Het kraken van het brein van een kunstenaar om diens werk beter te begrijpen, is een onmogelijke opgave, want precies weten wat de ander denkt, kan simpelweg niet. Deciphering the Artist’s Mind biedt dan ook allereerst een goed overzicht van de actuele thema’s binnen de hedendaagse kunst aan de hand van werk van bekende, veelal jongere kunstenaars. De tentoonstelling is gratis te bezichtigen op het hoofdkantoor van ABN AMRO.
Geen conversation pieces
Wie denkt dat bedrijfscollecties alleen bedoeld zijn voor het personeel van het bedrijf, of slechts dienen als conversation starter met klanten heeft het mis. Met de aankopen worden niet alleen lokale kunstenaars en galeries gesteund, de werken worden ook regelmatig uitgeleend aan musea. Bedrijfscollecties schaffen vaak museumwaardige stukken aan die voor particulieren doorgaans buiten hun budget vallen. Op die manier vervullen de bedrijfscollecties een belangrijke rol in het ecosysteem van de kunstwereld. Een aantal bedrijven, waaronder ABN AMRO, maakt ook jaarlijks een aantal publiekelijk toegankelijke tentoonstellingen met werken uit de collectie.
Vaak weerspiegelen de collecties de waarden van het bedrijf of herinneren de aankopen losjes aan de branche waarin het bedrijf actief is, maar dat is bij ABN AMRO niet het geval. “Het gaat ons meer om het teruggeven aan de maatschappij. Het is wel zo dat veel van de onderwerpen die nu in de beeldende kunst spelen, ook actueel zijn in ons werk. Denk aan klimaatverandering en duurzaamheid”, vertelt conservator Danila Cahen.
Deciphering the Artist’s Mind
Deciphering the Artist’s Mind bestaat uit twee ruimtes. Op de begane grond zijn werken te zien die de afgelopen vier jaar werden aangekocht. Op de eerste verdieping is een aantal hoogtepunten uit de collectie te zien, die zijn gekoppeld aan recente aanwinsten.
De tentoonstelling ontleent haar naam aan een serie van Berend Strik, die tussen 2012 en 2020 vakgenoten opzocht in hun studio om hun werk beter te begrijpen. Echter, vaak is de kloof tussen idee en beeld niet te overbruggen, maar wat deze tentoonstelling goed laat zien, is hoe verschillend kunstenaars thema’s als klimaatverandering, duurzaamheid, migratie en identiteit benaderen.
Zo maken Edwin Zwakman en Rory Pilgrim zich op totaal andere wijze zorgen over klimaatverandering. Zwakman voorziet door zeespiegelstijging een toekomst op het water. Zijn foto’s zijn onheilspellende toekomstbeelden van maquettes van drijvende flatgebouwen op zee, terwijl Pilgrim zich op zijn kleine paneeltjes afvraagt wat de mens als individu en als collectief kan doen om natuurrampen in de toekomst te voorkomen. Magali Reus reflecteert aan de hand van foto’s van zwammen voorzien van stevige stalen frames op de commodificatie van de natuur, terwijl Claudy Jongstra wijst op de mogelijkheden die ambachtelijke, circulaire productie biedt.
Ook wat betreft identiteit en migratie kan je uiteenlopende posities waarnemen. Evelyn Toacheng-Wang onderzoekt als Chinese in West-Europa haar culturele identiteit in werk waarin ze Chinese en Europese stijlen, ideeën en gebruiken combineert. Het resulteert in raadselachtige beelden die mogelijk een aanzet zijn tot een nieuwe identiteit. In Het gaat regenen! Eet smakelijk! schildert ze oliebollen met de primaire kleuren van Mondriaans palet. Terwijl de reiger die een visje meepikt, door Wangs oosterse manier van schilderen, zo van een Chinese rolschildering lijkt te komen.
De Amsterdamse Iriée Zamblé onderzoekt hoe taal een middel is tot zelfbeschikking. Daarbij put ze inspiratie put uit de Afro-Atlantische cultuur. In haar werk lijken de personages de controle te nemen over het doek. De titel van het drieluik Wi Run Tingz, Tingz Nuh Run Wi (we control things, things don’t control us), is zo’n Jamaicaanse bezweringsformule.
Deciphering the Artist’s Mind bestaat bovendien uit werk van kunstenaars die de afgelopen jaren hard aan de weg timmerden. Toacheng-Wang, Lixenberg, Pilgrim, Jongstra en Reus kunnen alle vier op veel aandacht rekenen, ook buiten de landsgrenzen. Anderen, zoals Kersten, Aidoo en Zamblé beleefden hun doorbraak recenter. In een museumtentoonstelling zal je deze kunstenaars (nog) niet samen zien, ook dat maakt deze tentoonstelling bijzonder en interessant.
De slag om de 20e eeuw
Op de eerste verdieping zijn een aantal hoogtepunten uit de collectie te zien. Veel daarvan zijn gemaakt voor de eeuwwisseling. De werken worden gekoppeld aan recent werk, dat eveneens bestaat uit alledaagse voorwerpen en materialen. Zo hangt een papier-maché reliëf van Jan Schoonhoven naast een serie monochroom beschilderde kartonnen dozen Machteld Rullens. Een nageschilderde theedoek van Daan van Golden wordt vergezeld door de assemblages van alledaagse voorwerpen van Ana Navas. Ook gaat het werk van Erik van Lieshout een dialoog aan met dat van zijn voorbeeld René Daniels.
Alleen het werk van Daniëls maakt een bezoek aan de Zuid-as al meer dan de moeite waard. De slag om de 20e eeuw (1984) is namelijk het werk waarmee Daniëls zijn beroemde strikvorm introduceert. Eind jaren 70 blies hij de schilderkunst nieuw leven in met doeken vol referenties, beeldgrappen en dubbelzinnig titels. Het strikje is zo’n dubbelzinnigheid. Je kan het zien als perspectivisch verkorte museumzaal, maar ook als vlinderdas, het symbool van de gevestigde orde en de goede smaak. Het strikje is dus tegelijk plat en ruimtelijk, realistisch en metaforisch. Dat maakt De slag om de 20e eeuw van grote kunsthistorische waarde en met recht een hoogtepunt in de collectie van de bank.