kunstenaars/architecten en muzikanten. Ik herinner mij dat ik binnen dat netwerk van kennissen altijd op zoek was naar de creatievelingen. Vooral de binnenhuis- en tuinarchitecten waren mijn favorieten. De drang om iets mooi te maken zat er al heel vroeg bij mij in: met posters of de kunst van mijn ouders richtte ik mijn kinderkamer steeds opnieuw in.
Hoe bent u in aanraking gekomen met de kunstwereld?
Nog voordat ik mijn studie Kunstgeschiedenis had afgerond kreeg ik een baan aangeboden bij een kleine gemeente in de buurt van Rotterdam. Ik was toen vierentwintig jaar oud en was aangenomen om het kunstbeleid op te zetten; met een budget van twee ton mocht ik projecten uitvoeren. Dit was een sprong in het diepe. Daar heb ik samengewerkt met Peter Struycken, educatieve programma’s opgezet, tentoonstellingen gemaakt, en dat ging zo goed dat ik daarna wist: dit is wat ik wil! Ik wilde graag voor mijzelf beginnen, en dat heb ik toen ook gedaan. Als ik hier aan terugdenk is vooral kunst in de buitenruimte dat nog iets is wat op mijn verlanglijstje staat. Ik heb het gevoel dat kunst in de openbare ruimte een beetje is ondergesneeuwd de laatste tijd. Terwijl hier de toegankelijkheid en verbondenheid met kunst zoveel verder kan reiken. Mensen met weinig contact met kunst worden dan wel aangesproken/meegenomen. Een geliefd initiatief is de Art Zuid route in Amsterdam waar wij vorig jaar aan mee hebben gedaan met de kunstenaar Natasja Alers. Ik vraag mij af hoe we weer meer kunst in het openbaar kunnen organiseren.
Wat was uw eerste betrekking in een galerie? Of bent u gelijk zelf een galerie gestart?
Mijn start in een galerie was een betrekking als manager van een galerie; al heel snel voelde ik dat ik daar mijn eigen stempel op wilde drukken. Zo had ik ideeën over de kunstenaars waar ik graag mee samen wilden werken, en op de manier van presenteren in de galerie. Maar dat is wel een lange weg geweest, omdat ik – alleen – de zorg droeg voor mijn twee kinderen.
Samen met mijn jongste broer zijn we toen een galerie begonnen, toen al onder de naam Rademakers. Na een aantal jaar heb ik mijn broer uitgekocht. De start van wat nu Rademakers Gallery is, begon dus al ruim 23 jaar geleden. Maar het voelde pas echt helemaal als mijn galerie toen we verhuisden naar de KNSM-laan. De weg hiernaartoe was zeker geen sprint, maar echt een stapje voor stapje het creëren van meer gelegenheid. Ik ging steeds meer tijd, energie en geld investeren in het internationaliseren van Rademakers Gallery, onder andere door deel te nemen aan beurzen in het buitenland. Vanuit de galerie in Amsterdam heb ik de afgelopen tien jaar veel deelgenomen aan internationale fairs in New York, Basel, Kopenhagen, Milaan, Duitsland en Miami. Waarmee de klantenkring van de galerie wereldwijd mee groeide.
Hoe zou u het profiel van uw galerie willen omschrijven?
Op nummer 1 staat het vertegenwoordigen van female artists; Zoals Joana Schneider, Jessie Strinxer en Sebiha Demir. Al tijdens mijn studie kon ik het namelijk niet verkroppen dat er zo weinig vrouwen worden uitgelicht in colleges en studieboeken. Het kon niet zo zijn dat er zo weinig vrouwelijke kunstenaars waren in de geschiedenis – en dat is ook niet zo! Het voelt als mijn missie om daarvoor te blijven vechten, maar ik vertegenwoordig niet alleen vrouwen. Iedereen is welkom bij mij los van gender. Verder zijn hergebruik van materialen en sustainability een belangrijk thema in de galerie. Dit geldt voor alle verschillende disciplines: kunst, fashion, juwelen en design. Al deze cross-overs hebben een plek bij Rademakers Gallery.
De kunstwereld moet inclusiever en ik geloof niet in hokjes. Een voorbeeld daarvan was de samenwerking tussen Iris van Herpen en Carla van de Puttelaar voor de tentoonstelling ‘Synergia’; voor mij zijn de ontwerpen van Iris net zo goed kunst als klassieke schilderkunst op doek, wat ik trouwens ook prachtig vind!
