‘Parts, Bits and Pieces’, een solo met nieuw werk van Sander Breure & Witte van Hulzen, vertrekt vanuit het idee dat mensen in wezen altijd een rol spelen. Zo’n rol impliceert bijbehorende karaktertrekken, een specifiek ‘masker’, een eigen lichaamstaal, en ook passende attributen zoals bijvoorbeeld kleding. Breure & Van Hulzen presenteren een installatie met verschillende sculpturen. Mensfiguren, maar ook losse koppen, die in een theatrale setting opgevoerd worden als de vertegenwoordigers van ‘optionele’ rollen.
De sculpturen fungeren als acteurs in een even realistisch als fictief theater van het alledaagse. De geboetseerde portretten en ge-assembleerde figuren vormen een verzameling die in wisselende samenstellingen ten tonele gevoerd kan worden. Het zijn portretten gebaseerd op observaties uit het dagelijks leven, of ze nu gemaakt zijn met de beeltenis van vrienden, bekenden of anonieme passanten voor ogen, of vanuit gefragmenteerde informatie zoals een toevallig opgevangen gesprek, of flarden van herinneringen.
Al in de oudheid werd over het aangezicht gesproken als ‘de spiegel van de ziel’. In de achttiende eeuw werd de fysionomie - de leer die stelt dat aan het uiterlijk van de mens zijn persoonlijkheid af te lezen is - onder invloed van ‘wetenschappelijke’ verhandelingen van met name de Zwitserse theoloog Lavater, razend populair. Rijke dames analyseerden aan de hand van de methode Lavater de gelaatstrekken van hun geheime minnaars. Deze modieuze hobby leidde ertoe dat veel mensen alleen nog gemaskerd de straat opgingen.
Een rode draad door het multi-disciplinaire werk van Sander Breure & Witte van Hulzen is hun fascinatie voor het gedrag van mensen, de gecodeerde structuren in dat gedrag, de invloed van tijd en plaats op de verhouding tussen mensen, de fysionomie en de taal van het lichaam. Die sociale interesse wordt expliciet zichtbaar in ‘Parts, Bits and Pieces’. Het woord ‘part’ in de titel staat niet alleen voor het fragment als deel van het geheel, maar kan ook worden opgevat als ‘rol’: de rol die een acteur speelt in een toneelstuk, maar ook de rollen die mensen in het dagelijks leven aannemen: student, dokter, moeder, klant of geliefde.
In de tentoonstelling blijken vaste kaders vloeibaar en inwisselbaar. Het begrip ‘identiteit’ wordt hier nadrukkelijk gepresenteerd als een constructie. Dit actuele thema wordt door Breure & Van Hulzen scherp voor het voetlicht gebracht, maar zonder een morele component of boodschap. De sculpturen zijn samengesteld uit losse onderdelen, ‘bits and pieces’, of zijn in zichzelf onderdeel, zoals de losse koppen. Een van de sculpturen in de tentoonstelling, een manshoge mensfiguur, staat op een getrapt object, een dak, dat synoniem is voor de stad. De stad als theater, als podium voor de condition humaine.
Het verhaal wil dat er ooit een bakker uit Eeklo in België was met een bijzonder talent: hij was specialist in het ‘ombakken’ van hoofden. Stond je eigen tronie je niet aan? Geen nood! De bakker uit Eeklo kon je verlossen van die vermaledijde kop. Iedere gewenste gelaatsuitdrukking en karaktertrek kon meegebakken worden in een nieuw masker, een nieuw hoofd. Niemand die weet wanneer de bakker leefde en hoe dit verhaal in de wereld is gekomen. In zekere zin houdt de tentoonstelling het publiek een spiegel voor: we zijn in feite zelf als de bakker uit de legende: we construeren onze persoonlijkheid naar onze behoeftes en verlangens en vooral ook onder invloed van de waan van de dag.