Na jaren van pendelen tussen verschillende grafische werkplaatsen, vond Chantal Elisabeth Ariëns onlangs een eigen ruimte aan het Surinameplein in Amsterdam. Ze hoeft niet langer op en neer te reizen met haar kwetsbare fotopolymeerplaten. Op deze plek bouwt ze rustig aan haar droomatelier met donkere kamer, belichtingsapparaten en een dierbare aankoop: een etspers voor haar fotogravures.
Dans was voor Ariëns van jongs af een manier om emoties te uiten: “In beweging kun je de gedachte loslaten, het brengt je tot de kern”, vertelt ze. Die benadering zie je terug in haar fotografie, waarin het lichaam vaak fungeert als expressief instrument. Beweging en verstilling komen samen in haar zorgvuldig gekozen composities waarbij ze fotografie en grafiek met elkaar verweeft. Het werk van Ariëns is tot 30 augustus te zien in de groepstentoonstelling ‘Premiers’ bij Bildhalle in Amsterdam. Kijk op de website van de galerie voor de aangepaste openingstijden in de zomer.
Waar is je atelier, en kan je beschrijven hoe deze eruit ziet? Hoe ben je op deze plek terecht gekomen?
Ik heb een atelier in broedplaats ‘Sup’ aan het Surinameplein in Amsterdam weten te bemachtigen, een broedplaats met een focus op o.a. ambacht en experiment. Mijn atelier bevind zich op de bovenste verdieping met ramen over de hele breedte, ik kijk uit over de stad en het is er zelfs op de meest donkere dagen licht. Vooralsnog werkte ik bij het Amsterdams Grafisch Atelier en (gezien de beperkte werktijden, kunstenaars zijn niet klaar om 16.15u ) in Hilversum bij het Grafisch Atelier. Ik pendelde heen en weer tussen deze plekken met kwetsbare photopolymeerplaten, transparanten en papier. Erg gelukkig voel ik me nu dan ook met een eigen plek waar ik dag en nacht kan werken, in stilte kan zijn, kan reflecteren en experimenteren.

Wat mag er absoluut niet ontbreken in je atelier? Bepaalde objecten, materialen, lichten of andere zaken?
Ik ben nog in de opbouwende fase van mijn atelier. Ik heb een doka, etspers, UV belichtingsapparaat en een fantastische etspers, het meest essentieel voor mij als printmaker. Deze heb ik kunnen overnemen van een bijzondere 80 jarige kunstenaar. De plek voelt voor mij als een veilige haven, het is belangrijk vrij te kunnen werken, impulsen te kunnen volgen in afzondering om bij een diepere laag uit te komen, soms letterlijk maar zeker ook figuurlijk.
Je begon je carrière als danseres en model. Op welke manier hebben deze ervaringen je blik als beeldend kunstenaar gevormd?
Van jongs af aan was dans een manier om me te kunnen uitdrukken, om mijn emotie in kwijt te kunnen. Ik nodig de modellen die ik fotografeer uit om vooral in beweging te zijn, om de pose ‘los te laten’. In beweging kun je de gedachte loslaten, het brengt je tot de kern, bij je gevoel, daar wordt het interessant. Ik heb niet de dans carrière gehad die ik nastreefde, ik werkte ook als model, wat heeft mij geleerd over fotografie, compositie, licht en schaduw en hoe het voelt om me aan de andere kant van de camera te bewegen. Mede door deze ervaringen ben ik altijd op zoek naar beweging en manieren om beweging en emotie te vertalen naar beelden die niet alleen visueel aanspreken maar ook emotioneel kunnen raken.
Wanneer was het moment waarop fotografie een eigen, autonome en professionele vorm van expressie werd?
Ik voelde de behoefte persoonlijk werk te maken, waarbij ik het concept losliet om op een intuïtieve manier tot mijn persoonlijke thema’s te komen. Gaandeweg voelde ik dat ik op een autonoom pad terecht kwam. De fotopolymeer ets techniek die ik me eigen maakte, sloot perfect aan bij deze intuïtieve benadering en versterkte mijn artistieke zoektocht ook op printmakers vlak.
Je werk wordt vaak omschreven als poëtisch en filmisch. Zijn er specifieke dichters, schrijvers of regisseurs die jouw inspireren?
Ik voel me aangetrokken tot werken, of die nu geschreven, gefilmd of op een andere manier tot uiting komen, die een melancholieke ondertoon hebben. Enkele namen die bij me opkomen zijn bijvoorbeeld Pablo de Neruda, Tsjechov en Paradjanov.

In je werk zijn bijzondere stoffen en couture zichtbaar. Wat fascineert je aan stoffen en kleding, en hoe beslis je wat zichtbaar blijft?
Ik ben niet geïnteresseerd in kleding pur sang, maar wel in couture, bijzondere ontwerpen en stoffen die een bepaald gevoel oproepen. Daar werk ik graag mee. Ik bepaal nooit van te voren hoe een beeld er uit komt te zien; ik laat het op een intuïtieve manier ontstaan.
Je werkt met fotopolymeer fotogravures. Wat trok jou aan in deze oude druktechniek, en hoe kwam je ermee in aanraking?
Ik zag ooit een fotopolymeer print in een galerie, de tactiliteit, het imperfecte karakter, het zichtbare ambachtelijke werk: het fascineerde me. Ik hou van de structuur, de vele nuances, het intense zwart en de gelaagdheid die de print zo bijzonder en uniek maakt.
Ik las dat je bewust hebt gezocht naar een techniek die jouw fysieke betrokkenheid bij het maken mogelijk maakt. Zijn er andere technieken die je hebt overwogen, voordat jij bij fotopolymeerets uitkwam?
Dit is de techniek waarmee ik mee ben begonnen maar ik heb hem eigen gemaakt zodat ik de beelden mijn handtekening kan geven. Het heeft me ook geleid naar de authentieke kopergravure en andere grafische technieken die ik graag verder wil onderzoeken in relatie tot mijn beelden.
Aan welke projecten werk je op dit moment? Of waar kijk je het meest naar uit in de nabije toekomst?
Ik werk momenteel aan een boek naar aanleiding van de beelden die ik heb gemaakt met ontwerpen van Olivier Theyskens, niet zo zeer als een fashion boek maar als een eigen wereld die tot uitdrukking komt.
