De groepstentoonstelling Something About Us vertrekt vanuit de manier waarop we ons dingen eigen maken of leren kennen. Denk aan woorden en beelden die worden herhaald waardoor we ze op een bepaalde manier gaan zien en begrijpen. Hierdoor hebben we een soort karikaturen gevormd in ons denken: een bepaalde opvatting van hoe iets eruit zou moeten zien. De kunstenaars in deze groepstentoonstelling veranderen en manipuleren deze beelden en omstandigheden waarmee we ons vrijwel dagelijks omringen. Door zaken uit hun context te halen, ontstaat er meer afstand tot het object of verhaal, krijgen ze een andere betekenis of kan de functie veranderen in vorm.
Begin jaren ’60 creëerde Daan van Golden zijn meest bekende werken: schilderijen met minutieus geschilderde reproducties van motieven die hij op dagelijkse voorwerpen zoals inpakpapier aantrof. Vanaf de jaren ’80 startte hij met het gebruik van details uit werken van onder meer Henri Matisse en Jackson Pollock. Toen hij voor zijn eerste tentoonstelling in 50 jaar tijd in Japan nieuw werk maakte, gebruikte hij dubbelbedrukte drukproeven van zijn eigen catalogi, waar hij de mooiste beelden uitsneed en hier prints van maakte. In Study HM Tokyo (2012) is het werk Blauwe studio naar Matisse, uit 1982 te zien. Tegelijkertijd is het bloemetjesmotief te herkennen van een ongetiteld werk uit 1964 dat ook weer voorkomt op Mitsukoshi Tokyo (2012). Zo verweefde Van Golden op dat moment zijn eigen verleden en heden, maar ook de bronnen die aan de basis van die eerdere werken stonden.
Net als Van Golden, vertrekt Magali Reus vanuit bestaande objecten uit het dagelijks leven. Zo zijn in haar werken die in de galerie getoond worden objecten te herkennen als een hoed, emmer, een niet-parkeren verkeersbord en meer. Haar ingrepen zouden gezien kunnen worden als het ‘herschrijven’ van wat materieel mogelijk is voor een object. Reus gebruikt onze emotionele en fysieke verbondenheid met objecten om ons juist te laten pauzeren, te laten nadenken en bewuster te worden van de materiële omgeving waarin we ons bevinden.
Hangend kannen paar (2010) van Maria Roosen houdt het midden tussen lichaam, container, kelk van een bloem en vulva. Door de handvatten doen de golvende vormen denken aan kannen. Ze bevatten echter geen vloeistof; zou het iets anders zijn? Roosen beschrijft haar werken vaak als voorwerpen die bedoeld zijn om gevoelens weer te geven, als vertalingen van emoties die op een directe en tactiele manier communiceren; voorwerpen die gedachtes losmaken over groei, bloei, vruchtbaarheid, liefde en dood.
In het werk Icy Pants in Harbor van Evelyn Taocheng Wang beschrijft ze een anekdote die velen in Nederland zullen herkennen: op een zonnige dag jezelf in een plotselinge regenbui bevinden en daardoor tot op je onderbroek natgeregend worden. In haar werk licht Wang onderwerpen, verhalen en objecten uit die we vaak gedachteloos aan ons voorbij laten gaan. We denken ze al te kennen en daardoor wekken ze vaak nog weinig interesse in ons op. We beseffen ons niet hoe geconditioneerd we zijn en hoe velen van deze ervaringen en omstandigheden onze identiteit en cultuur vormen en in stand houden. Juist door onderdelen uit te lichten of te onderstrepen, is Wang in staat je aandacht te vragen, soms voor simpele anekdotes zoals Icy Pants in Harbor, maar ook over onderwerpen die verder gaan dan dat. Wat betekent het namelijk om gevormd te zijn door een identiteit en cultuur zonder dat je er bewust van bent en wat betekent dit voor iemand anders die zich daar niet direct toe kan verhouden?