De werken van vana hebben geen fotografisch uitgangspunt: ze zijn het resultaat van een interpretatie van wat de kunstenaar op de tafel in zijn woon- en werkruimte waarneemt. Ze zijn dan ook anekdotisch-autobiografisch van aard, een aard die nadrukkelijk wordt bepaald door de motorische en psychologische intenties van het moment. Elk stilleven is een opeenstapeling van taal, anekdotische elementen, koffie, pagina's, vlekken, stippen en modulaties van toondieptes en grijstinten.
vana's kunst is een uitbarsting van gedachten over schilderkunst, gekanaliseerd in olieverfschilderijen die de illusie oproepen van stapels boeken en groezelige tafels. De grijze, sombere schilderijen staan buiten de tijd. We zien sporen van Franse schilders als Corot, Vuillard, Soutine, Cézanne of de Duitser Corinth, hoewel dat misschien een vergissing is, een schilderkunstige trompe-l'oeil.