Galerie Fontana in Amsterdam presenteert tot en met 26 oktober de tentoonstelling ‘ATMOSPHAERA’ van Claudy Jongstra. In deze expositie toont de kunstenaar een selectie van haar nieuwste werken, die onmiddellijk herkenbaar zijn door haar kenmerkende gebruik van wol en natuurlijke pigmenten. Jongstra creëert poëtische, gelaagde en sculpturale wandwerken en installaties die ons uitnodigen na te denken over de complexe wisselwerking tussen mens en natuur.
Met een ambachtelijke benadering verwerkt de kunstenaar wol tot vilt, een van de oudste vorm van textiel, dat ze vervolgens kleurt met plantaardige pigmenten. Haar werk kenmerkt zich door een samensmelting van eeuwenoude ambachten en innovatieve hedendaagse technieken, altijd met een diep respect voor mens, haar (cultuur)geschiedenis en doorgegeven kennis, en bovenal: de natuur. Toen Jongstra haar werk in 2020 tentoonstelde in de Lakenhal kregen bezoekers bij de ingang een staaltje wol mee om op die manier toch een tactiele ervaring mee te maken — de werken mochten immers niet aangeraakt worden. Op het kaartje aan het staaltje stond een vraag: ‘Zijn we in deze tijd nog wel in staat om onze zintuigen écht te gebruiken?’. Zintuiglijke waarneming speelt dan ook een centrale rol in de praktijk van de kunstenaar.
De artistieke praktijk van Jongstra is een voortdurend onderzoek naar de relatie tussen kunst, ecologie, duurzaamheid en activisme. Haar holistische benadering van materialen komt tot uiting in haar eigen (grotendeels) circulaire productieketen. In 2001 opende ze haar studio in Friesland, op slechts een half uur van Leeuwarden, waar ze een ecologisch experiment opstartte dat nu geldt als een model voor duurzaam ondernemerschap. Jongstra maakt voor haar werk bijvoorbeeld gebruik van wol van haar eigen kudde van meer dan honderd zeldzame Drentse heideschapen, het oudste ras van Noord-Europa, en gebruikt pigmenten die afkomstig zijn uit planten in haar gespecialiseerde biologisch-dynamische tuin, waarmee ze meteen bepaalde soorten beschermt. Zo gebruikt Jongstra indigo en een goudgele kleur afkomstig van uien, maar ook rood pigment uit meekrap. Met behulp van oude verfrecepten zet ze die pigmenten om in verf. De kunstenaar verzet zich met dit alles tegen het verlies van biodiversiteit in de omgeving. De zelfvoorzienende werkwijze van haar studio gaat verder dan een ecologisch statement: het is een pleidooi voor het herwaarderen van ambacht en biodiversiteit, waarden die steeds meer onder druk staan in een maatschappij die gedomineerd wordt door effiency en (over)consumptie. Haar werk ademt passie, veerkracht en een streven naar harmonie en het vormt een krachtige reactie op de verstoorde relatie tussen mens en natuur en de gevolgen van klimaatverandering.
Ondanks het zelfvoorzienende karakter van haar praktijk staat samenwerking centraal in Jongstra's werk. Zo werkt ze veelvuldig samen met lokale scholen, boerderijen en sociale programma’s die zich richten op onder andere kansarme jongeren en nieuwkomers. Dit maakt haar praktijk niet alleen regeneratief, maar ook inclusief. Haar studio is bovendien een hechte samenwerking tussen haar team en haar partner Claudia Busson. Toen vervolgens ook haar zoon interesse toonde om het bedrijf voort te zetten in de toekomst, werd het een echt intergenerationeel project.
Een ander belangrijk samenwerkingsverband is dat met Odin-boerderij De Beersche Hoeve in Noord-Brabant, waar Jongstra en haar team verfplanten mogen verbouwen. Zo werd de verse oogst van gele kamille ingezet om levendige gele kleur te verkrijgen. In 2022 vond op deze biodynamische boerderij voor het eerst in meer dan honderd jaar weer een grootschalige oogst van de plant wede plaats, dat vroeger op akkers groeide. Deze plant, bekend van de diepblauwe kleur die kunstenaars als Van Gogh en Vermeer gebruikten, wordt door Jongstra verwerkt in haar werken, waardoor deze ook een subtiele kunsthistorische verwijzing dragen.
Jongstra experimenteert in haar organisch gevormde werken met compositie, kleur, textuur en natuurlijke materialen. Wol vormt de kern van haar praktijk. Dat is niet een willekeurig gekozen materiaal, het staat bekend om haar beschermende eigenschappen en vormt daarmee een krachtige metafoor. Het is bovendien een bijzonder materiaal dat een unieke combinatie van eigenschappen bezit die niet chemisch of synthetisch na te bootsen is. Daarnaast maakt Jongstra ook gebruik van materialen als merinowol, mohair, linnen, zijde en katoen en experimenteert ze met traditionele technieken zoals kaarden, spinnen, weven en het maken van guipurekant. Jongstra’s praktijk is gestoeld op diepgaand materiaal- en kleuronderzoek, en op historisch onderzoek naar verf- en ambachtstechnieken uit onder andere de 15e en 16e eeuw. Hiervoor ontving ze onder meer steun van het Niemeijer Fonds.
Claudy Jongstra werd in 1963 geboren in Roermond en studeerde modevormgeving aan de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht (HKU), waarna ze zich ontwikkelde tot autonoom kunstenaar. Haar werk maakt deel uit van de collecties van musea als het Stedelijk Museum, het Victoria & Albert Museum in Londen, het Los Angeles County Museum of Art (LACMA), het MoMA in New York en San Francisco, het Centraal Museum, Museum De Lakenhal en het Fries Museum, evenals de privécollecties van beroemdheden als Adele en Brad Pitt. Ze heeft daarnaast stoffen gecreëerd voor kunstenaars en ontwerpers als Hella Jongerius, Maarten Baas, Christian Lacroix, John Galliano en Viktor & Rolf. Bovendien leverde ze vijftig meter vilt voor de film The Phantom Menace – Star Wars Episode 1 (1999), verwerkt in de iconische Jedi-capes. Een van haar grootschalige werken (6,80 x 3,50 m) hangt sinds kort in Brussel, in het nieuwe hoofdkantoor van de Nederlandse ambassade en de Permanente Vertegenwoordiging van het Koninkrijk der Nederlanden bij de Europese Unie, waar het een veelzeggende visuele dialoog aangaat met een 18e-eeuws wandtapijt van een herderin. In 2005 ontving ze de Amsterdamprijs voor de Kunst, en in 2019 werd ze benoemd tot Kunstenaar van het Jaar en lid van de Akademie van Kunsten, een afdeling van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen.