Kunst wordt niet zelden gereduceerd tot een simpele vraag: is het werk mooi? Geen volledig irrelevante vraag, maar daarmee ga je wel voorbij aan de mogelijke diepere lagen die schuilen achter een kunstwerk, de lagen die een kunstwerk vele malen interessanter kunnen maken. COPPEJANS GALLERY in Antwerpen presenteert tot en met 27 augustus de tentoonstelling ‘Art is Research’ en duikt daarmee onder het oppervlak. In deze tentoonstelling wordt niet enkel de schoonheid van kunstwerken gevierd, maar vooral ook de zoektocht die eraan voorafgaat. Dat levert kunst op die zowel relevant als resonant is. In de groepstentoonstelling in COPPEJANS GALLERY kun je werk bekijken van drie kunstenaars: Jan Henderikse, Caroline Hofman en Hans Kooi.
Let op: de galerie heropent op 24 augustus officieel na een zomerstop, maar op 18 augustus is er sprake van een feestelijke vrijdagavond in de galerie. Tussen 16.00 en 20.00 kun je de tentoonstelling onder het genot van summer drinks bekijken in het bijzijn van twee van de tentoonstellende kunstenaars: Caroline Hofman en Hans Kooi.
Voor de Nederlandse kunstenaar Hans Kooi ligt het vooronderzoek in de richting van de wetenschap. Van kinds af aan was hij al gefascineerd door balans en herhalende en voorspelbare bewegingen in de natuur, zoals bijvoorbeeld water of de getijden. Tijdens zijn opleiding aan de Rotterdamse Academie voor Beeldende Kunsten en Technische Wetenschappen verenigde hij wetenschappelijke kennis met een visuele taal. Magneten en motoriek vormen terugkerende elementen in zijn kinetische praktijk, die getekend wordt door beweging. Zijn werk werd onder meer opgenomen in de collecties van Kröller-Müller Museum, de Gemeente Rotterdam, McKinsey, ABN Amro en het Arizona State University Art Museum.
De Duitse kunstenaar Caroline Hofman staat bekend om haar diepgaande materiaalonderzoek waarin ze de mogelijkheden van papier en karton verkent, wat resulteert in driedimensionale composities. Door te experimenteren met schijnbaar eenvoudige materialen belicht Hofman hun verborgen potentieel voor driedimensionaliteit. Ze maakt gebruik van herkenbare en alledaagse elementen en gebruiksvoorwerpen om daarmee hun grafische kwaliteiten te benadrukken. Het samenspel van onderzoek, techniek en esthetiek komt ook naar voren in Hofman’s nieuwe publicatie 'The Aesthetics of Silence’, die dit jaar werd uitgegeven door Waanders.
De Nederlandse kunstenaar Jan Henderikse wordt beschouwd als een pionier binnen de kunstwereld. Hij was onder meer van centraal belang in de oprichting van de Nul-beweging, de Nederlandse vertakking van de ZERO beweging. Zijn onderzoeksbenadering verraadt een voortdurende fascinatie voor alledaagse objecten, waarbij hij elementen uit de samenleving omarmt die vaak over het hoofd worden gezien of weggegooid. Andere keren vernietigt hij juist dingen waar waarde aan wordt toegekend. Zo zijn in de galerie verschillende transparante plexiglas dozen en lijsten te zien met versnipperde dollarbiljetten. Deze aandacht voor het alledaagse — en de consumptiecultuur en menselijke gewoonten die daaraan ten grondslag liggen — maakt hem tot een soort kunstzinnige antropoloog die de menselijke aard onderzoekt en de poëzie zoekt in het banale. Henderikse ontving veel internationale erkenning en zijn werk vormde in 2015 nog een centraal onderdeel in de expositie ‘ZERO: Countdown to Tomorrow, 1950s-60s’ in het Guggenheim Museum in New York.