Gianni Caravaggio behoort tot een jonge generatie kunstenaars die in Italië, in het kielzog van de Arte Povera-beweging uit de jaren 1960 en 1970, een nieuwe beeldtaal introduceert. Aan de Accademia di Brera in Milaan was hij leerling van Luciano Fabro, een van de protagonisten van het Italiaanse post-minimalisme. In het sculpturale oeuvre van Carravaggio staat een sensuele ervaring tussen het kunstwerk, de toeschouwer en de ruimte centraal. Zijn typerende poëtische beeldtaal geeft vorm aan filosofische ideeën over de mens in relatie tot de natuur, de metafysica en kosmologie. Suggestieve titels vormen in het werk vaak de link tussen de vorm en het idee. “The radical difference between human being and nature is the idea of nature as immeasurable, as mysterious and as unexpected.”(G.C.) Het resultaat is een fragiel, esthetisch universum waarin de verbeelding van de toeschouwer als vanzelf wordt uitgedaagd.