Hoe ziet het ideale atelier eruit? Hoeveel tijd spendeert een kunstenaar in zijn atelier? Is het een heilige plek? In de reeks ‘Het atelier’ deze week: Vincent de Boer, van wie tot 31 augustus werk te zien is bij galerie Franzis Engels, in de groepshow ‘On Demand’.
Gaat u iedere dag naar uw atelier?
Heel graag! Het is namelijk een fantastische plek: zelfgebouwde werkplaatsen in een oude vliegtuighangar op een voormalige militaire basis in het bos. Het gaat eigenlijk verder dan ‘atelier’, het is meer een soort overdekt kunstenaarsdorp. Ik ben er het liefst non-stop, maar het is goed om in het weekend niet te gaan. Ik vind ritme heel belangrijk en heb daardoor op zondagavond altijd enorm veel zin om maandagochtend weer naar het atelier te gaan.
Hoe laat vertrekt u naar uw atelier, en hoe: te voet, per fiets, openbaar vervoer of auto?
Zo snel mogelijk na het opstaan. Voordat ik met andere dingen of gedachten bezig ben – dat is heel belangrijk voor me. Ergens tussen half negen en half tien stap ik op de racefiets. Het is vanaf Utrecht naar het bos een half uurtje tot veertig minuten fietsen (met tegenwind).
Houdt u vast aan bepaalde rituelen in uw atelier? Muziek of juist stilte?
Er zijn veel rituelen. ‘Telefoon-loze dag’ staat hoog bovenaan. Dat doe ik een of twee keer per week, en is zeer goed voor de concentratie. De meeste rituelen probeer ik om de zoveel tijd te doorbreken en/of te veranderen, zo kom ik erachter wat het beste werkt. Het begint bij het openen van de immense voordeuren, acht meter hoog en met een motor aangedreven. Daarna: rekken, strekken, omkleden, mediteren, koffie zetten. Liefst geen computer zien voor de eerste tekening. De mailbox en bijbehorende to do’s zie ik liever na mijn hoofdprioriteit: tekenen/schilderen.
Een ander ritueel is het koken met mijn pandgenoten. Tijdens de lunch eten we met elkaar en maken we er altijd een flinke maaltijd van. De band met hen is sterk en we helpen elkaar met alles. We zijn samen een geoliede machine; niet alleen met het eten koken, maar ook de rest van de dag.
Aan het eind van de middag loop ik of fiets ik vaak een rondje door het bos. Als ik vanuit het atelier een buizerd of havik hoor, sla ik bijna nooit over om naar buiten te lopen en te gaan kijken. Vooral als er weinig mensen in het bos zijn komen ze wel eens heel dichtbij.
Verder probeer ik voordat ik naar huis ga nog even stil te zitten, buiten, voordat ik op de fiets stap. Dat is echt een belangrijk ritueel, dan sluit je het werk mentaal en fysiek af.
Muziek: soms op de achtergrond en soms extreem luid, zodat het dwars door je heen trilt. Eigenlijk alleen maar instrumentaal, geen stemmen, geen tekst. Dat werkt afleidend voor me. Over het algemeen vrij repetitieve muziek, dub, ambient of soundscapes. Diepe muziek. Dat werkt heel goed voor mijn concentratie. In de lente en de zomer – als de deuren open kunnen qua temperatuur – luister ik het liefst naar de wind en de vogels in het bos, mits het daarvoor rustig genoeg is qua machines in de rest van de loods – vaak in de ochtend.
Hoe belangrijk is licht voor u?
Heel belangrijk, voor het gevoel voornamelijk. Praktisch gezien is voor het werken met zwarte inkt de kleur van het licht niet heel belangrijk. Mijn voor-atelier heeft enorme ramen en een ruim uitzicht, en dat is heel prettig, maar na een aantal jaar begon ik juist het tegenovergestelde te verlangen: een afgesloten ruimte zonder grote ramen en ‘inkijk’. Het achter-atelier, dat ik pas sinds een jaar heb, voldoet aan die behoefte en heeft daglichtlampen. De disconnectie met de buitenwereld is juist heel prettig, alsof de tijd daar stilstaat.
Hoe gaat u te werk? Begint het werk pas op het moment dat u uw atelier betreedt of gaat het werk altijd en overal door?
Als ik ‘middenin’ een project of nieuwe serie werken zit ben ik volledige in de greep van het werk; dan ben ik er uit enthousiasme de hele tijd mee bezig. Gedachtes over mijn werk neem ik in principe overal mee naartoe, al probeer ik mezelf erin te trainen dat minder te doen. Het werk kan anders op een manische manier mijn hele leven overnemen.
Bovendien werkt het juist altijd erg goed als ik er even uit ben geweest, dan heb ik daarna vaak een scherpere blik. Dat past ook bij een inzicht dat zich steeds vaker bevestigt: als je iets forceert lukt het niet, of althans: dan wordt het werk niet goed. Ik heb met dit thema een aantal jaar terug een serie werken gemaakt waarbij ik bepaalde ‘choreografieën’ voor de penseel maakte die ik vervolgens herhaaldelijk uitvoerde. De laatste jaren probeer ik tijdens het werken steeds minder na te denken, om me volledig over te geven aan het proces, en ontvankelijk te zijn voor gevoelens en energieën.
