Kunstenaars Faria Van Creij-Callender, Shivangi Kalra en Tobias Thaens ontvingen afgelopen donderdag in Amsterdam de Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst uit handen van Koning Willem-Alexander. In het Koninklijk Paleis op de Dam ontvingen de winnaars een geldprijs een 9000 euro.
De jury onder leiding van Mirjam Westen (conservator hedendaagse kunst Museum Arnhem) ontving 483 inzendingen, een dozijn minder dan vorig jaar. Ruim 3100 werken passeerden de revue. Dertig kunstenaars werd gevraagd twee schilderijen in te zenden voor de tweede ronde. Uiteindelijk belandden 15 van hen op de shortlist. De komende maand zijn in het Koninklijk Paleis op de Dam werken van zowel de winnaars als de genomineerde kunstenaars te zien.
De Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst is, samen met de Prix de Rome, de oudste kunstprijs voor aanstormende jonge beeldend kunstenaars wonend in Nederland. De prijs werd in 1871 als Subsidie voor Vrije Schildekunst ingesteld door Koning Willem III. Jaarlijks wordt de prijs uitgereikt aan drie kunstenaars tot 35 jaar. Zij ontvangen ieder 9000 euro. In zijn toespraak benadrukte Z.M. de Koning het belang van eigenheid en autonomie in de kunst. “Het is elke keer weer spannend om te zien hoe jonge kunstenaars hun eigen weg zoeken en hun individuele signatuur proberen te vinden. Eigenheid, autonomie, vernieuwing; het zijn belangrijke waarden in de kunst.”
Afgaande op de inzendingen wordt die eigen weg wordt steeds gevarieerder. Nog steeds is de meerderheid van de inzendingen figuratief, maar, zo merkt de jury merkt op in haar rapport, dit jaar ontving zij meer abstract werk dan in de jaren hiervoor. Ook herkende de jury bij deze generatie schilders de noodzaak om ‘ondanks een wereld vol digitale schermen, te kiezen voor het aloude medium van de schilderkunst, waarin de tactiliteit van het oppervlak ook een rolt speelt’.
Dat daarbinnen van alles mogelijk is blijkt wel uit de verschillende thema’s, stijlen en methoden en materialen die worden gebruikt. Zo spat in de expressionistische werken van Eline Boerma de verf zowat van het doek af. De dikke lagen verf lijken met een krachtsinspanning te zijn aangebracht. De grote installaties van Vicente Baeza bestaan uit poreuze lagen van karton en behang, die op het eerste gezicht monochroom lijken, maar ze bevatten minieme sporen van zijn persoonlijk leven zoals kringen die verfpotten of glazen nalaten.
Een speciale vermelding is op zijn plaats voor Dion Rosina die voor het derde jaar op rij de shortlist haalde. Dit jaar zond hij grotere doeken in dan voorgaande jaren. Zijn werken ogen als collages opgebouwd uit verwijzingen naar belangrijke figuren en historische gebeurtenissen die hij combineert met elementen vol symboliek, zoals een lotusbloem.
Binnen de figuratieve inzendingen merkt de jury op dat een thema’s terugkeren, zoals de natuur en het landschap waarin herinneringen liggen besloten of vergankelijkheid centraal staat, zoals in het stemmige, aardekleurige werk van Thijs Segers. In Het land van ooit zien we een voormalige achtertuin van Segers. Voor de Portugees Tiago Santos spelen herinneringen aan plaatsen en gebeurtenissen uit zijn jeugd een belangrijke rol. Schilderen is voor hem een manier om datgene wat ver af is weer dichtbij te brengen. In Árvore do Amigo (vert.: Vriendenboom) zijn we getuige van het planten van een boom ter nagedachtenis aan een vriend. Het zicht wordt ons deels ontnomen door planten en de boom, maar de overwegend grijze voorstelling van een groep mannen die naar de grond staart, grijpt wel aan. Je begrijpt namelijk direct waar het werk over gaat. De verhalende scenes van Daniel Cabrillos Jacobsen gaan terug op herinneringen aan voorouders en hun kennis van de natuurgeneeskunde.
De winnaars
Faria van Creij-Callender (1998) studeerde vorig jaar af aan de KABK. Op haar doeken zien we vrouwelijke personages. Ze stelt ze samen uit allerlei beelden. Al zoekende probeert ze een diepere betekenis aan het personage te geven en tegelijkertijd uitdrukking te geven aan haar Surinaamse-Nederlandse identiteit.
Die gelaagdheid zie je in het werk The 24th of August (2024) terug in de opvallend grote sieraden en de tattoo van een paard op de arm van een zwarte vrouw in het gras. De vrouw zit er ontspannen bij, maar krijgt door het gekozen perspectief bijna monumentale proporties. ‘Een zwarte vrouw hoeft niet met een bepaald doel of actieve houding afgebeeld te worden om haar aanwezigheid in de kunst te rechtvaardigen’, aldus Van Creij-Callender.
De Indiase Shivangi Kalra (1998) verruilde Dehli twee jaar terug voor Groningen waar ze in 2024 haar master behaalde aan het Frank Mohr Instituut. De jury was positief over de schilderijen waarmee Kalra het oog van de toeschouwer verleidt om haar droomachtige, surreële wereld binnen te treden.
In haar kleurrijke werken weet Kalra een sfeer van vervreemding op te roepen door in herkenbare ruimtes als een huiskamer een nieuwe werkelijkheid te scheppen. “Ik ben meer gaan schilderen naar herinneringen en ben de verwarring die daaruit kan ontstaan gaan omarmen”, verklaart Kalra in het begeleidend interview. Die verwarring neemt in een werk als And nobody said anything de vorm aan van een tijgervloerkleed dat plots tot leven is gekomen en de verder gezichtsloze personen die op de bank zitten lijkt aan te vallen. Dit alles gezien vanuit het gezichtspunt van een meisje op de voorgrond.
Tobias Thaens (1999) behaalde zijn bachelor in Fine Art Painting in Enschede en verbleef in 2022-2023 aan De Ateliers in Amsterdam. In zijn werk lopen figuratie en abstractie, natuur en cultuur moeiteloos in elkaar over, alsof scherpe tegenstellingen hebben plaatsgemaakt voor vloeiende lijnen, gevoeligheid en kwetsbaarheid. Op het doek vertaalt zich dat in matte, doorschijnende lagen waarin vormen en vlakken vervloeien.
‘Schilderen is als een liefdesbrief aan een chaotische manier van waarnemen, waarin nieuwsgierigheid en gevoeligheid de boventoon voeren,’ aldus Thaens. In het werk By the Kiss zie je goed hoe Thaens de balans tussen gevoel en compositie heeft gevonden. De jury viel dan ook voor de ‘overtuigende en poëtische wijze’ waarop Thaens de verfijnde gevoeligheid in zijn werk weet te vangen.