Schilderen is voor Babs Bleeker de manier om haar hoofd leeg te maken en de wereld te begrijpen. Haar werk is een vrij directe afspiegeling van wat er in haar hoofd omgaat. En in dat hoofd gebeurt veel. Bleeker is namelijk neurodivergent. Dat zie je terug in haar abstracte schilderijen die ze omschrijft een soort verzamelbundel van alles wat ze ervaart en waarneemt en als orde in de chaos. Het werk van Babs Bleeker is nu samen met dat van beeldhouwer Tom Putman te zien in de duotentoonstelling Nature distorted bij galerie HEEJSTECK# in Utrecht. Wat de overeenkomst is tussen beiden? “We houden van hetzelfde kleurpalet en zijn niet vies van kitsch.”
Waar is je atelier en hoe ziet het eruit?
Mijn atelier is in Utrecht. Sinds 2018 ben ik onderdeel van de culturele vrijhaven de Nijverheid te Utrecht. De ruimte is ongeveer 40m2.
Is er een vereiste waaraan een atelier moet voldoen voor jou? Veel daglicht, ruime opslag, uitzicht op groen of juist vrienden en collega’s die in de buurt werken?
Hoge plafonds vind ik heel erg belangrijk. Die ademruimte is voor mij zo voelbaar, ik geniet daar echt van. Ik werk op schragen dus de vloer moet ‘leeg’ zijn van obstakels, haha. Ik ben heel kieskeurig als het gaat om licht qua warm/koud-tinten, vandaar dat ik veel tl-lichtbakken heb hangen aan het plafond. Ik probeer altijd als ik klaar ben alles op te ruimen. Op dagen dat ik niet per se aan het schilderen ben, vind ik het echt superfijn om gewoon wat te rommelen hier. Beetje klussen, muurtje sauzen, ‘superhandige’ dingen verzinnen om ruimte te besparen, dat soort dingen.
Ik las dat je neurodivergent bent. Kan je uitleggen wat dat is en heeft dat invloed op hoe je je dagen indeelt?
Neurodivergentie betekent dat je als persoon op het spectrum zit; bij mij is dat ADD en Hypersensitiviteit. Bij mij houdt dat in dat ik snel overprikkeld ben door bijvoorbeeld (onverwachte)geluiden, fel zonlicht of harde wind. Dit komt onder andere door het gebrek aan een filter. Alles is even belangrijk voor mij. Acclimatiseren doe ik continue. Ik ben erg hak-op-de-tak, en dagdroom te pas en te onpas. Er speelt zich de hele dag door van alles af in mijn hoofd, terwijl ik ondertussen gewoon de dingen der dingen doe. Als ik in mijn atelier aan het werk ben is het een uitdaging om mijzelf aan een zelfgemaakte planning te houden. Ik heb een ander tijdsbesef. Als zzp’er natuurlijk een afschuwelijk verdienmodel.
Heeft de neurodivergentie invloed op de onderwerpen en thema’s die je aansnijdt in je werk? Ik vraag het omdat de titels van je werken vaak verwijzen over een emotionele staat of een vluchtig natuurverschijnsel.
Mijn werk is een vrij directe weerspiegeling van mijn hoofd. Ik begin meestal met schilderen vanuit een esthetische inspiratie. Nieuwsgierigheid speelt daarnaast ook een zeer belangrijke rol. Gaandeweg herken ik elementen in het werk; daar ga ik dan verder op in. Vaak zijn dit herinneringen aan dingen die ik heb gezien. Schilderen is voor mij de manier om mijn hoofd leeg te maken en, door ermee bezig te zijn, dingen te begrijpen. Iets waar ik mij vaak op dat moment nog niet eens bewust van ben; dat besef ik mij altijd later.
Maar vooral: energie eruit knallen, spanning. Dat zijn mijn spuitbus-lijntekeningen. Krassend, snel, intuïtief en niet nadenkend. De combinatie van dat rausen van die tags die ik vervolgens zorgvuldig plaats in een compositie die ik geheel in hyperfocus uitlijn, zorgt naar mijn idee voor een sterk maar harmonieus beeld. Harmonie in de disharmonie. Orde in de chaos. Aan de andere kant, als ik een negatieve emotie ervaar ga ik niet naar mijn atelier om dit ‘eruit te schilderen’. Het is bij mij niet zo’n directe 1-op-1-vertaling. Mijn werken zijn meer een soort verzamelbundel van alles wat ik ervaar en waarneem. Alles waar ik mee zit. In Night’s Opera bijvoorbeeld gaat het om de aantrekkingskracht van de nacht. In die schilderijen zit mijn tweestrijd. Ik voelde me op dat moment heel erg eenzaam. Ik houd zoveel van de nacht; maar waarom voelt het zo verkeerd om 's nachts te willen werken? Waarom mag het wel als barvrouw, maar niet als kunstenaar? Wie bepaalt dat? Toen de doeken af waren, besefte ik pas dat ik die frustratie daarin had gestopt. Dit is trouwens een onderwerp dat ik benoem.
