We vergeten dat we de natuur niet kunnen bezitten want we zijn die natuur
Vorige week had ik de gelegenheid om met de Spaanse kunstenaar Miguel Sbastida (1989) te praten over zijn project ‘The Possession of Touch’ bestaande uit een video en een serie foto's. Het werd een prettig maar vooral bijzonder inspirerend gesprek. Miguel studeerde aan het Art Institute of Chicago en behaalde een Bachelor of Fine Arts aan de Universidad Complutense van Madrid (2007-2012) na zijn BFA-studies in Nederland (2011) en Canada (2012). Miguel is een multidisciplinaire kunstenaar die de snijpunten van culturele ecologie, klimaatverandering en geologische verschijnselen onderzoekt. Hij heeft deelgenomen aan symposia zoals Climate-Truth-Now Chicago (2017) en leidde het seminar Ethics for Making in the Anthropocene (2018).
De laatste jaren is Miguels werk over de hele wereld getoond en zeer goed ontvangen door musea en verzamelaars. Hoe langer ik naar hem luisterde, hoe meer ik onder de indruk raakte van de overtuiging waarmee de kunstenaar bestaande westerse theorieën en de manier waarop deze de wijze waarop we over onszelf denken en ons tot de planeet verhouden onder de loep legt. Miguel gelooft in een toekomst gebaseerd op zorg en empathie vanaf het moment dat we het traditionele onderscheid tussen het interne (ik) en het externe (de ander/de omgeving) overwinnen. Dit onderscheid is fictief: wij zijn onze omgeving.
Hoe zou jij je kunstenaarschap omschrijven?
Mijn praktijk bestaat uit het doen van onderzoek naar kwesties gerelateerd aan culturele ecologie, klimaatverandering en geologische verschijnselen. Ik ben geïnteresseerd in manieren waarop we materie en tijd waarnemen en hoe die zijn verbonden met andere realiteiten. Onderzoek is fundamenteel voor mijn werk en mijn kennis haal ik uit natuurwetenschappen, posthumane wetenschappen, milieuactivisme, inheemse studies, enzovoort. Van daaruit breng ik relaties tot stand en stel ik ideeën ter discussie die bepalend zijn voor de manier waarop wij de wereld om ons heen begrijpen en ermee omgaan. Ook probeer ik te begrijpen vanuit welke perspectieven de mens zich boven ander aardse wezens plaatst.
Kun je in het kort beschrijven hoe je te werk gaat?
Ik werk site-specific en gebruik site-gerelateerde materialen om installaties, objecten, performances, video's, foto’s, etc, te creëren. Mijn werk is interdisciplinair omdat ik het meeste leer als ik door verschillende disciplines heen beweeg. Normaal gesproken begin ik mijn onderzoek vanuit een specifiek idee van waaruit allerlei kruisbestuivingen en associaties ontstaan. Bijvoorbeeld de opvatting van het Antropoceen als een geologisch tijdperk waarin ons menselijk handelen de cycli van de aarde op onomkeerbare manier heeft gewijzigd. Als ik de mens op die manier bekijk vraag ik me af in hoeverre wij nog levende wezens in ontwikkeling zijn. Tegelijkertijd met dat onderzoek las ik een heel goed essay over het werk van Ilana Halperin, en was met name getroffen door een detail over de chemische samenstelling van kalkhoudende gesteenten en koralen: beide bestaan uit calciumcarbonaat. Vervolgens herinnerde ik me een citaat uit een boek van Jane Bennet waarin wordt beweerd dat onze botten in hoofdzaak dezelfde samenstelling hebben als koralen. In mijn hoofd verbind ik al deze informatie. Zo kom ik tot voorbeelden die in onze wereld bestaan en kan ik geldende opvattingen en handelwijzen in twijfel te trekken. Van daaruit ontwikkel ik mijn kunst, waarbij ik speciale aandacht schenk aan materie als materiaal dat een eigen betekenis heeft. Ik probeer tot de kern van de materialen door te dringen en ze zodoende zoveel mogelijk voor zichzelf te laten spreken.
Zit er eigenlijk een wetenschapper in jouw verscholen?
