Charlotte Caspers presenteert nieuw werk waarin de blauwe pigmenten ultramarijn (lapis lazuli) en citramarijn (azuriet) een hoofdrol spelen. Deze zeldzame pigmenten nemen zowel in de natuurlijke wereld als cultuurhistorisch een bijzondere plek in. In de hoogtijdagen van de Europese schilderkunst waren ze kostbaar en geliefd vanwege hun heldere kleur. In haar nieuwe werken vieren beide blauwen samen de schoonheid van de natuur, en symboliseren het door de zee gewekte verlangen om achter de horizon te kijken. We zochten Charlotte Caspers op in haar atelier in Bergen (NH).
Charlotte Caspers (1979) heeft een atelier aan huis. In het groen, vlakbij zee. Een logische plek voor een kunstenaar wier werk vertrekt vanuit haar verwondering over de schoonheid van de natuurlijke wereld. “Ik heb een stimulans van mijn omgeving nodig. Ook al heb ik genoeg ideeën waarmee ik aan de slag wil, het werkt het beste wanneer mijn omgeving mij inspireert. Dat is voor mij de natuurlijke wereld.” Wekelijks loopt ze over het strand en neemt in zich op wat ze daar ziet. “Lichtblauw, grijstinten en de veranderlijkheid daarvan. Dat spiegelt zich ook weer in die stenen.“
‘Die stenen’ zijn lapis lazuli en azuriet. Caspers had ze al jaren in haar atelier liggen, het zijn oude bekenden uit haar vorige carrière als onderzoeker en schilderijenrestaurato. Ze noemt ze relikwieën van de natuurlijke wereld. De pigmenten die eruit gewonnen kunnen worden hebben een vergelijkbare status: ze zijn onlosmakelijk verbonden met de hoogtijdagen van de Europese schilderkunst. Uit de lapis lazuli wordt het blauwe pigment ultramarijn gewonnen. Uit azuriet het eveneens blauwe pigment citramarijn. Beide waren tot ver in de 17e eeuw de voornaamste anorganische blauwe pigmenten, geliefd vanwege hun heldere kleur en dikwijls lastig te verkrijgen.
Dat laatste is terug te zien in de tot de verbeelding sprekende betekenis van de namen van de pigmenten. Ultramarijn, wat Latijn is voor aan de andere kant van de zee, werd gewonnen in Afghanistan en via Bagdad met Venetiaanse schepen naar het Westen gebracht. De reis zit al ingebakken in de naam. Citramarijn, een andere benaming voor azuriet, betekent aan deze kant van de zee. Azuriet is een diepblauw mineraal dat in de natuur wordt aangetroffen in de bovenste lagen van koperafzettingen.
Een visuele spraak
Ultramarijn en citramarijn waren kostbare pigmenten die vooral ingezet werden voor iconografisch belangrijke onderwerpen, zoals de helblauwe mantel van de maagd Maria. “Voor mij is deze betekenis van de materialen heel belangrijk. Tegelijk hebben ze een eigen visuele spraak en dat is waar ik deze serie werken omheen heb gemaakt.”
Met die spraak bedoelt Caspers onder meer de verschillende gradaties blauw die de overwegend kleine panelen hebben - de kleinste panelen meten 30 x 23 cm, de grootste panelen 66 x 51 cm - in de tentoonstelling die Colin Huizing samenstelde. Deze kleine afmetingen van de handgemaakte eiken- en lindenhouten panelen laten zich verklaren door de hoge productie- en materiaalkosten. De diepte van het blauw door de grootte van de pigmentdeeltjes. Daarvoor geldt: hoe groter en zuiverder (minder afval- en reststoffen), hoe dieper het blauw.
In de wasbak in haar atelier liggen de zeven die ze gebruikt bij het wassen van de pigmenten. In kommen water scheidt ze pigmentdeeltjes van verschillende grootte van elkaar en bindt ze vervolgens tot verf met hazenlijm.
“De panelen lijken heel eenvoudig geschilderd, maar op sommigen zitten wel vijfentwintig lagen. Het diepe blauw is een soort blauw zand, maar als je dat op een wit paneeltje zou schilderen dan heb je niet meer dan een paar blauwe spikkels, daarom begin ik met een aantal krijtlagen, gevolgd door lagen bestaande uit een mindere kwaliteit blauw, die als het ware een soort vangnet vormen voor de pigmenten van een hogere kwaliteit.”
Naast de werken met ultramarijn en citramarijn is er een aantal panelen met bladgoud. Caspers polijst het bladgoud met een agaatsteen, een eeuwenoude techniek.
“Het goud staat voor licht en het blauwe pigment voor materie. 'Dan ben je terug bij de schilderkunst op zijn fundamenteelst, materie en licht, de pijlers in mijn werk”, vertelt Caspers die sinds ongeveer vijf jaar naar buiten treedt met autonoom werk. Zo spiegelt ze de natuur op een materiële maar ook op een conceptuele manier.
Net als de wetenschap is de schilderkunst volgens Caspers een manier om je te verhouden tot het grootste kunstwerk dat er is, de natuur. De relatie tussen kunst en wetenschap is naar haar idee kunstmatig doorgeknipt. “In de wetenschap zoomt men dikwijls diep in op iets kleins in een poging het grote geheel te doorgronden..” In Caspers’ praktijk is dat zeker niet het geval. Ze vertrekt vanuit verwondering over de natuur en werkt op basis van haar uitgebreide kennis van de kunstgeschiedenis en historische materialen en technieken. Haar werk is geworteld in een lange traditie waardoor het een unieke plek inneemt binnen de hedendaagse kunst.
Caspers bezocht geen kunstacademie, maar alles wat ze deed, droeg direct of indirect bij aan haar huidige praktijk. Na de middelbare school studeerde ze kunstgeschiedenis, werd ze opgeleid tot schilderijenrestaurator en maakte jarenlang reconstructies voor musea. Ook was van ze kinds af aan al geïnteresseerd in de natuurlijke wereld, maar die was ver weg in de nieuwbouwwijk waar ze opgroeide. maar die was ver weg in de nieuwbouwwijk waar ze opgroeide. Ze moest het doen met haar verbeelding. “Ik verzamelde stenen en schelpen, die legde ik uit op mijn kamertje uit. Dan pakte ik een steen en kon ik op reis door me voor te stellen waar die steen vandaan kwam.” Op reis gaan deed Caspers nu weer, naar de andere kant van de zee.
Ultramarine – Citramarine werd gecureerd door Colin Huizing, de gelijknamige publicatie is in de galerie verkrijgbaar.
Op 31 mei en 1 juni om 16 uur geeft Charlotte Caspers een artist talk in de galerie. Curator Colin Huizing zal daarbij aanwezig zijn.