Stéphanie Saadé maakt poëtische werken die intens persoonlijk zijn. Tegelijkertijd is het tegenovergestelde ook waar, want wat geeft ze eigenlijk precies bloot? In 2016 toonde ze in AKINCI Gallery bijvoorbeeld een vergulde huissleutel, een kunstwerk waarmee impliciet ook haar vertrouwen en gastvrijheid te koop leken te zijn. Omdat goud een zacht metaal is zijn de gebruikssporen bovendien voelbaar en zichtbaar. In ‘Elastic Distance’ (2017) toonde Saadé de kijker een iPhone die op de meter precies aan gaf hoe ver ze van de kijker verwijderd was: soms enkele meters, soms wel duizenden kilometers. De telefoon is verbonden aan de telefoon die ze dagelijks meedraagt. Je kunt haar bewegingen daarom op de voet volgen, maar tegelijkertijd zijn die bewegingen nooit concreet: je weet niet waar ze zich precies bevindt. Voor het werk ‘Golden Memories’ (2015) gebruikte ze jeugdfoto’s, die ze vervolgens bedekte met een laag 24 karaats goud, waardoor de herinnering ontoegankelijk wordt. Ze creëert met deze werken tegelijkertijd afstand en nabijheid en speelt daarbij met de grens tussen de privésfeer en openbare sfeer. Je wordt ergens deelgenoot van, maar tegelijkertijd word je buitengesloten. Er ontstaat op die manier een zekere spanning en vervreemding. Op dit moment heeft AKINCI een solotentoonstelling geprogrammeerd rondom het werk van Saadé: ’Sleeping Under the Shadow of an Unknown Tree’.
Stéphanie Saadé is kosmopolitisch ingesteld: ze verdeelt haar tijd tussen Beirut en Parijs, waar ze haar bachelor in Fine Arts behaalde. Daarna volgde ze een opleiding aan de China Academy of Arts in Hangzhou om vervolgens residenties af te ronden aan de Jan van Eyck Academie in Maastricht en de Cité Internationale des Arts in Parijs. Toch wordt haar werk vaak met name geduid in termen van haar Libanese achtergrond. Saadé: “Als je een Libanese kunstenaar bent, dan benaderen mensen je werk meestal op een manier waarbij ze actief zoeken naar elementen die verband houden met je achtergrond en de politieke situatie in je land. Er is een bepaalde verwachting, waar ik nooit aan heb willen voldoen. Aan de andere kant, als je een Libanese kunstenaar bent en in Libanon woont, dan kun je eigenlijk nauwelijks ontsnappen aan bepaalde politieke of historische kwesties. Want waar je ook aan werkt, je valt daar altijd op terug. Ik kies er voor om deze onderwerpen niet op een expliciete, of voor de hand liggende manier te behandelen. Ik verwerk ze liever in het 'deeg' waaruit de werken ontstaan. Dat deeg bevat ook bredere onderwerpen zoals de psychologie, waardoor de werken kunnen overstijgen. In elk werk zijn vele betekenissen ingesloten, die kunnen leiden tot verschillende mogelijke inzichten: een politieke interpretatie is daar slechts één van."
De getoonde werken in de tentoonstelling in AKINCI Gallery werden grotendeels vóór oktober 2019 gemaakt, maar toch kun je er als kijker bijna niet naar kijken zonder te denken aan de afgelopen periode. Want Libanon heeft een bijzonder turbulent jaar achter de rug. In oktober 2019 barstte de oktoberrevolutie los. Er ontstonden massale vreedzame protesten tegen het wanbeleid van een corrupte regering die onredelijke belastingen eist, waaronder zelfs een whatsappbelasting. Het zorgstelsel is zo hyperkapitalistisch ingericht dat mensen letterlijk overlijden op de drempels van ziekenhuizen. Maar denk ook aan chronische tekorten van alledaagse benodigdheden als benzine en meel. Even daarvoor hadden gevaarlijke bosbranden al aangetoond hoe ondergefinancierd de brandweer was en in hoeverre burgers op zichzelf en liefdadigheid aangewezen zijn in noodsituaties. De protesten werden opgevolgd door een hevige devaluatie - en later inflatie - van de Libanese munt, waardoor veel Libanezen hun spaargeld in rook zagen opgaan en mensen in de rij stonden voor hun bank. In 2020 volgden nog eens de coronacrisis en de explosie van 4 augustus die de helft van Beirut in puin legde: de grootste niet-nucleaire explosie van de 21e eeuw. 300.000 mensen waren van het ene op het andere moment dakloos en de totale schade wordt geschat op zo’n 15 miljard euro. Saadé: “Op het moment van de explosie was ik thuis met mijn partner, Charbel-joseph H. Boutros, in ons appartement bij de haven. In een oogwenk was ons gebouw gereduceerd tot een skelet. Er bleef niets van over behalve de oorspronkelijke betonnen constructie. Het contrasteerde sterk met de chaos binnen. We vertrokken meteen, zonder onze deur te kunnen sluiten - er was geen deur meer - en we stapten in onze auto.” Dat betekent overigens dat de gouden sleutel, die in 2016 werd tentoongesteld in AKINCI Gallery, op dit moment het enige fysieke overblijfsel is van Saadé’s huis in Beirut.
Als je de tentoonstelling ‘Sleeping Under the Shadow of an Unknown Tree’ in AKINCI Gallery binnenloopt dan zie je als eerste een grote installatie die is opgebouwd uit tien geborduurde gordijnen. De geborduurde lijnen representeren de topografische routes van vormende reizen die de kunstenaar maakte tussen 1995 en 2001: de periode tussen het moment waarop de gordijnen werden opgehangen en het moment waarop ze het ouderlijk huis verliet. Maar het is daarnaast ook de periode die volgde op de Libanese Burgeroorlog (1975-1990), waarin reizen ineens makkelijker en veiliger werd. De gordijnen zijn wederom ontzettend persoonlijk en intiem: je ziet de gebruikssporen en de manieren waarop licht, tijd, stof en vocht hun sporen - en kreukels - hebben achtergelaten. Toch kom je inhoudelijk niets te weten over de reizen die Saadé aflegde. In een nieuwe ruimte, in de galerie, krijgen de gordijnen bovendien een nieuwe context, aan een beduidend lager plafond dan waar ze oorspronkelijk aan hingen. Het nodigt nog eens te meer uit om te fantaseren over de ruimte waarin deze gordijnen zich eerder bevonden. Een ander verrassend werk in de tentoonstelling is een olieverfschilderij dat al generaties in Saadé’s familie zit. Tijdens de oorlog werd het vredige landschap op het doek beschadigd door granaatscherven, waardoor het op een bijzondere manier desintegreerde. In ‘Digiprint’ deelt ze de fysieke sporen van haar vingerafdrukken op haar telefoon, in de vorm van een abstracte afdruk van vet, zweet en huidcellen. We zien in deze tentoonstelling ook een lange ketting die zich verticaal naar beneden toe ophoopt. De 2832 parels komen uit een mysterieuze Duitse fabriek die niet meer bestaat. Er zitten bovendien precies 2832 dagen tussen het einde van de Libanese Burgeroorlog en de geboorte van Saadé. De kunstenaar bewandelt in deze tentoonstelling een interessante lijn waarbij ze zich tegelijkertijd heel kwetsbaar opstelt, maar altijd een bepaalde afstand houdt.
De tentoonstelling ’Sleeping Under the Shadow of an Unknown Tree’ is nog tot en met 21 november te zien in AKINCI Gallery in Amsterdam.
Tip: Check voorafgaand aan je bezoek de laatste ontwikkelingen in de galerie.