In Galerie Ramakers kun je tot en met 15 mei een bezoek brengen aan de tentoonstelling ‘10 - 04 MID - LIFE - CAREER - QUESTE’ van Joncquil. De Nederlandse kunstenaar constateerde dat hij zich op dit moment statistisch gezien halverwege zijn carrière begeeft en dat stimuleerde hem om eens terug te kijken, zonder de druk om een compleet overzicht te bieden. Je vindt in deze tentoonstelling daarom een aantal personal favourites uit zijn oeuvre, gecombineerd met een paar mogelijke routes voor de toekomst.
De praktijk van Joncquil is ontzettend breed en veelzijdig: hij maakt schilderijen, maar ook sculpturen, installaties, tekeningen, videowerken en fotografie. Maar zijn raadselachtige werken laten zich niet altijd even makkelijk duiden. Hij is een groot voorstander van vrije associatie en eigen interpretatie, juist omdat die telkens veranderende context — en het veranderende tijdsbeeld — een werk extra diepte kan geven. Vaak hebben die werken een bepaalde poëtische waarde, zoals in het werk ‘une centaine de rêves et cinq cauchemars’ uit de collectie van Museum Voorlinden. Dat werk bestaat uit een bed waarin het matras is verruild voor 105 struisvogeleieren: honderd dromen en vijf nachtmerries. Soms verwijzen zijn titels naar literaire werken, spreekwoorden of populaire cultuur. Het schilderij ‘Resonance of a flower man that bears resemblances to a memory of Pessoa’ (2021) in de tentoonstelling in Galerie Ramakers verwijst bijvoorbeeld naar de beroemde Portugese dichter en schrijver.
De werken van de Haagse kunstenaar zijn fragmentarisch, vervreemdend en soms wat ongrijpbaar. Ze lijken te verwijzen naar dromen of herinneringen. Het verstrijken en stilstaan van tijd is daarbij een terugkerend thema. De titels van zijn fantasievolle werken geven vaak een humoristische laag aan het werk. In de tentoonstelling in Galerie Ramakers zien we bijvoorbeeld ‘zelfportret als archeologische vondst’ (2012), dat nog het best te beschrijven is als een menselijk bouwpakket aan botten in een ‘kartonnen’ doos, geheel vervaardigd uit keramiek.
We zien ook de iconische lattenbank van Martin Visser, die Visser ontwierp op verzoek van het Stedelijk Museum in Amsterdam. Bovenop zijn drie woorden geplaatst in neon: is wordt was. Een derde werk heeft iets weg van een sprookje: ‘Levitation of the unstable table’ (2019) lijkt op het eerste oog te bestaan uit een zwevende hoed op een eveneens zwevende tafel. Als je iets beter kijkt zie je dat het geheel ogenschijnlijk stabiel rust op een vijftal glazen. En in ‘Retrieving Mondrian from Fukushima’ (2013) zien we een skelet in neonkleuren dat er vandoor lijkt te gaan met een Mondriaan in omgekeerde kleuren. Een ding is duidelijk: je moet het mysterieuze werk van Joncquil misschien niet zozeer willen begrijpen, maar vooral over je heen laten komen.