In TORCH Gallery kun je op dit moment werk bekijken van de Britse kunstenaar Mike Pratt. De tentoonstelling ‘Small Paintings’ werd gecureerd door Jacko Brinkman en Frits Bergsma en is nog tot en met 10 april te zien in de galerie.
Pratt studeerde in 2009 af aan Northumbria University in Newcastle upon Tyne, waar hij de Paul Mason Sculpture Prize won. Hij vervolgde zijn opleiding aan het prestigieuze postdoctorale instituut De Ateliers in Amsterdam en in 2016 sleepte hij de Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst binnen. Hij werkte op dat moment voornamelijk in drie dimensies, in werken die zich bewogen tussen schilderij en sculptuur, en bestonden uit een veelheid aan materialen, waaronder siliconen, epoxy en styrofoam. De jury van de Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst roemde zijn visie en beschreef zijn werk als een “viezige combinatie van materiaal en kleur [die] ronduit lekker [is] en refereert aan Bad Painting. Bovendien zijn de objecten niet anders dan in een kunsthistorische context te zien. Met een oor (Vincent van Gogh) en een urinoir (Marcel Duchamp) presenteert Pratt zich met misschien wel twee van de meest spraakmakende ‘objecten’ uit de moderne kunstgeschiedenis. De jury waardeert die lef en de kennis die daaruit spreken.”
Hoewel het werk van Pratt zich tegenwoordig voornamelijk op twee dimensies afspeelt is de link met de kunstgeschiedenis nog steeds helder. Zo toonde de kunstenaar vorig jaar een reeks kunstwerken in Workplace Gallery, die hij baseerde op de documentatie over een tapijt van Hans Arp, de beroemde Dada kunstenaar. Het patroon werd omgezet naar een serie zeefdrukken, waarover Pratt vervolgens verschillende lagen verf aanbracht in intense kleuren. Hij werkte voor dit project samen met zijn vader, die werkzaam is als graficus. Het eindresultaat is gelaagd en imperfect en de originele inspiratie onzichtbaar, maar onder het oppervlak schuilt de kunsthistorische inspiratie.
Soms draait Pratt het proces om en voegt hij zeefdrukken toe aan geschilderde oppervlakken. Er ontstaat hierdoor een bijzondere structuur. Pratt voorziet de werken vervolgens van associatieve, schijnbaar willekeurige en ietwat desoriënterende namen, zoals ‘Bucket’, ‘Pillow’, ‘Lobster’ en ‘Volvo’. Hij hoopt hiermee de potentiële lezingen van zijn werk te verbreden en de werken tegelijkertijd van een nieuwe laag te voorzien.
Op dit moment verdeelt Pratt zijn tijd tussen Glasgow en Amsterdam. Zijn werk was onder meer te zien in de International Manifesta Foundation in Amsterdam, naast verschillende instellingen in Rome, Los Angeles, Karlsruhe en Londen.
De tentoonstelling ‘Small Paintings’ is nog tot en met 10 april te zien in TORCH Gallery.
Boek voorafgaand aan een bezoek een timeslot door een mailtje te sturen naar [email protected]. In de front space van de galerie is bovendien ook een reeks tekeningen te zien van Teun Hocks. Lees meer over deze werken in dit artikel.