Ik zoek naar informatie vanuit een verlangen om de werkingsmechanismen van dingen daadwerkelijk te doorgronden. Om iets te kunnen uitleggen, moet ik het eerst begrijpen. Ik denk dat dit een wetenschappelijke benadering is. Mijn ouders zijn alle twee onderzoeker op het gebied van voedseltechnologie en fysiologie en iedere avond zaten we aan tafel te discussiëren over wetenschappelijke methoden en theorieën. Ik houd van wetenschap, ik heb zelfs overwogen om milieuwetenschappen en biologie te gaan studeren omdat de vraag hoe dingen binnen en buiten mijn lichaam werken, mij bezighield. Zelf ben ik meer een empirisch persoon, ik houd van de directe ervaring met de dingen en van veldkennis. Wetenschap kan soms te veel op gegevens of dat gebaseerd zijn: we kunnen nog zoveel gegevens over een berg of een boom verzamelen, al die data samen zijn nooit het ding op zich. Ik denk ook dat de Westerse wetenschap te veel kijkt naar dingen die je wetenschappelijk kunt verklaren terwijl er zoveel onbewezen theorieën bestaan. Wij geloven in theorieën die subject en object scheiden, dat creëert een kader waarbinnen je dingen kunt onderzoeken: op ‘objectieve en neutrale' wijze. Wat vaak ontbreekt is kennis over de onzichtbare, onderlinge verbanden tussen de dingen.
Kun je dat toelichten?
Een groot deel van mijn onderzoek is gericht op het ontkrachten van het Westerse hiërarchische denken en het daaruit volgende onderscheid dat we maken tussen wat actief of passief, levendig of inert, biologisch of geologisch is. Deze dualismen vormen de basis van het koloniale gedachtengoed en zijn verantwoordelijk van de afscheiding van de mens van de natuur. Door alleen al te denken dat wij “hier” zijn en wij iets observeren dat “daar” is, vertellen wij onszelf dat de wereld hiaten en scheidingen kent, terwijl je ondertussen de lucht inademt die een kolonie algen zojuist heeft voortgebracht. Ik denk dat het belangrijk is om dit onderscheid te slechten, omdat we de aarde evenveel bewonen als dat we er een stoffelijk onderdeel van zijn. Wij zijn net zo goed de aarde als dat we de Melkweg zijn. Weliswaar zijn we daar slechts een klein onderdeel van, maar toch, we zijn er niet van gescheiden. Als we erin slagen het onderscheid tussen intern en extern los te laten, is het eenvoudig om een ecologische mentaliteit te ontwikkelen die is gebaseerd op zorg en empathie. We geven om de ander omdat er geen ander is, de ander/het andere is namelijk deel van ons, of zal dat vroeg of laat zijn.
Hoe zie jij de relatie tussen mens en natuur?
Ik denk dat we door onze meer dan 2000 jaar lange geschiedenis van classificatie, hiërarchisch denken en hegemonie een Westerse cultuur hebben ontwikkeld die bepaalt hoe we ons verhouden tot de wereld om ons heen. Als we op hiërarchische wijze nadenken over natuurlijke wezens en materie uit dat zich ook in de materiële wereld die we op grond van dat gedachtengoed creëren. Dezelfde regels van overheersing die we toepassen om de natuur uit te buiten, werden - en worden nog steeds - gebruikt in koloniale overheersing; ze maken deel uit van dezelfde ideologie. Onder invloed van ons cultureel en religieus erfgoed accepteren we vaak ideeën die onze hersenen doen geloven dat de natuur er is ten dienste van de mens en dat dat altijd zo zal blijven. We vergeten dat we de natuur niet kunnen bezitten, omdat we zelf natuur zíjn. Het enige dat we hebben is de de mogelijkheid en verantwoordelijkheid om keuzes te maken.
Kun je dat toelichten tegen de achtergrond van de editie die ‘The Possession of Touch’?
Eind 2020 voerde ik (zonder publiek) een performance uit, genaamd "The Possession of Touch" die ik vastlegde als videokunstwerk. Voor die performance gebruik ik mijn handen en lichaam om het oppervlak te strelen van een honderdjarige boom waarvan de bast volledig is bedekt met de initialen en namen van mensen die hem in de loop van de tijd hebben bezocht. Deze markeringen waren met behulp van een mes diep in de schors van de boom gekerfd. Ik werd geraakt door de agressie ten opzichte van een wezen dat zijn identiteit al kende lang voordat iemand zijn of haar naam erin kerfde. Mijn reactie was om het oppervlak van de boom net zolang te strelen totdat de delen van de schors met de initialen waren verdwenen. Ik zag de handeling op zich als een daad van empathie en zorg voor een niet-mens, maar ook als een contrast tussen mijn ongemarkeerde huid en die van de boom. Maar iedere met zijn persoonlijke geschiedenis: de afdruk van tijd. Maar ook rekening houdend met het feit dat de huid een oppervlak is dat in het verleden werd gebruikt om te discrimineren, doden, bezitten, classificeren en controleren. In zekere zin betekende het bevrijden van de boom van deze inkervingen ook het bevrijden van de boom van die lange geschiedenis van toe-eigening en koloniale denkwijzen, en het herstellen van de relatie met diezelfde boom door middel van zorg en voeding. Van deze performance heb ik een selectie foto's gemaakt die het hele proces documenteren. Naast de foto’s bestaat de performance ook als een video die is opgeslagen in een kleine houten kist gemaakt van de schorsfragmenten van de boom.