Galerie Ramakers in Den Haag presenteert tot en met 23 juni een solotentoonstelling van Wido Blokland. De installaties van deze Nederlandse kunstenaar zijn als intellectuele puzzels, vol complexe lagen, allusies en woordgrapjes. Dat resulteert in bijzondere werken waarin filosofie en spiritualiteit op betekenisvolle wijze worden verweven.
Blokland studeerde oosterse en westerse Filosofie aan Universiteit Utrecht, gevolgd door een opleiding in Beeldende Kunst aan de toenmalige Kunstacademie Amersfoort en een verblijf aan Ateliers ’63 in Haarlem. Deze combinatie van vakgebieden komt op boeiende wijze terug in zijn werk. Vooral de titels voorzien het werk daarbij telkens van een extra inhoudelijke laag, met verwijzingen naar wetenschap, filosofie, mythologie, literatuur of spiritualiteit, waarbij de achterliggende concepten soms actief worden bevraagd.
De kunstenaar probeert daarbij niet zelden het ongrijpbare te vangen. Blokland: “Het door de kunstenaar gezochte en verlangde is in geen enkel beeld te vatten. Iedere beeld schiet per definitie tekort ten opzichte van het ‘oorspronkelijke beeld’ dat ergens diep in de geest sluimert. Toch blijft [het] me verbazen hoe juist beelden, vaak bestaande uit slechts enkele componenten, datgene wat desondanks onzichtbaar blijft op de een of andere manier weten te belichamen. Het wonder van het kijken vraagt echter om onze blik, een betrokken blik wel te verstaan.”
Blokland stimuleert actief kijk- en denkgedrag in de toeschouwer. Dan blijkt het werk ‘Simulacrum (4) - Ieder blad is heel het woud en heel het woud is ieder blad’ (2024) te verwijzen naar een gedicht van de Belgische dichter Erik van Ruysbeek (1915-2004), die in zijn werk een benadering zocht van een mystieke belevenis en de ervaring van universele eenheid. In zijn nieuwste werken maakt Blokland veelvuldig gebruik van oude foto’s en spiegels, soms geplaatst als ‘autospiegels’ om een bepaalde hoek te weerspiegelen of concaaf geslepen om een bepaald effect te creëren: je reflectie wordt dan vergroot of verkleind (en omgekeerd), afhankelijk van hoe ver je je van de spiegel staat. Spiegels zijn een terugkerende metafoor in de literatuur, filosofie en poëzie en symboliseren zelfreflectie of juist een vertekende weerspiegeling of waarneming (van Descartes tot de grot van Plato). De menselijke aanwezigheid is ook zichtbaar in een reeks voetafdrukken in uiteenlopende materialen, waaronder rubber, gips en hars.