Andrei Roiter houdt zich in zijn artistieke praktijk al tientallen jaren bezig met het vinden van manieren om visuele uitspraken te doen over universele menselijke ervaringen. In zijn nieuwe tentoonstelling, Treasure Island, presenteert Andrei Roiter een nieuwe collectie geschilderde abstracte artefacten. Roiter belicht deze elementaire vormen en wijst de toeschouwer erop dat ze onze aandacht verdienen.
De afgelopen jaren is Andrei Roiter overgestapt op een meer persoonlijke en intuïtieve manier van werken. In plaats van fotografie als bemiddelaar te gebruiken, zoals hij jarenlang deed, staat de kunstenaar zichzelf een meer intuïtief proces toe in het tekenen en schilderen. Zonder te verwijzen naar reeds bestaande afbeeldingen, bevinden deze recente werken zich ergens tussen het vertrouwde en het obscure. Ze overstijgen voor de hand liggende definities van abstractie en representatie. Roiter’s wens om complexe en niet-tastbare ervaringen - eenzaamheid, melancholie, herinnering, hoop en angst - te vertalen naar fundamentele vormen, doet denken aan het werk van Giorgio Morandi, wiens eenvoudige stillevens zachtjes trillen om ons in onze diepten te raken.
Architectuur is al geruime tijd een vertrekpunt voor Roiter om de menselijke staat van zijn te verbeelden. Volgens de regels van het perspectief, tonen recente schilderijen geometrische vormen in lijn met minimalistische sculptuur en elementen van modernistisch design, soms verwijzend naar Russisch constructivisme en Bauhaus. Roiter’s werken blijven ambivalent; afbeeldingen bevatten vaak een verlichte gloed te midden van duisternis, gevaar of leegte, en het is niet zeker welke aan de winnende hand is. Het lijkt alsof deze schilderijen vragen of er optimisme kan zijn binnen een allesomvattende sluier van onzekerheid en twijfel.