Op dit moment is je werk samen met dat van Tom Putman te zien bij HEEJSTECK# in de duotentoonstelling Nature distorted. Hoe kwam die samenwerking tot stand en wat is de grootste overeenkomst tussen jullie werk?
Afgelopen zomer werd ik gebeld door Galerie HEEJSTECK# of ik een duoshow zou willen met Tom. Daar heb ik geen moment over getwijfeld: natuurlijk! Jaap, Ellemieke, Alex en Tom: dat kon alleen maar een supervette show worden. Echt een powercombinatie van mensen. Tom en ik delen, denk ik, dat we beiden de grenzen op zoeken binnen ons medium. Tom met zijn sculpturen en ik met mijn schilderijen. Daarnaast houden we echt van hetzelfde kleurpalet en zijn we niet vies van kitsch.
Wat is het werk waaraan je het langste hebt gewerkt en waarom?
Vertical Forest is by far waar ik het langst aan heb gewerkt, niet vanwege het formaat, maar omdat ik mijn geduld op een ander niveau leerde kennen. In tegenstelling tot mijn gebruikelijke snelle schilderen, vergde dit werk heel veel tijd en focus omdat ik het schilderde met spuitbus-nevel. Dan ligt de verf ‘op’ het paneel. Hierdoor moest ik supervoorzichtig te werk gaan, want krassen en vlekken waren er zó snel.
Daarnaast is ’t realistische element een nieuwe stap na jaren abstract te hebben geschilderd. Ik wilde echt dat de toeschouwer zag wat ik er zelf in zag. Dat was heel erg tof om weer eens aan te gaan, en waar ik super veel inspiratie en motivatie uit heb gehaald. Ook was het een uitdaging om het werk zo te laten als dat het nu is.
Dat is iets waar ik altijd wel mee struggle, trouwens. ‘Stick to the plan’, vertel ik mijzelf echt dagelijks. Vandaar dat ik ook aan meerdere panelen tegelijkertijd werk. Zodra ik andere ideeën zie tijdens het schilderen, fiets ik die er snel in op een ander paneel. Ik moet gewoon heel veel werk maken. Elk werk is 1 stapje vooruit. (Ik teken daarnaast ook veel op mijn iPad trouwens voor deze impulsieve ideeën). Zo ontstaan er weer nieuwe schilderijen en die kunnen uitgroeien tot twee- of drieluiken of een serie.
Je staat nog aan het begin van je carrière en exposeert sinds 2016. Het is nu 2023. Waar hoop je in 2030 te zijn?
In 2030 hoop ik resident te zijn geweest bij de Rijksacademie. Ben ik natuurlijk al meerdere malen gehonoreerd door het Mondriaanfonds en heb ik al vele residenties in het buitenland gehad. Als huismus lijkt me dat een perfecte uitdaging. Ik hoop in 2030 een goede en houdbare balans gevonden te hebben in het werken/ontspannen. Financieel gezond te zijn. Zelf gezond. Dat ik lief mag hebben en liefde mag kennen bij m'n partner. Daarnaast hoop ik werkzaam te zijn als docent aan een kunstacademie in Nederland. Maar wat betreft schilderen: als kunstenaar duurt je carrière tot je dood, toch?
Je werkt met gemengde technieken: spuitverf, olieverf, assemblages. Is er een techniek of een medium waar in je graag nog eens zou werken?
Heel suf maar ik zou heel graag na al die jaren weer eens op doek willen schilderen met olieverf en met een flinke platte kwast. Of weer eens gaan beeldhouwen. Überhaupt 3D werk.
Stel ik geef je carte blanche aan welk project zou je dan meteen gaan werken?
Ik werk nooit in projecten, dus ik zou mijn tijd ‘kopen’ van jouw carte-blanchebudget voor in mijn atelier. Ik moet daar vooral uren doorbrengen en veel werk maken om elke inspiratie-impuls de ruimte te geven en het niet te vol te schilderen. 1 jaar financieel onbezonnen wat betreft huur en materiaalkosten, klein bedrag voor de vaste lasten; ideaal.
Waar werk je op dit moment aan?
Ik ben momenteel bezig met nieuwe schilderijen voor de expositie ‘Commentaire Compose’, (gecureerd door Jean-Philippe Paumier) in Amsterdam. Hiervoor ben ik weer veel aan het experimenteren met reliëf/structuren, alleen zonder het gebruik van gips. Doorgaan met de vibe van Vertical Forest, alleen dan anders.