Ik werk in een werkstation dat is voortgekomen uit een langlopende samenwerking met Jonas Wijtenburg: vriend, collega-kunstenaar en atelierbuurman. Het is een soort tekenmachine waar een lange rol papier in zit. Samen met het werkstation ontwikkel ik een bepaalde tekenmethode. Daarbinnen ga ik dan op zoek naar de mogelijkheden en aan de hand van de bevindingen kan het systeem weer aangepast worden, en dat kan dan weer leiden tot een nieuw werkstation. Het werken wordt zo een heerlijke overgave op het moment dat ik in het werkstation ga zitten. In principe is zo dus elke plek een potentieel atelier.
Hoeveel tijd spendeert u gemiddeld per dag in uw atelier?
Een werkdag begint rond half tien en eindigt rond half acht. Het is voor mijn werk erg belangrijk om veel tijd te hebben. Tijdens het werken wil/kan ik namelijk niet goed omgaan met het idee dat ik ‘straks alweer moet stoppen’. Een zee aan tijd is een zee aan mogelijkheden. Dat wil ik voelen tijdens het maken.
Is het atelier een heilige plek?
Het is zeker een van de belangrijkste plekken op aarde voor mij, maar alles moet daar in principe mogelijk zijn. De term ‘heilig’ klinkt religieus en dat komt mij niet ‘vrij’ genoeg over. De regels worden in het atelier niet door anderen bepaald en bovendien: de regels veranderen telkens. Niet bepaald heilig in de religieuze context, dus. Aan de andere kant: ik heb enorm veel respect voor de plek, alsof het een soort levende entiteit is. Soms ‘vraagt’ het om orde en soms om chaos. Ik vind het belangrijk dat het atelier een bepaalde gezelligheid uitstraalt, los van of ik daar gebruik van maak: er staat een bank, maar daar zit ik soms wekenlang niet, omdat ik dan alleen maar werk.
Het is een beetje je eigen universum, waar je eigen wetten gelden. In mijn geval van een zelfbouwatelier is het ook: je maakt het atelier en het atelier maakt jou. Afgelopen jaar deed ik met mijn collectief High on Type een open-atelier project bij de tentoonstelling ‘Glashard’ van Stedelijk Museum Schiedam. Wij hadden daar een maand lang een gedeeld atelier, een enorme loods die we hadden ingericht als (verf)speelplaats. De tentoonstellingsbezoeker kon daar dwars doorheen lopen terwijl wij aan het werk – en spelen – waren. Alle sporen die we achterlieten in het atelier werden het werk. Het atelier als kunstwerk.
Ontvangt u er bezoek, van verzamelaars, curatoren of collega-kunstenaars?
Ik ben graag alleen in het atelier, maar het mag op sommige momenten juist ook een sociale plek zijn. In het weekend met vrienden bijvoorbeeld: draaitafels, soundsystem. Ik nodig met enige regelmaat journalisten uit, en ook studenten. Als er kopers en verzamelaars langskomen, maak ik een tentoonstelling met de aanwezige werken. Franzis (Galerie Franzis Engels) komt ook regelmatig langs, voor praktische dingen zoals transport van werken, maar ook voor de gezelligheid.
Wat is het mooiste atelier dat u ooit heeft gezien?
Ik denk dat een atelier zo ongelofelijk persoonlijk is/wordt, dat het atelier van iemand anders nooit als ‘ideaal’ overkomt. Echter, ik ga graag op atelierbezoek bij andere kunstenaars en laat me dan verwonderen hoe mooi die plekken kunnen zijn. Een van de mooiste dingen van het kunstenaarschap is immers de kunstenaars om je heen. Het atelier van Robbie Cornelissen bijvoorbeeld, maar ook het atelier van Job Wouters en Gijs Frieling ligt verbluffend mooi, met uitzicht op het water. Vorig jaar was ik op bezoek bij Sigrid Calon, en stond versteld hoe mooi haar gerenoveerde kapel als atelier dient.
Hoe ziet het ideale atelier eruit?
Mijn huidige atelier :) Groot genoeg voor al je verschillende werkzaamheden, optimale concentratie en zo veel mogelijk vrijheid. Geen conciërge in het gebouw of regels die elders in de wereld wel gelden. Alles kan, als je dat wilt. Genoeg voorraad van materialen, zodat je tijdens de werkzaamheden niet plots eruit moet om dingen te halen. Een plek waar je plezierig alleen kunt zijn, maar waar je af en toe een bevriende kunstenaar tegenkomt of ontvangt voor een goed gesprek. Niet teveel gezelligheid in de buurt, met het bijbehorende risico dat je afgeleid raakt. Een mooie balans tussen openheid en geborgenheid. Voorheen dacht ik altijd dat mijn ideale plek in de stad zou zijn, maar ik ben inmiddels helemaal om: een atelier midden in de natuur, dat is ’t voor mij helemaal.