Aankomende zaterdag opent Ctrl Alt Delirium, de nieuwe solotentoonstelling van Dadara. Daniel Rozenberg, zoals Dadara in het dagelijks leven heet, brak begin jaren ’90 door met zijn flyerontwerpen voor raves en is bekend door zijn vele installaties op het Burning Man Event. Zijn eerste project ‘Fools Ark’ was in 2002 de start van een lange reeks. Al ruim 30 jaar maakt hij werk dat tegelijk kritisch en speels is. Dadara observeert, kijkt vooruit, onderzoekt, reflecteert en creëert. In Here for the Art, het boek dat tijdens de opening wordt gepresenteerd, vat hij zijn werkwijze bondig samen: "Mijn twee favoriete media zijn acrylverf en mindfuck."
Here for the Art blikt terug op het werk dat Dadara de afgelopen vijf jaar maakte. Veel daarvan zijn guerillaprojecten in de openbare ruimte uitgevoerd tijdens de lockdowns. Goede voorbeelden daarvan zijn The artist is not present waarvoor hij een tafel en twee stoelen op het Museumplein zette en I am dream, een alternatieve versie van de iets te succesvolle citymarketing slogan I Amsterdam. Naast een sectie gewijd aan de Corona-interventies, bestaat Ctrl Alt Delirium uit een tiental nieuwe werken. De expositie is tot en met zaterdag 24 februari te zien.
Waar is je atelier en kan je beschrijven hoe het eruitziet?
Mijn atelier ligt in de Pijp in Amsterdam, randje centrum. Het is een 30 meter lange aanbouw achter mijn huis.
Is zo’n centrale plek een voorwaarde voor je of zou je ook prima aan de rand van de stad kunnen werken?
Ik heb altijd middenin de stad gewerkt. Voor mij zijn kunst, muziek, films etc al mijn hele leven net zo belangrijk als lucht. Het is de zuurstof van mijn bestaan, en een stad is de plek waar al dat soort dingen voorhanden zijn, met als bijkomend voordeel dat ik 5 minuten fietsen woon van mijn favoriete bioscopen Kriterion en Rialto. Aan de andere kant vind ik het wel heerlijk dat mijn atelier achter mijn huis ligt zonder buren en ik me daar echt dagen gevoelsmatig ver van de bewoonde wereld kan opsluiten.
Je maakte in de jaren ’90 naam als ontwerper van de flyers voor raves. Wat staat er aan als je aan het werk bent?
Mijn werk heeft nog steeds af en toe connectie met muziek (zo heb ik bijvoorbeeld afgelopen jaar het artwork van het Portugese Boomfestival gemaakt) al is dat wel veel minder dan begin jaren ’90. Ik heb altijd muziek aan als ik schilder, kan heel uiteenlopend zijn – Boards of Canada, Leonard Cohen, Philip Glass, Moderat, Lil Peep, Marilyn Manson, Mac Miller – maar wel altijd één album of één DJ-mix op repeat.
Gefeliciteerd met het nieuwe boek Here for the Art. In het voorwoord stellen je galeriehouders/uitgevers dat je recente werk sterk verbonden is met Amsterdam. Geldt dat in het algemeen ook?
Ik weet het niet, ik werk ook altijd heel internationaal. Zo heb ik in de lange periode dat ik veel grote projecten heb gebouwd op Burning Man veel in Amerika gezeten en de laatste jaren werk ik veel in Spanje en Portugal, maar Amsterdam is wel al ruim dertig jaar mijn uitvalsbasis. En het feit dat ik zoveel weg ben zorgt er volgens mij wel voor dat ik Amsterdam blijf waarderen. In het nieuwe boek staan ook veel samenwerkingen met andere Amsterdamse kunstenaars.
Een aantal werken in het boek is gemaakt tijdens de lockdowns, in de corona periode. Een daarvan is The Artist is not Present, waarbij je een tafel een met twee stoelen op een volledig uitgestorven Museumplein zette. Wat wilde je met die interventie laten zien?
Het was geïnspireerd op het werk ‘The artist is present’ van Marina Abramovic in het MoMa, waarin duizenden bezoekers tegenover haar plaats konden nemen. Maar door haar weg te halen en het ‘The artist is not present’ te noemen hoopte ik zichtbaar te maken dat we zonder kunstenaars alleen nog maar een functionele, materiële werkelijkheid overhouden. En dat leek me vooral in Corona-tijd waarin kunst werd neergezet als niet-essentieel een belangrijke boodschap. Dat het vervolgens door BOA’s werd weggehaald en ik daarvan weer een sculptuur heb gemaakt versterkte die boodschap nog meer.
