Krijtstof zweeft in de lucht en daalt neer op de grond maar kleeft vooral vast aan het papier. Otto Egberts (1949) gebruikt in zijn teken- en schilderwerk behalve nieuw materiaal ook verfresidu, drab of stofresten om de maagdelijkheid van beelddragers te bedekken. Daarmee worden onregelmatigheid, oneffenheid of onvolmaaktheid, van materie of geest, gedicht maar ook onthuld.
Wat heeft daarnaast een simpele pixel te betekenen in de dwaaltocht van een digitaal avontuur? Een beeldelement is toch slechts een technisch gegeven en zonder verbeelding? De zoektocht van Marcel Wesdorp (1965) is technisch grenzeloos en beeldrijk. Hij laat ons meekijken achter de coulissen van zijn digitale proces. Terwijl het kleinste beeldvlak ons al nieuwe ontdekkingen en uitdagingen biedt.