Maar hoe cool is het als iemand die foto’s maakt zich bezig gaat houden met film of scenografie of design? Dat willen we allemaal laten zien en bevorderen.
Wat vindt u het mooiste aspect van het vak galeriehouder?
Mijn missie is om mensen gelukkig te maken door kunst. Bijvoorbeeld bij een bezorging, het moment van overhandigen, dat intense geluk van de verzamelaar wanneer hun nieuwe aanwinst is gearriveerd. Daar raak ik nooit op uitgekeken. Dat drijft mij ontzettend, ik krijg daar heel veel energie van.
Een ander geweldig aspect van het vak is dat je je eigen avonturenboek kan leven. Ik maak mooie reizen naar beurzen in het buitenland, ik vertegenwoordig kunstenaars waar ik sterk in geloof en omring mij elke dag met mooie kunst, en daarom zie ik galeriehouder zijn niet als werk maar als een way of life.
Met welke galeries voelt u zich nationaal/internationaal verwant?
Een inspirerend voorbeeld voor mij is een galerie uit Milaan die zich zowel toelegt op kunst en design: Nilufar Gallery. Gecureerd door Nina Yashar. Het is kleurrijk, gedurfd en ik houd ervan hoe eclectisch de collectie is samengesteld.
In een ideale wereld: welke kunstenaar zou u het allerliefst vertegenwoordigen?
Met stip op nummer 1: Sheila Hicks! Zij is voor mij echt een rock chick in de kunstwereld. Haar manier van innovatief omgaan met materiaal spreekt mij erg aan. Ik kwam een keer een kunstwerk van haar tegen op de TEFAF, een klein werk met touw, en het was van alles op de beurs het werk dat mij het meeste aansprak, het was veruit het mooiste en meest ontroerende kunstwerk.
Ook op nummer 1 :-) Zaha Hadid, architect, designer en kunstenaar. Zij koos altijd voor rondingen en sensualiteit, vernieuwend materiaalgebruik en was niet bang voor experimenteren. Daarnaast heeft zij met haar ontwerpen een brug tussen Oost en West geslagen.
Wat is er veranderd in de kunstwereld sinds u uw eerste stappen zette?
De kunstwereld is opener en transparanter geworden. Ik had 23 jaar geleden niet kunnen bedenken hoeveel wij verkopen aan verzamelaars uit het buitenland, die de fysieke galerie in Amsterdam nog nooit hebben kunnen bezoeken. Dat de rol van het internet zo groot zou worden. De mooiste verandering is volgens mij het vervagen van de grenzen; we zijn in contact met kunstenaars en verzamelaars van over de hele wereld. Wat de toekomst ook brengt, ik hoop dat het moment van verliefd worden op een kunstwerk in de galerie altijd zal blijven bestaan.
Wat/wie verzamelt u zelf?
Ik verzamel vooral werk van de kunstenaars die ik zelf vertegenwoordig. Je snapt de intentie, en hebt ook vaak de ontwikkeling van de kunstenaar meegemaakt. Dan kan het bijna niet anders dan dat je het zelf ook wilt verzamelen. In mijn appartement omring ik mij met werken van Joana Schneider, Mae Engelgeer, Cathalijn Wouters, Bregje Sliepenbeek, Jesler Muntendam, Yamuna Forzani, Koos Buster, Florentijn de Boer, Nadja Schlenker, Jessi Strixner, Johannes Langkamp en Tomáš Libertíny en Iwan Smit.
Heeft Corona uw denken over de kunstwereld beïnvloed?
De galerie is zoveel groter geworden; we hebben de online verkopen zien verzesvoudigen, en ik heb nu vier mensen in dienst. Mijn team houd zich bezig met alle online aanvragen op Artsy en GalleryViewer, en de website van de galerie. Daarnaast organiseren wij zes à zeven tentoonstellingen per jaar in de galerie, en bereiden de bezoeken aan beurzen voor. Rademakers neemt deel aan Design Miami/Basel, Art Rotterdam, PAN Amsterdam, Enter Art Fair Kopenhagen maar ook aan bijvoorbeeld Volta New York. En de komende jaren gaan we voor Volta New York en Volta Basel.