Abstractie met street credibility
Over het werk van Stefan Annerel
Hoe een kunstwerk gemaakt wordt is doorgaans enkel interessant voor de maker.
Als toeschouwer wil je vooral weten waarom de kunstenaar doet wat hij doet, en wat hij of zij ermee beoogt.
Met de kunst van Stefan Annerel (51) ligt dat anders. In zijn geval verklaart het hoe ten dele ook het waarom.
Annerel is de zoon van een schrijnwerker. Voor een kind van de bouwsector zijn materiaalkennis, vakbekwaamheid en productiviteit geen ijdele begrippen.
Het verschil tussen zijn werk en dat van andere abstracte kunstenaars, zit ‘m voor een belangrijk deel in de ‘bouw’ ervan: de materialen waaruit het is samengesteld, de manier waarop het wordt geassembleerd.
Het ‘grondplan’ is een collage van repen gekleurd of beschilderd papier, tape, en soms ook lapjes textiel en stukjes plastic. Het ‘fundament’ waarin de collage wordt gevat, is een diepe lijst op een houten paneel. Daarover komt een glasplaat, die wordt beschilderd met acrylverf, in brede banen en primaire kleuren. En daar bovenop: zes of zeven lagen epoxyhars. Tussen de ‘etages’ van epoxy wordt de compositie verder verfijnd door de schilder.
Zo bereikt de kunst van Stefan Annerel zijn diepte en zijn glans. Zo zet de kunstenaar zijn unieke signatuur. En zo doet hij het al bijna vijftien jaar.
Uit de architectuur en de alchemie van het werk kun je het verhaal afleiden.
Onder het glimmende, transparante oppervlak van uitgeharde hars zit de complexiteit, de veelkleurigheid en de meerstemmigheid, van het leven in de stad. De patronen van Borgerhout, waar de kunstenaar woont en werkt. De banen van licht en de golven van rumoer die zijn zolderatelier binnenstromen via de grote ramen.
Maar gaandeweg zijn de composities ook een spel met globale culturele referenties geworden. In de serie ‘Kill Bill’ verwijst het geel naar de jumpsuit die actrice Uma Thurman draagt in de gelijknamige film van Quentin Tarantino. En ‘Scheme Color’ verwijst naar het logo van ‘Spider Man’, waarvan ook de kleurencombinatie (twee tinten rood en twee tinten blauw) gepatenteerd is. Ook de krachtige kleuren en blinkende stoffen van sportkledij, en met name voetbalshirts, inspireren Annerel. Ze resoneren in werken als ‘Celtic FC’ (het donkergroen) en ‘Chelsea FC’ (blauw en wit).
De abstractie van Stefan Annerel is allesbehalve minimalistisch. Het gaat bij hem niet over uitzuivering en reductie, maar veeleer om stapeling, overlapping en vermenigvuldiging. Creatie is inspiratie, maar ook toewijding en routine. Kunst is het spel dat elke dag wordt gespeeld. Soms gaat het er ruw aan toe, maar de onzuiverheden worden bewust niet weggewerkt. Imperfecties versterken niet alleen het trompe l’oeil-effect, ze verlenen elk werk ook een eigen individualiteit. En een hogere graad van waarachtigheid. Onzuiver, onvolmaakt als het leven zelf. Abstractie met street credibility.
In de beslotenheid van zijn artistieke bubbel heeft Stefan Annerel tijdens het voorbije coronajaar meer geproduceerd dan ooit. Er was geen tijd te verliezen. Er was alleen maar tijd om te verliezen.
De tentoonstelling ‘Arranged fragments’ bestaat uit 70 kleine werken die ruwer, dieper, sculpturaler zijn dan ooit. De ‘fragmenten’ zijn geordend als woorden, als een zin, als een verhaal in een louter visuele taal. De letterlijke betekenis ervan valt moeilijk te achterhalen. Het is kalligrafie met vormen en kleuren. Repetitieve muziek, op de ritmische dreun van deze tijd.
Danny Ilegems is journalist voor De Morgen en Humo.
In 2019 verscheen van hem het boek ‘Tuymans volgens Tuymans – twintig jaar in gesprek met Luc Tuymans’ (Lebowski Publishers)