Een thema in het werk van Stefaan van Biesen poogt om op een metaforische wijze ons denken te plaatsen in onze relatie met de natuur en sociale context. Het artefact ‘Zwermer/Dovemansoren (II)’ verbergt een vreemd soort van ambiguïteit in zich door de verschillende associaties die het oproept. Het werk verwijst enerzijds naar een hedendaagse ecologische actualiteit waarbij je het werk kan lezen als een vreemd soort bijen-, of resonantiekorf, maar ook als een verzamelaar waaraan de toevallige passant zijn gedachten of bedenkingen toevertrouwt.
Bijen vervullen in een breder biodiversiteitverhaal een uiterst belangrijke functie van het bestuiven van landbouwgewassen, fruitteelten en wilde planten. Eeuwenlang was bekend dat bijen op een manier communiceren over voedsel, maar het was steeds een mysterie tot men ontdekte dat bijen laagfrequente geluiden uitzenden. De bewering dat de bijen geluid gebruiken om te communiceren viel in ‘dovemansoren’, aangezien de toen tegenwoordige overtuiging was dat bijen niet konden ‘horen’. Honingbijen produceren vele frequenties van trillingen en geluid die waardevolle informatie over of voor de kolonie opleveren.