elkaar verweven zijn. Het eerste verhaal is dat van het verlangen van een kunstenares naar ruimtes die resoneren met betekenis. Verloren in een snelle wereld brengt de reis haar naar Spanje en naar de Camino de Frances, waar ze tussen de mensen en stoffige paden manieren van verbinding herontdekt. Hier verkent ze ontmoetingen, gaat ze om met materiaal, worstelt ze met tijd en komt ze weer in contact met haar lichaam, om uiteindelijk haar weg terug te vinden naar Maastricht. Het tweede verhaal is dat van haar materialiteit. Een boek dat de sporen vertoont van de handen die het hebben aangeraakt, waarvan de glasplaat het licht breekt en de woorden vervormt. Zacht papier, doorschijnende pagina's, nissen waarin schetsen en kleine notities verborgen zitten; een tactiele speeltuin die de lezer uitnodigt om meer te lezen dan alleen de woorden. Beide verhalen vertellen over verlangen en visioenen van resonance. Het boek is een uitnodiging om te vertragen, na te denken en ons bewust te worden van de kwaliteit van onze relaties met de wereld die ons vandaag de dag omringt.