De zegswijze van deze twee kunstenaars verwijst niet naar een specifiek gegeven maar naar een proces waarbij je meegenomen wordt in hun wereld van berekende onzekerheid en variërende materialiteit.
Hun werk bevindt zich tussen de contouren van abstracte kleurenzones en ruimtelijke dimensies en brengen steeds een boeiende ruimtevervorming met zich mee.
In de wereld van Bart Vandevijvere raak je in de ban van schilderplezier.
Elk werk is organisch vanuit verf opgebouwd en tot een open compositie gebracht zonder op voorhand een bepaald visueel scenario uit te stippelen.
Elk werk materialiseert zich tussen de droogtijd van de verschillende verflagen en texturen, die soms transparant, soms ondoorzichtig, sterk geaccentueerd of juist verwijderd worden. De schilderijen zijn uitgelokte toevalligheden die hij tijdens zijn zoektocht blootlegt en optimaal tot hun recht laat komen.
Dat leidt tot oppervlakken als arena’s waarbinnen de frictie tussen geometrie en lyriek, vertraging en dynamiek oogluikend toegestaan wordt en steeds in een interactief spel. Deze dynamiek baadt in de geest van de hedendaagse muziek en jazz: zijn onbetwistbare bondgenoten ‘in search of the plot’.
Voor Birte Horn is het onmogelijk om vast te houden aan een holistische perceptie van de werkelijkheid. Daarom richt ze zich in haar werk op het principe van deconstructie en constructie. Birte onttrekt, fragmenteert en assembleert - in gedachten, met de ogen, de handen, de taal.
De gedachten en beelden in haar hoofd zijn vrij om zich in alle richtingen te bewegen, ze schuiven over elkaar heen en vormen zo steeds nieuwe ideeën. Dat betekent veel vrijheid.
Het oppervlak is een groot thema voor Birte Horn - het is de tegenhanger van de ruimte, maar ook het oppervlak is een fragment, een aanvulling op en een onttrekking aan de ruimte, een belofte aan de ruimte.
Oppervlak is oppervlak, het wordt geleid, het is onafhankelijk, het is willekeurig, het is sensueel, glanzend, mat, streperig, het is sexy.