Britte Koolen heeft een atelier in de Nijverheid, een broedplaats voor kunstenaars in Utrecht. Iedere dag loopt ze naar haar atelier. Tijdens die wandelingen probeert ze zich bewust te zijn van haar omgeving. Zo ontstaan veel ideeën die ze in haar minimalistische sculpturen en installaties uitwerkt.
De werken die ze maakte voor (Hidden) Trophies ontstonden tijdens een residency in Portugal. Koolen dwong zichzelf een andere aanpak te kiezen door een maandlang niet te werken in de kleur rood en niet in de houtwerkplaats te komen. Ze maakte sculpturen met de voorwerpen die ze op het oude industrieterrein van PADA vond. Terug in haar studio maakte ze er composities mee. “Ik kwam erachter dat ik op deze manier aandacht kon vragen voor de dingen die zich normaal buiten ons blikveld bevinden: een gevonden verdeelkap wordt bijvoorbeeld onderdeel van een nieuw sculptuur. Het grootste verschil met mijn eerdere werk is dat de vorm van een bestaand object al bepaald is.”
Het werk van Britte Koolen is, samen met dat van dat van Tim Wunderink, deze week nog te zien met bij Galerie Bart in Amsterdam.
Waar is je atelier en hoe ziet het eruit?
Mijn atelier is in Utrecht. Het is onderdeel van de Nijverheid, dit is een culturele broedhaven opgericht door en voor kunstenaars. Met 13 andere kunstenaars deel ik een loods waarin we allemaal ons eigen atelier hebben gebouwd. De ruimte eromheen delen we, in deze gedeelde ruimte hebben we een houtwerkplaats en metaalwerkplaats ingericht.
Voor schilders is natuurlijk licht vaak een dealbreaker bij een atelier. Jij maakt sculpturen en sculpturale installaties, wat is voor jou een must?
Voor mij is ruimte erg belangrijk. Ik wil zowel grote als kleinere sculpturen/installaties kunnen maken en hierin niet belemmerd worden doordat de ruimte te klein is. Het fijne aan de loods is dat we buiten ons atelier kunnen werken als we bezig zijn met grote projecten. Een andere must is het hebben van een (gedeelde) houtwerkplaats.
Hoe ziet een typische dag in je atelier eruit?
Iedere ochtend loop ik naar mijn atelier. Aan het einde van de dag ga ik ook weer lopend naar huis. Tijdens deze wandelingen probeer ik bewust te zijn van mijn omgeving en vaak ontstaan tijdens deze wandelingen ideeën. Na mijn residentie in PADA zijn deze wandelingen nog belangrijker geworden. Mijn atelier dagen in het atelier tijdens een project zijn heel anders dan de dagen dat ik kan experimenteren en onderzoeken. Als ik midden in een project zit dan ga ik vaak meteen aan de slag. Schuren, zagen en veel lakken. Ik houd ervan lichamelijk werk te doen. Tijdens rustige periodes ben ik juist veel aan het experimenteren door middel van schetsen en kleine vormonderzoeken.
Je hebt een hele minimalistische beeldtaal. Kan je uitleggen hoe die is ontstaan?
Voor mij staat mijn minimalistische beeldtaal voor stilte en rust. Toen ik jong was had ik al dat dingen soms heel erg overweldigend konden voelen en dan was ik altijd op zoek naar iets in de ruimte waarin ik kon verdwijnen. Dat kon een kauwgom zijn op de grond of een gat in de muur, daar kon ik me dan op focussen en dan was ik even niet meer in de ruimte. Ditzelfde gevoel krijg ik bij het maken van mijn installaties. Het is een manier om orde in de chaos te scheppen. Ik probeer ook aandacht te vragen voor het kleine, wat misschien niet meteen opvalt. Ik vind het niet erg dat mijn werk vaak in eerste instantie niet opvalt, maar als mensen er nog een keer langslopen pas alle details ontdekken die verborgen zitten in mijn werk.
In het persbericht staat dat je tijdens je residentie bij PADA in Portugal een nieuwe werkwijze hebt ontwikkeld. Kan je uitleggen hoe die nieuwe manier van werken afwijkt van je eerdere werk?
Voordat ik de residentie begon had ik een aantal regels voor mezelf opgesteld. Ik mocht niet de houtwerkplaats in en ook de kleur rood wilde ik tijdens deze maand niet gebruiken. Ik wilde zo mezelf uitdagen om een andere manier van werken te vinden. Een belangrijk onderdeel van de PADA-residentie is het Industrial Park. Je wordt als resident uitgedaagd om dit park te gebruiken voor het creëren van nieuw werk of een nieuw onderzoek. Elke dag liep ik over het fabrieksterrein op zoek naar bruikbare materialen. Eenmaal terug in mijn studio componeerde ik deze tot nieuwe sculpturen. Ik kwam erachter dat ik op deze manier aandacht kon vragen voor de dingen die zich normaal buiten ons blikveld bevinden: een gevonden verdeelkap wordt bijvoorbeeld onderdeel van een nieuw sculptuur. Het grootste verschil met mijn eerdere werk is dat de vorm van een bestaand object al bepaald is.
Momenteel is je werk te zien bij Galerie Bart samen met dat van Tim Wunderink. Voor deze show werk je met gevonden voorwerpen. Je stelde als voorwaarde dat de voorwerpen intact waren en rond. Is dat een methode die je vaker toepast?
Ik probeer altijd mijn sculpturen zonder oneffenheden te maken. Hierdoor is er geen afleiding en geeft het je de mogelijkheid om het werk te bekijken als geheel in de ruimte. Door de voorwaarde te stellen dat de voorwerpen intact waren kon ik naar ditzelfde doel streven. Mijn beeldtaal is geometrisch, dit is in het PADA werk niet anders.
Is er een overlap tussen Tims werk en dat van jou?
Tijdens de residentie in Portugal ben ik gaan werken met gevonden objecten. Dit heeft voor Tim natuurlijk altijd al een belangrijke rol gespeelt in zijn werk. Hierin konden wij elkaar in deze expositie dus ontmoeten.
Je bent 30 en staat aan het begin van je carrière. Wat zijn je plannen voor de komende pak hem beet 5 jaar?
Door de afgelopen jaren ben ik erachter gekomen dat ik steeds meer kan vertrouwen op mijn beeldtaal en de rol van de juiste compositie hierin. Hierdoor durf ik meer risico’s te nemen wat betreft mijn modulaire installaties. Ik maak de sculpturen in mijn atelier en pas op locatie bepaal ik wat de definitieve installatie wordt. Je zou dus kunnen zeggen dat ik al voor een gedeelte in situ werk. In de komende 5 jaar zou ik hierin nog een stap verder willen gaan. Ik wil experimenteren met nieuwe materialen en ik hoop mijn eerste stappen gezet te hebben in het maken van een werk voor de openbare ruimte.
Waar werk je op dit moment aan?
Op dit moment ben ik druk bezig aan een nieuwe modulaire wand installatie voor de tentoonstelling ‘Abstracte Abstracten’ (Tweede aflevering van de reeks Abstracte Narratieve Vormen, in Galerie Ecker – Breda) deze opent 8 maart.
In de zomer van 2025 heb ik een buitententoonstelling in België. Ik zal hier een serie nieuwe buitensculpturen laten zien. Daar ben ik nu al druk mee bezig. Ik ben bezig met de stap naar een nieuw materiaal: Keramiek. In mei ga ik de Nijverheid verlaten en verhuis ik naar een nieuw, groter atelier.