Ook op het Museumplein realiseerde je in die periode ‘I am dream’ – een knipoog naar de speech van Martin Luther King. Dat was een hek rondom de marketingslogan ‘I Amsterdam’ voor het Rijksmuseum, op het hek zag je een gefotoshopte versie van de letters I Amsterdam door elkaar gezet naar ‘I am Dream’. Anders dan een tafel en twee stoelen zet je zo’n hek niet zomaar neer. Hoe ging je te werk en waarom wilde je dit juist bij het Rijksmuseum doen?
Ik zag langzaam alle vrije culturele ruimtes uit Amsterdam verdwijnen, met als laatste de ontruiming van de ADM, toen ik dit project bedacht. De ‘I Amsterdam’ letters stonden voor mij voor een city marketing die haaks op de alternatieve cultuur stond die Amsterdam ook te bieden had. In september 2018 werd opeens besloten om de letters te verwijderen, en ik wilde mijn plan nog wel uitvoeren dus ik zette er vaart achter. We hebben de actie goed gepland zodat de ruim zestig meter hek en banners snel om de letters heen geplaatst konden worden en het met een groot team vroeg in de ochtend gedaan. Dat iedereen oranje fluorescerende hesjes aan had hielp ook wel mee om het ongemerkt voor elkaar te krijgen.
Een ander thema in je werk is geld en de neiging van mensen om alles in monetaire waarde uit te drukken. Tijdens de lockdown beschilderde je met Bas Kosters in een peeskamer op de Wallen bankbiljetten tijdens het project ‘Transactions Amoureuses’ – jullie waren de enige peeskamer waar het licht aanstond. Waarom kozen jullie juist voor een peeskamer om op bankbiljetten te schilderen?
Kunst en geld hebben altijd een ingewikkelde relatie gehad. Aan de ene kant heb je geld nodig om te overleven in onze maatschappij, maar je wil als kunstenaar niet je ziel verkopen voor geld, of zoals letterlijk gezegd wordt ‘je hoereren voor geld’ en daarom leek een peeskamer ons een mooie symbolische plek daarvoor. En los daarvan vind ik de foto van Bas en mij in het rode raam visueel ook gewoon prachtig. Sowieso heel bijzonder dat tijdens de lockdown ik voor veel projecten de beschikking kon krijgen over unieke locaties – de stad werd echt mijn speeltuin.
Een van de projecten die in het boek staan is de Transformoney Tree. Dat is een boom waar mensen beschilderde bankbiljetten kunnen aan kunnen hangen. De biljetten krijgen dan meer dan alleen een monetaire waarde. Je begon het project als Exchanghibition Bank tijdens de financiële crisis van 2008-2013 toen overheden wel bereid bleken banken te redden, maar hard bezuinigden op de kunst- en cultuursector.
Met de verkiezingsuitslag van afgelopen november staan we waarschijnlijk aan de vooravond van nog zo’n bezuinigingsronde. Vind je het tijd voor een Transformoney Tree in Nederland, op het Frederiksplein bijvoorbeeld?
Waarde lijkt in onze maatschappij synoniem te zijn geworden voor financiële waarde en mede daarom denk ik dat de echte waarde van kunst door velen niet gezien wordt. Nadat de Transformoney Tree op Burning Man, Woodstock en voor het California State Capitol heeft gestaan, zou ik het inderdaad prachtig vinden als er een mogelijkheid zou bestaan om hem naar Nederland te halen. En ik woon vlakbij de Nederlandse Bank op het Frederiksplein… Dus als iemand dit leest die daar connecties heeft of een ander goed idee voor een locatie in Nederland heeft, neem contact me op!
Waar werk je op dit moment aan?
Op het moment leg ik de laatste hand aan de schilderijen voor mijn nieuwe ‘CTRL ALT DELIRIUM’ expo die binnenkort bij KochxBos Galerie opent. Op deze foto staat mijn atelier nog vol, maar binnenkort is het weer een stuk leger en dat levert hopelijk weer ruimte op voor nieuwe ideeën.
Tijdens de opening presenteren we Dadara’s nieuwste boek ‘Here for the Art’. Het eerste exemplaar wordt rond 18:00 uur overhandigd aan Merlijn Twaalfhoven, die het betoog ‘To drown, surf, or dive in waves of reality’ schreef. Daarnaast zal Dadara een introductie geven over zijn nieuwste werk en signeren.
De expositie is tot en met zaterdag 24 februari te zien.