Onder de titel ‘When You Want Ruffles, You Need Edges’ worden van 26 april tot en met 27 juni 2020 door Art Gallery O-68 in Velp, Gelderland, online, werken getoond van Andrea Radai en Johan Clarysse.
Wat brengt deze kunstenaars samen? Wat hebben ze gemeen? Ze hebben iets begrepen over onze soort, over mensen, en durven dat naar buiten te brengen in de selfie-cultuur waarin alles goed en mooi moet zijn. Zij brengen ons terug op onszelf met onze hoogte- en dieptepunten, onze kwaliteiten en schaduwkanten. Hun beider kunst deinst niet terug voor het ongemakkelijke, het kwetsbare en het lelijke.
Andrea Radai (1964) woont in Amsterdam en is geboren in Budapest, Hongarije. ‘Suspense’ of angstige spanning, is ‘Leitmotiv’ in het werk van Andrea Radai. Anticipatie en angst, gerelateerd aan onze existentiële, politieke, seksuele en sociale verlangens. Centraal in haar werk zijn beelden die dit soort spanning oproepen. Andrea Radai onderzoekt de kracht van het schilderen en tekenen van menselijke situaties en stelt daardoor de vraag wat de kracht is van kunst in een wereld die wordt overspoeld door beelden. Ze is geïnteresseerd in de relatie tussen de collectieve en de persoonlijke geschiedenis. Haar werken weerspiegelen de realiteit van een moment en refereren tegelijkertijd aan universele aspecten uit onze herinneringen. Herinneringen vanuit het nu die zo universeel zijn dat ze een blik werpen op een toekomst, welke dan ook.
Johan Clarysse (1957) woont en werkt in Brugge. Centraal in het oeuvre van Clarysse zijn de thema's identiteit en macht. Waar mensen samenleven ontstaat macht. Zeker ook de macht van religieuze en politieke ideologieën, opgelegde waarden en overtuigingen. Zijn werken formuleren vragen rond de complexiteit van de menselijke conditie. Zijn werken zijn intrigerend en vol dubbele bodems en verwijzingen. Ze zijn speels maar ook ernstig, helder qua uitwerking, maar dubbelzinnig qua betekenis. Zijn werken zetten aan tot denken en ook tot voelen. Vaak gaat er een beklemmende sfeer, een bedreiging bijna, uit van een aanwezige, maar niet direct definieerbare of zichtbare, macht. Johan zegt: "De emoties die opgeroepen worden zijn niet zomaar de 4B's, bang, blij, bedroefd en boos". De blikken en houdingen van personen blijven ambigu, ondefinieerbaar. Laat Clarysse ons zien wat we in onze twitterende samenleving liever wegstoppen?