In PontArte in Maastricht wordt tot en met 28 februari een duopresentatie getoond met werk van twee vrouwelijke kunstenaars: Dorine van der Ploeg en Ana García. Het werk van beide makers wordt getekend door een scherp observatievermogen. Zowel García als Van der Ploeg tonen in deze expositie hun directe omgeving: respectievelijk het park nabij het atelier van García en de bomen bezien vanuit het raam van de studio van Van der Ploeg.
De figuratieve praktijk van de Spaanse kunstenaar Ana García wordt hoofdzakelijk getekend door realistische olieverfschilderijen. Het schilderen is voor García een traag proces, niet zelden geïnspireerd door haar directe omgeving. In 2020 begon ze aan een reeks nachtelijke werken met een terugkerend thema: een park in de buurt van haar woning en studio, in een dorpje boven Barcelona. Een park wordt normaliter getekend door de mensen die er gebruik van maken; stelletjes die wandelen over de weggetjes, kinderen die spelen op de toestellen. In de schilderijen van García zien we echter een volledig verlaten park, schaars verlicht door een paar lantaarnpalen. Ontdaan van functie en gebruikssporen krijgen het park en de bijbehorende speelplaats haast een nieuwe context. En in het donker, als de wereld even stilstaat, ontstaat er voor de schilder ineens ruimte om deze locatie echt te zien, los van haar dagelijkse context als werkende moeder — García is professor aan de Universiteit van Barcelona, waar ze zelf ook haar opleiding genoot. In haar handen krijgen deze locaties iets buitenaards of magisch. De kunstenaar heeft naast haar eigen praktijk ook een grote academische interesse voor het werk van Antonio Lopèz, een Spaanse realistische schilder die in de 20e eeuw zijn eigen “school” vormde. García ontdekte het werk van de kunstenaar toen ze zestien jaar oud was en werd jaren later uitgenodigd om deel te nemen aan zijn masterclass.
Dorine van der Ploeg drukt zich voornamelijk uit via het medium papier. Ook zij gebruikt haar directe omgeving als inspiratiebron en werd aanvankelijk ook opgeleid in de realistische stijl. De Nederlandse kunstenaar kijkt voor haar speelse en semi-abstracte collages niet alleen naar de letterlijke objecten en ruimtes die haar omringen — van een verlaten zwembad en de vloer van haar atelier tot een bos — maar ook naar de kleuren, het licht en de diepte van het landschap. Ze probeert daarbij écht te kijken, omdat we meestal vluchtig ergens naar kijken en de rest van het beeld aanvullen met het beeld dat we er al van hebben in ons hoofd. De vaste materialen van de kunstenaar zijn een schaar en een specifiek kleurenpalet: een reeks eerder beschilderde, gekleurde vellen papier. Haar praktijk bestaat om die reden uit twee fases die in feite los van elkaar staan: het beschilderen van papier in haar studio (binnen) en het zoeken naar de meest geschikte kleur en vorm in het veld (buiten). Het hebben van een gelimiteerd aantal kleuren en vormen resulteert in een vrijere en minder letterlijke interpretatie van het originele beeld en het dwingt Van der Ploeg om tot de essentie van het beeld te komen en creatieve oplossingen te bedenken. Soms neemt dat proces verschillende dagen in beslag. De collages van Van der Ploeg vonden vanaf 2022 ook een meer driedimensionale uiting in de vorm van installaties, die ook te zien zullen zijn in PontArte. Vorig jaar was haar werk onder meer te zien in Genua en Wiesbaden.