In Interference onderzoekt Noah Arends het kwetsbare evenwicht tussen verstoring en harmonie. Stromende banen van ijzig blauw en diep zwart worden onderbroken door felle accenten in roze, waardoor een compositie ontstaat die tegelijk vloeiend en geladen aanvoelt. Het oppervlak lijkt te verschuiven terwijl het oog erover beweegt, als een herinnering dat waarneming nooit vaststaat maar voortdurend in beweging is.
Zoals in veel van haar werk ligt het vertrekpunt in beelden uit de modefotografie, ontdaan van hun oorspronkelijke context en omgevormd tot gelaagde abstracties. Het resultaat is een schilderij dat iets ooit commercieels transformeert tot een veld van visuele energie – een spel van ritme, diepte en verborgen details die zich stap voor stap onthullen.