Philip Akkerman schildert sinds 1981 uitsluitend zelfportretten. Akkerman beschouwt zichzelf als een allemanskunstenaar; hij vindt dat hij behoort tot een traditie die teruggaat tot de late middeleeuwen en vroege renaissance, toen een nieuwe kunstmarkt ontstond waarin kunst werd gemaakt door en voor gewone burgers. Gemaakt door een individu, getoond door een individu – of, zoals Philip zegt: “Van een gek, voor een gek”. Voor deze gelegenheid verandert Akkerman TORCH Gallery in een huiskamer.
Vanaf de 17e eeuw namen kunstwerken lange tijd een prominente plaats in in veel interieurs, ook van de minder bedeelden. Veel gewone mensen hadden bijna niets, maar ze hadden wel schilderijen in hun huizen en werkplaatsen hangen. Tegenwoordig lijkt kunst voorbehouden te zijn aan de witte muren van musea en galerieën - instellingen die volgens Akkerman noodzakelijk zijn, maar waar hij een moeizame relatie mee heeft. Waarom brengen we de schilderijen niet terug naar de mensen? Er wordt vaak neergekeken op 'kunst voor boven de bank', maar volgens Akkerman komt elk schilderij beter tot zijn recht in een huiskamer dan in de steriele context van een museum.
De tentoonstelling 'Van een gek, voor een gek' presenteert een selectie recente zelfportretten van Philip Akkerman. Zijn zelfopgelegde beperking tot zelfportretten geeft hem de vrijheid om wild te experimenteren met technieken, kleuren en vormen. De kunstenaar geeft niets om stijlen of trends; hij schildert hoe hij zelf maar wil. Elk nieuw schilderij is een avontuur: ben ik dit?
Akkerman heeft een aantal vrienden uitgenodigd (Bert Boogaard, Simsa Cho, Zeloot, Houcine Bouchiba, Chris Daradi, Koen Taselaar, Bart Baele, Rens Krikhaar) om hun werk naast dat van hemzelf in de galerie te tonen, om zo het huis van een kunstliefhebber te helpen recreëren.