Ze verdraait de waarneembare werkelijkheid, speelt met schaal en creëert optische illusies. Marleen Sleeuwits (Enschede 1980) heeft een bijzonder oog voor de vervreemdende kwaliteit van ogenschijnlijk nietszeggende plekken. Waar ze ruimtes aanvankelijk fotografisch registreerde, zette ze wat ze daar aantrof vervolgens steeds meer naar haar hand. ‘Ik begon de plekken die ik koos te veranderen. Eerst met kleine ingrepen, maar dat werd steeds extremer.’ Zo niette ze wanden vol met papieren handdoekjes of boorde ze 3000 gaten in een systeemplafond om de ruimte volledig te transformeren. Sinds ze achter de camera vandaan is gekomen, neemt ze afwisselend de rol van fotograaf, beeldhouwer, architect of schilder aan.
Tot voor kort voegde ze lagen toe of pelde ze de ruimte af om te ontdekken wat zich achter een muur of plafond bevond. Inmiddels hergebruikt Sleeuwits steeds vaker de eigenschappen die de plek van zichzelf al heeft. Een nieuwe stap, die minimalistisch klinkt maar geenszins een vereenvoudiging van het beeld inhoudt. Meer dan ooit doet zich in haar werk een complex soort Droste-effect voor: elementen worden gefotografeerd en opnieuw in de ruimte geplaatst, om vervolgens weer gefotografeerd te worden. Juist door het herkenbare te benadrukken ontstaat vervreemding; als het patroon van de vloer zich herhaalt op de muur en tl-buizen zowel echt als in print het plafond bedekken, doet dat iets geks met je perceptie.
‘Mijn foto’s zijn geen venster naar een wereld, waar je als toeschouwer in stapt. Het is eerder andersom: die andere wereld komt naar jou toe en neemt ongevraagd de plek over.’ Sleeuwits tast zo de grenzen af tussen twee- en driedimensionaliteit. Waar een ruimtelijk object een zekere platheid krijgt, neemt het platte vlak van de foto steeds meer vorm aan. ‘Het draait voor mij allemaal om de vertaling van ruimte naar fotografie. Ik leg ruimtes bloot, fileer ze zelfs. Door er steeds een element uit te pakken dat ik onderzoek, doorgrond ik ze stukje bij beetje.’ Dat onderzoekende aspect maakt zich ook meester van de kijker. Door het werk van Sleeuwits af te speuren, op zoek naar aanwijzingen, denk je er grip op te krijgen. Om vervolgens weer volledig te verdwalen in duizelingwekkende, zich repeterende omkeringen.