Joseph Thabang Palframan (1997, Namibië) groeide op in Engeland en Botswana. Hij studeerde Beeldende Kunst aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Nederland en Kunstgeschiedenis aan de Universiteit Leiden. Tegenwoordig woont hij in België, waar hij werkt aan zowel sociale als ateliergebonden projecten, met een nadruk op schilderkunst.
Palframans werk is sterk beïnvloed door zijn persoonlijke achtergrond. Als iemand van zowel Afrikaanse als Europese afkomst verkent hij de gelaagde geschiedenissen tussen bijvoorbeeld Engeland en Botswana of Nederland en Zuid-Afrika. Deze persoonlijke zoektocht breidt zich uit naar bredere vragen over koloniale erfenissen en hun invloed op het hedendaagse leven, met name binnen de kunstgeschiedenis.
Zijn huidige verkenning van het pointillisme onderzoekt de connecties met wetenschappelijke en technologische ontwikkelingen en de breuk met het realisme. Net als digitale schermen bestaan pointillistische werken uit kleine stippen die van een afstand een samenhangend beeld vormen. Elke stip, vergelijkbaar met een pixel, krijgt pas betekenis als onderdeel van een groter geheel. Deze beeldtaal biedt Palframan een kader om na te denken over fragmentatie, identiteit en hoe zichtbaarheid wordt geconstrueerd.
In zijn solotentoonstelling, Everybody Wants To Be A Rolling Stone, onderzoekt Palframan de spanning tussen zichtbaarheid en uitwissing. In zijn schilderijen – vaak portretten van individuen of groepen – brengt hij verstoringen aan: velden van witte verf, stippen of vegen die het beeld zowel verhullen als voltooien. Deze gebaren van uitwissing zijn geen handelingen van verwijdering, maar van transformatie. Witte verf wordt een middel tot verstoring, een manier om betekenis toe te voegen in plaats van weg te nemen — zoals een witte stip die een beeld onderbreekt, een pixel die hapert, of een kras die gebruikssporen toont.
Palframans werk weerspiegelt daarmee de esthetiek van verzet: de bewuste onderbreking van dominante systemen. Wanneer klimaatactivisten verf gooien over een iconisch schilderij, kan die daad gezien worden als vernietiging of uitwissing. Maar wat als we het zien als een (tijdelijk) nieuw kunstwerk, een schilderij dat wordt voltooid, of radicaal opnieuw wordt ingekaderd? Uitwissen is niet hetzelfde als ongedaan maken. Wat bedekt is, is nooit echt verdwenen: de aanwezigheid blijft voelbaar. Er ontstaat een nieuw beeld, dat volledig steunt op wat eraan voorafging. Palframan hanteert een vergelijkbare denkwijze: uitwissen als opbouw, afwezigheid als aanwezigheid. Zijn keuze om delen van het beeld “wit te maken” – zowel visueel als metaforisch – roept vragen op over wat zichtbaar mag blijven, en door wie.
Voor Palframan is het gebruik van wit nooit neutraal. Zoals de filosoof Ludwig Wittgenstein opmerkte in Remarks on Colour, kunnen we ons de kleur wit niet transparant voorstellen. Wit is ondoorzichtig; wit verbergt wat erachter ligt. Er kan een parallel worden getrokken met de manieren waarop witheid als norm andere geschiedenissen verhult. De titel van de tentoonstelling verwijst naar The Rolling Stones, wiens geluid diep geworteld was in de Afro-Amerikaanse blues. Ondanks het erkennen van deze invloeden, zijn het hun naam en imago die het culturele verhaal domineren. Deze dynamiek van toe-eigening, waarbij zwarte creativiteit witte erkenning voedt, blijft voortbestaan in veel culturele domeinen, waaronder de kunstwereld. Zoals Palframan opmerkt: “The use of paintings as substitutes for actual representation of black artists creates the impression of change. By exploring the erasing capabilities of white paint, my intention is to present more truthful images.”