In 1960 werd de Franse kolonie Opper-Volta een onafhankelijke republiek. Dat jaar vestigde Ibrahim Sory Sanlé (1943, werkend onder de naam Sanlé Sory) zich als fotograaf in zijn geboortestad Bobo-Dioulasso om uit te groeien tot de officieuze chroniqueur van de jeugd- en muziekcultuur in Opper-Volta.
Bobo-Dioulasso, de tweede stad van Opper-Volta (dat in 1984 werd omgedoopt tot Burkina Faso) gold in de jaren 60 als hét culturele en economische centrum van het land, dé plek waar alles gebeurde. Behalve dat Sory er met zijn camera bovenop stond, was hij er ook mede de gangmaker van.
In 1965 opende hij een eigen fotostudio, Volta Photo. Op die plek bood hij zijn klandizie de kans te ontsnappen aan de alledaagse realiteit. Want Opper-Volta was een van de armste landen ter wereld. Nog steeds, ook nu het Burkina Faso heet. Het behoort tot de Sahel-landen, met verwoestijning als ernstigste milieuprobleem. Dicht tegen de evenaar kent het land extreem hoge temperaturen.
In studio Volta Photo was iedereen welkom: jong en oud, rijk en arm, man of vrouw, moslim of katholiek. Daar liet Sory hen wegdromen in zelf gecreëerde fantasieën. In die studio waren dingen om je status mee te verhogen: een bakelieten telefoon, een platenspeler, een radio, hoeden, t-shirts en zonnebrillen. Ook kon men er kostuums, overhemden en stropdassen lenen. Vanaf 1973 legde Sory een collectie beschilderd achtergronddoek aan: een stadsgezicht, een strand, een vliegveld. Voor de gewone man of vrouw onbereikbare plekken.
Naast zijn werk overdag in de studio bracht Sory elke week enkele doorwaakte nachten door met het documenteren van het uitgaansleven en de muziekscene in zijn geboorteplaats. De muziek van Volta Jazz, Echo del Africa, Dafra Star en Imbattables Leopards.
Als hij niet op zoek was naar klanten in uitgaansgelegenheden als Volta Dancing, Calebasse d’Or, Normandie of Dafra Bar, vertrok Sory in de late namiddag naar de afgelegen dorpen in de Kou-vallei ten noordwesten van Bobo Dioulasso, om daar een platenspeler neer te zetten, geluidsboxen en sfeerverlichting op te hangen en feestjes te bouwen die duurden van acht uur ‘s-avonds tot vroeg in de ochtend. Zo maakte hij de weg vrij voor epische dansavonden op het platteland.
De bescheiden entreeprijs zorgde ervoor dat iedereen erbij kon zijn. De nachten duurden tot na zonsopgang, waarna de boeren en herders regelrecht terugkeerden naar hun akkers en vee terwijl Sanlé Sory naar zijn plek achter de camera in studio Volta Photo ging.
‘Jour et Nuit’ toont in vitale zwart-wit beelden de ontwakende vrijheid, Opper-Volta’s wederopstanding en de vrolijke, zorgeloze zoektocht naar zelfstandigheid en identiteit.